H2 2.3 Massa en volume K2

1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

2.3 Massa en volume
Welkom Kader-2
Maak opdracht 1, 3 en 5 van 2.2 zuivere stoffen en        START IN:
Je hebt straks je laptop nodig                              



Neem plaats en leg je spullen alvast klaar.

timer
3:00

Slide 2 - Diapositive

 1 Nask
Benodigheden
- laptop
- JDW-map
- (Rekenmachine) 
- Pen


Tassen op de grond
Telefoons in de zakkie

Welkom Kader 2!
Ga zitten en start met:

Maak opdracht 1, 3 en 9 van 2.2 

START IN:




Jas over je stoel
timer
3:00

Slide 3 - Diapositive

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 4 - Diapositive

Lesprogramma
  1. Huiswerk controle 
  2. Terugblik
  3. Metriek stelsel
  4. Leerdoelen
  5. Instructie (uitleg)
  6. Afsluiting 
  7. Huiswerk

Slide 5 - Diapositive

Huiswerkcontrole
Maak de opdrachten van paragraaf 2.2 Zuivere Stoffen en mengsels: 2, 4, 6, 8 en 10

Slide 6 - Diapositive

Terugblik
  1. Je kunt het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels.
  2. Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden.
  3. Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt scheiden door middel van extraheren of filtreren.

Slide 7 - Diapositive

zuivere stof
mengsel

Slide 8 - Question de remorquage

Zuivere stof of mengsel? 

Slide 9 - Diapositive

Residu
Filtraat

Slide 10 - Question de remorquage

Thee met suiker is een ...................., want het is




 .................... en blijft .................... goed gemengd. 
Oplossing
Suspensie
Troebel
Helder
Wel
Niet

Slide 11 - Question de remorquage

Karnemelk is een  ...................., 




want het is .................... en blijft .................... goed gemengd. 
Oplossing
Suspensie
Troebel
Helder
Wel
Niet

Slide 12 - Question de remorquage

Hoofdstuk 2: Stoffen
2.1 Stoffen in huis
2.2 Zuivere stoffen en mengsels

2.3 Massa en volume
2.4 Dichtheid

Slide 13 - Diapositive

Metriek stelsel

Slide 14 - Diapositive

Het metriek stelsel

Slide 15 - Diapositive

Wat is een metriek stelsel

Slide 16 - Diapositive

Metriek stelsel

Slide 17 - Diapositive

Ik moet omreken van m naar cm.
Hoeveel stapjes doe ik dan naar rechts in het metriek stelsel?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 18 - Quiz

Omrekenen

130cL=...dL
A
1,3
B
13
C
1300
D
0,13

Slide 19 - Quiz

Omrekenen

6,5dL=...mL
A
65
B
0,65
C
650
D
6500

Slide 20 - Quiz

Omrekenen:
1000 liter =
A
1 m³
B
1 dm³
C
10 dm³
D
10 m³

Slide 21 - Quiz

Omrekenen:
240 milliliter =
A
240 cm3
B
240 dm3
C
240000 cm3
D
24 m3

Slide 22 - Quiz

Leerdoelen H 2.3 massa en volume
  1. Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
  2. Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
  3. Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
  4.  Je kunt het volume van een voorwerp met een onregelmatige vorm bepalen.

Slide 23 - Diapositive

Massa 
De massa is een maat voor de hoeveelheid van een stof. We kunnen de massa meten met een weegschaal. 

De eenheid voor massa is kilogram (kg) of gram (g).... 
De grootheid is dan de massa.
Het symbool van massa is  ' m '. 

Slide 24 - Diapositive

De massa meet je met een weegschaal
Digitale weegschaal                                          Analoge weegschaal

Slide 25 - Diapositive

Massa
Massa = Een maat voor de hoeveelheid stof
massa kan je meten met een weegschaal




! let op: massa is niet hetzelfde als gewicht !
Grootheid
Grootheid
(symbool)
Eenheid
Eenheid
(symbool)
massa
m
gram
g

Slide 26 - Diapositive

Het volume van
vloeistoffen
Met een maatcilinder kun 
je het volume van een 
hoeveelheid vloeistof bepalen. 
Het volume is de ruimte die de 
vloeistof inneemt. 
In afbeelding 3 zie je hoe je een 
maatcilinder moet aflezen. 
Je meet het volume in liter (L) 
of milliliter (mL).

Slide 27 - Diapositive

volume berekenen 
rechthoekig blok =>



onregelmatig voorwerp =>          onderdompelmethode =
in een maatcilinder de stijging van het volume aflezen

Volume = lengte x breedte x hoogte
V=lbh
Volume = V eind - V begin

Slide 28 - Diapositive

Volume berekenen van een rechthoekig voorwerp

Slide 29 - Diapositive

Welke formule gebruik je om het volume
van een rechthoekig voorwerp te berekenen?

Slide 30 - Question ouverte

Bepaal het volume van het volgende voorwerp. Ga er van uit de afmetingen in cm zijn.

Slide 31 - Question ouverte

Wanneer gebruik je de onderdompelmethode?

Slide 32 - Question ouverte

Aan de slag!

Maak de opdrachten van paragraaf 2.3 Massa en volume:
2, 4, 6, 8, 10 en 12

Je mag samenwerken!
rood = Iedereen is stil


oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen

groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
timer
8:00

Slide 33 - Diapositive

Afsluiting: we weten....
  1. Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
  2. Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
  3. Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
  4.  Je kunt het volume van een voorwerp met een onregelmatige vorm bepalen.

Slide 34 - Diapositive

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 35 - Carte mentale

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 36 - Carte mentale

Ik snap de leerdoelen:
Je kunt de massa van een hoeveelheid stof bepalen.
Je kunt het volume van een hoeveelheid vloeistof bepalen.
Je kunt het volume van een rechthoekig voorwerp berekenen.
Je kunt het volume van een voorwerp met een onregelmatige vorm bepalen.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 37 - Quiz

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:
Zet in je Planner!
Maak de opdrachten van paragraaf 2.3 Massa en volume:
2, 4, 6, 8, 10 en 12

Dank je wel voor je aandacht!


Slide 38 - Diapositive

Welke vraag vond je lastig?
Dan gaan we die nabespreken

Slide 39 - Carte mentale