Ambulante compressie therapie

ACT
Ambulante compressie therapie
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

ACT
Ambulante compressie therapie

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zit je er bij?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al van ACT?

Slide 3 - Carte mentale

Teken allemaal een been inclusief slagaders en aders. 

slagaders voeren zuurstofrijk bloed naar het been 

Via de aders word het bloed weer teruggepompt naar het hart (door kuitspierpomp en kleppen) 
Doel van ACT
  • Oedeem  wegkrijgen of weghouden
  • Betere doorbloeding en daardoor
    betere wondgenezing (bij ulcus cruris)

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke ziektebeelden kun je ACT nodig hebben en waarom?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

ACT bij welke aandoeningen?
  • Oedeem door veneuze insufficiëntie
  • Ulcus Cruris venosum
  • Diepe veneuze trombose
  • Lymfoedeem/ lipoedeem
  • Erysipelas
  • Tromboflebitis
  • Varices

Slide 6 - Diapositive

Ulcus cruris venosum: open wond op het onderbeen
Contra-indicaties ACT
  • Ernstige cardiale problemen
  • Bij (het vermoeden van) arteriele   doorbloedings-stoornissen
  • Bij een allergie op rubber of andere bestanddelen uit het   compressiemateriaal



Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een ulcus cruris?
A
Chronische open wond
B
Hartafwijking
C
Spataderen
D
Trombose

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zwachtels zijn er?
Korterek zwachtels

Langerek zwachtels

Zinklijmverband

Meerlaagse verbanden

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen werkdruk en rustdruk?
A
Rustdruk is druk tijdens beweging en werkdruk tijdens stil liggen/zitten
B
Werkdruk is druk tijdens beweging en rustdruk tijdens stil liggen/zitten
C
Rustdruk is vooral belangrijk bij mobiele patiënten
D
Werkdruk is vooral belangrijk bij patiënten in rust.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Rustdruk en werkdruk
  • Rustdruk= de druk die een zwachtel uitoefent op een liggend been

  • Werkdruk = de druk die een zwachtel uitoefent tijdens het lopen


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten zwachtels
Korterek zwachtel
Hoge werkdruk
Lage rustdruk
Langerek zwachtel
Lage werkdruk
Hoge rustdruk
Zinklijmverband
Hoge werkdruk
Lage rustdruk
Meerlaagsverbanden
Gemiddelde werkdruk
Gemiddelde rustdruk

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zwachtel is het meest geschikt voor een zorgvrager die altijd in de rolstoel zit?
A
Korterek zwachtel
B
Langerek zwachtel
C
Zinklijmverband
D
Meerlaagsverband

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe werken de zwachtels? Waar zorgen ze voor?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe werken de zwachtels?
  • Verhoogde druk op de weefsels perst oedeem terug in het vaatstelsel
  • Het lopen verhoogt de verwerking
  • Verwijde vaten worden samengedrukt zodat de kleppen weer functioneren
  • De overdruk in het vaatstelsel neemt hierdoor af

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ambulante compressie therapie

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


  • De eerste zwachtel over de voet van de binnenkant voet naar buitenkant voet vlak onder de tenenrij
  • Vervolgens een slag naar de hiel, waarbij 2/3 van de zwachtel naar boven wijst en 1/3 naar beneden
  • Daarna een slag over de hielpunt en vervolgens om het enkelgewricht

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


  • De volgende slag naar boven over de enkelknobbels
  • Volg de vorm van het been en laat de zwachtel het werk doen, maar houdt de spanning op de zwachtel
  • Twee centimeter onder de knie eenmaal rondom het been, zwachtel niet aantrekken
  • Zwachtel gaat dan, de vorm van het been volgend, meestal weer naar beneden
  • De tweede zwachtel in tegengestelde richting aanbrengen


Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zwachtel je de tweede zwachtel?
A
Hetzelfde als de eerste
B
Tegengesteld aan de eerste
C
Van de knie naar de voet

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Problemen bij ACT
  • Bij niet herkende arteriële insufficiëntie kan de arteriële doorstroming verhinderd worden
  • Constante druk houden en weinig druk bij een arteriële insufficiëntie
  • Bij slecht polsteren ontstaan blaren en vensteroedeem
  • Bij een verkeerde drukverdeling kan oedeem ontstaan, zo ook druknecrose

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Resultaat ACT na 1 week bij arteriële insufficiëntie 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Problemen bij ACT
  • De druk moet bij de enkel het grootst zijn en mag in de richting van de kuit afnemen
  • Een te slap aangelegd verband gaat afzakken en steunt de spierpomp niet
  • Als de patiënt pijn aangeeft nadat het aangelegd is, moet het onmiddellijk verwijderd worden en opnieuw aangelegd worden

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Observatiepunten tijdens en na ACT
  • Patiënt geeft pijn aan
  • Kleur van de tenen is blauw/wit
  • Afzakken van de zwachtel
  • Goede drukverdeling
  • Juiste instructie aan de patiënt
  • Zo nodig polsteren, maar niet meer gebruiken dan nodig is

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Elastisch therapeutische kous
  • De steunkous is een alternatief voor compressieverband
  • Het geeft een lage rustdruk en een hoge werkdruk
  • De kous mag gebruikt worden als er niet
    teveel oedeem in het been zit en als de
    wond niet groter is dan 10 cm
  • Er zijn verschillende maten leverbaar

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opmeten van de steunkous
  • Het correct opmeten is van groot belang voor de effectiviteit van de behandeling
  • Bepalend is de enkelomvang, net boven de enkelknobbel en de maat die twee vingers onder de knie opgenomen wordt
  • Neem als de maat tussen 2 maten zit een maat groter

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je geleerd in deze les over ACT?

Slide 27 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk cijfer geef je deze les over ACT?
110

Slide 28 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions