SCC Theater 4DA

Theater
1) definitie
2) locatie
3) jargon
4)genres
5)concrete voorstelling 'The happy few'

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Theater
1) definitie
2) locatie
3) jargon
4)genres
5)concrete voorstelling 'The happy few'

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Is dit acteren?
Dit is acteren.
Dit heeft niets met acteren te maken.

Slide 3 - Sondage

Tot welk kunstdomein behoort theater?
A
beeldende kunsten
B
muziek
C
podiumkunsten
D
media (film, video..)

Slide 4 - Quiz

Welke andere
podiumkunsten
ken je, behalve theater?

Slide 5 - Carte mentale

Welke verschillen zijn er als toeschouwer bij een theaterstuk of een film?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Vidéo

Welke synoniemen bestaan er voor theaterzaal?

Slide 8 - Carte mentale

Welk cc of theaterzaal
uit de buurt ken je?

Slide 9 - Carte mentale

Slide 10 - Vidéo

juist
fout
"Cour" en "jardin" betekenen respectievelijk "links" en "rechts".
De termen voor links en rechts op het theater zijn afkomstig van het grondplan van een Frans kasteel.
De twee termen worden door alle theatermakers wereldwijd gebruikt.

Slide 11 - Question de remorquage

Nog meer theaterinfo vind je in de Bookwidget op Smartschool die je zelfstandig gaat doorlopen.

Slide 12 - Diapositive

Is theater altijd in een zaal?
Straattheater speelt zich af in de openbare ruimte. Deze kunstvorm brengt de magie van het podium naar de straten, pleinen en parken.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Vidéo

juist
fout
De Romeinen gaven op het einde van een voorstelling aan dat er geklapt kon worden.
Applaus ontstond uit een noodzaak om appreciatie te tonen aan anderen.
Applaudisseren is een universeel gebruik.

Slide 16 - Question de remorquage

Wanneer mag je wél
applaudisseren?

Slide 17 - Carte mentale

11 februari
CC De Werft

Slide 18 - Diapositive

Hoeveel personen staan er op deze foto?
4
5
6
7
8

Slide 19 - Sondage

Slide 20 - Diapositive

Welke dingen bepalen
je identiteit?

Slide 21 - Carte mentale

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Welke dingen zijn belangrijk bij
je online identiteit?

Slide 24 - Carte mentale

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive