Toepassen Afsluiting CO Tandartsassistenten

• Anatomie
• MBO
• Studiejaar 1

   Anatomie en fysiologie

Toepassen Tandartsassistenten

Cursus 0

Assisterende gezondheidszorg

Individuele en Groepsopdracht:

 Waar en hoe gebruik je in de toekomst in je beroep de kennis van de verschillende stelsels?

Notities:

Let op deze kan de student ook zien...

• Opname gestart?
• Presentie gedaan of doen we die achteraf?
• Te gebruiken als checklist of geheugensteuntje.

Maak de opdrachten bij de verschillende casussen op de volgende slides. Maak hiervan een word bestand en lever deze in via de teams in nadat je de groepsopdracht hebt gemaakt in de groepsles:

Er is 1 casus per stelsel. Zes casussen dus waarvoor je  vragen beantwoordt. Je beantwoord minimaal 2 casussen. 

De laatste slide beantwoord je ook. 

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

1. Hart- en bloedvatenstel

Bij de heer Joling is gingivitis geconstateerd. Er bestaat kans op parodontis als de gingivitis niet goed behandeld wordt. Dhr. slikt bloedverdunners i.v.m. een hartaanval die hij twee jaar geleden kreeg.

1. Beschrijf kort wat aandoeningen gingivitis en parodontis inhouden.

2. Er kan een bacterie in de bloedbaan komen bij parodontis. Op welke plaatsen kan die terecht komen in het lichaam?

3. Waarom  kan dit gevaarlijk zijn voor de patient?

3. Dhr. slikt bloedverdunners. Waar is dit voor?

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

2. Ademhalingsstelsel

Mevrouw Essed is 33 jaar. Als ze in de stoel ligt zie je dat ze zenuw-

achtig is. Ze ademt snel. Je probeert haar gerust te stellen en

vraagt haar via de buik adem te halen.

1. Wat is het verschil tussen een buik en een borstademhaling?

2. Wat is het voordeel van een buikademhaling in deze situatie? Leg uit.

Mevrouw gaat van de zenuwen hyperventileren.

3. Leg uit wat er bij hyperventileren gebeurt.

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

3. Spijsvertering

Mevrouw Jongeneel is 58 jaar. Ze is voor tandsteen verwijderen en

een kleine vulling naar de praktijk gekomen. In het dossier staat

dat mevrouw kokhalsneigingen kan krijgen tijdens de behandeling.

1. Wat gebeurt er bij een kokhalsneiging in het lichaam?

2. Wat kan helpen om dit reflex te voorkomen?

In de mond vermengd speeksel met enzymen zich met voedsel tijdens het eten.

3. Waar zorgen deze enzymen voor?

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

4. Bewegingsstelsel

Dhr. Nelissen heeft een drukke baan. Hij is 47. Hij komt met een

de klacht van stijve kaken in de praktijk. Stress geeft een verhoogde

spierspanning. Dhr. Blijkt 's nachts te klemmen.

1. De kaak is een gewricht. Zoek uit wat voor soort gewricht.

2. Wat wordt verstaan onder een verhoogde spierspanning?

3. Bij welke aandoeningen kunnen mensen last hebben van een verhoogde spierspanning.

4. Wat kan er gebeuren met het gebit door veel klemmen?

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

5. Zenuwstelsel

Janneke krijgt een verdoving voor het trekken van de M3

( verstandskies).

1. Waar zorgt de verdoving voor en wat gebeurt er in het zenuwstelsel bij een plaatselijke verdoving?

2. Wat gebeurt er als Janneke de verdoving niet krijgt?

Leg daarbij uit wat een pijnprikkel is.

3. Na de verdoving wil Janneke haar kaak bewegen. Dit lukt niet goed? Welke zenuwcellen zijn uitgeschakeld, waardoor beweging niet lukt?

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

6. zintuigenstelsel.

Jasper van 19 heeft door CORONA nog steeds last van smaakverlies.

Zoet proeft hij nog het beste. Hij eet daarom veel zoet, maar hij heeft daardoor nu 2 gaatjes. Voorheen had hij dat niet.

1. Leg uit waarom Jasper weinig proeft.

2. Zoet en zout vinden mensen erg lekker. Zij hebben een nadelige invloed op de gezondheid. Suiker heeft vooral veel invloed op het glazuur.

Leg uit welke invloed.

3. Welke vervangingen van suiker bestaan er en zijn die wel goed voor het gebit?

Individuele opdracht toepassen voorbereiding laatste groepsles

1. Welke kennis over het stelsel heb je nodig om te zorgen dat de patient uit de casus zo goed mogelijk geholpen wordt.

2. Wat kan er gebeuren als je deze kennis niet hebt.

3. Geef 1 ander voorbeeld van een casus van een patient, waarbij het van belang is om kennis te hebben van dit stelsel.

Groepsopdracht toepassen