Les 4 Leesdossier

Jill
Rawan
Lorena
Isa
Liaan
Joanna
Lisa
Gabriella
Lora
Ecrin
Yousif
Nikki
Yanisha
Djaira
Maya
Dilayla
Sijeran
Rebecca
Guusje
Elisa
DOCENT ACHTER

Neem rustig plaats op je vaste plek. 
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Jill
Rawan
Lorena
Isa
Liaan
Joanna
Lisa
Gabriella
Lora
Ecrin
Yousif
Nikki
Yanisha
Djaira
Maya
Dilayla
Sijeran
Rebecca
Guusje
Elisa
DOCENT ACHTER

Neem rustig plaats op je vaste plek. 

Slide 1 - Diapositive

Op tafel:
Lesboek
pen
Laptop (dicht!)
timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

Vandaag:

  • instructie
  • zelfstandig werken
  • evaluatie

Slide 3 - Diapositive

Lesdoel
Aan het eind van de les:
  • ken ik de verschillende leesdoelen en leesstrategieën die daarbij horen. 

Slide 4 - Diapositive

Instructie 
Teksten lees je met verschillende doelen. Wanneer je een tekst over de leeuw leest om een presentatie te geven over de leeuw, lees je de tekst anders dan wanneer je alleen wilt weten hoe lang een leeuw zwanger is. 
Dit noem je leesdoelen. 
Voor ieder leesdoel zijn er leesstrategieën. 
Als je alleen wilt weten hoe lang een leeuw zwanger is, ga je niet de hele tekst lezen, maar zoek je in de tekst naar kopjes/woorden, die met zwangerschap te maken hebben. Je gaat dan globaal lezen

Slide 5 - Diapositive

Instructie 
Globaal lezen, hoe doe je dat?




Als je wilt weten wat het onderwerp van een tekst is, ga je verkennend lezen. Dit doe je ook wanneer je wilt weten of een tekst voor jou bruikbaar of interessant is.  Hoe doe je dat?
  • Je leest de tussenkopjes, je leest de eerste en de laatste alinea en je leest de eerste en de laatste regel van iedere alinea. Op deze manier kan je deelonderwerpen vinden, zoals zwangerschap. 
  • Je bekijkt de titel, tussenkopjes, anders gedrukte woorden, afbeeldingen en de bron van de tekst.  Je leest de eerste alinea. 

Slide 6 - Diapositive

Instructie 
Als je een tekst helemaal goed wilt begrijpen en de hoofdzaken van een tekst wilt weten, ga je precies lezen. Je leest de hele tekst en je vindt de hoofdgedachte. 

Wanneer je informatie zoekt in een tekst, of je wilt antwoord op een vraag, ga je zoekend lezen. Je zoekt in de tekst naar  tussenkopjes, anders gedrukte woorden of tekens. Als je weet waar de informatie in de tekst staat, ga je precies lezen. 

Wanneer je wilt weten of een tekst betrouwbaar is, ga je kritisch lezen. Bij het lezen vraag je je af of de bron betrouwbaar is, je kijkt wie de tekst heeft geschreven (deskundige?), je bedenkt wat het doel van de tekst is. 

Slide 7 - Diapositive

Instructie 
Waar let je op als je naar een bepaalde plaats wilt reizen?

Als je wilt weten of de trein vertraging heeft, let je op?

Je wilt naar Hilversum. Vanaf welk spoor kun je het best vertrekken?

Heb je, om deze vragen te beantwoorden, de hele tekst goed gelezen?
  
  • grote en kleine letters
  • De rode woorden
  • Spoor 6
  • Nee. Zoekend gelezen

Slide 8 - Diapositive

Instructie 
Jullie krijgen van mij een blaadje met daarop alle leesdoelen en strategieën. Bewaar dit goed. Dit moet je leren voor de volgende toets en deze kennis heb je ook nodig bij je eindexamen

Slide 9 - Diapositive

Toepassen
Je gaat naar Nieuw Nederlands. Je maakt de Brug Lezen. Heb je nog meer oefening nodig voor deze theorie, dan maak je hoofdstuk 4 lezen. 
De Brug lezen moet formatief afgemaakt zijn, voordat je het PTA lezen mag maken. 

Slide 10 - Diapositive

Evaluatie
Hoe ging het maken van de opdrachten? 
Herkende je nog veel van de vorige toets?
Welk onderdeel van Lezen vind jij het meest lastig?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive