2bkt1, cursus 5 grammatica, WS aanwijzend en vragend voornaamw.

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-leesboek
-lesboek, schrift + pen
-laptop (dicht)
timer
2:30
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-leesboek
-lesboek, schrift + pen
-laptop (dicht)
timer
2:30

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • Lezen
  • Lesdoelen
  • Terugblik: grammatica/ 
  • aanwijzend en vragend voornaamwoord
  • Uitleg: toets grammatica (c5) en spelling (c7)
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie les

Slide 2 - Diapositive

timer
8:00

Slide 3 - Diapositive

#boekpraat
*Wat is de titel en de schrijver van je boek?

*Waar speelt het verhaal zich af?

*Wat zou jij de schrijver als tip willen geven? 

Slide 4 - Diapositive

Lesdoel

Ik kan een voegwoord, een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord in de zin herkennen (bk/kt).

Ik kan aanwijzende en vragende voornaamwoorden herkennen (th).


Slide 5 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord

Bekijk de zin: Deze rugzak vind ik veel handiger dan dat koffertje.

In deze zin zijn Deze en dat aanwijzende voornaamwoorden. 

Slide 6 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw) wijst meestal een mens, een dier of een ding aan: deze jongen, dat varken, die jurk. Dit zijn de aanwijzende voornaamwoorden:
deze, die, dat, dit, zulk(e), zo’n, dergelijk(e), zelf, hetzelfde, dezelfde.

Slide 7 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord kan voor een zelfstandig naamwoord staan, maar het kan ook alleen staan. In dat geval kun je het zelfstandig naamwoord er soms achter denken:

Joran kreeg een horloge voor zijn verjaardag en hij vond dat (horloge) het mooiste cadeau.


Slide 8 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord kan ook terugwijzen naar een hele zin:

Mijn broer draait altijd keiharde muziek op zijn kamer. Ik vind dat (mijn broer altijd keiharde muziek op zijn kamer draait) erg storend.

Slide 9 - Diapositive

Vragend voornaamwoord
In deze zinnen zijn Welke en Wat vragende voornaamwoorden. Er zijn er vier: wie, wat, welk(e), wat voor (een). Een vragend voornaamwoord (vr.vnw) staat aan het begin van een vraag of aan het begin van een zin die gemaakt is van een vraag.

Slide 10 - Diapositive

Vragend voornaamwoord
Wie gaat er mee naar de film? Boy vraagt aan zijn vrienden wie er meegaat naar de film.

Wat heb je vandaag gedaan? Rex informeert bij Roos wat zij vandaag gedaan heeft.


Slide 11 - Diapositive

Persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord

Je kunt naar personen, dieren of dingen verwijzen. Daarvoor gebruik je een persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord.

Slide 12 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord
Een persoonlijk voornaamwoord (pers.vnw) verwijst naar een persoon, dier of ding:

Wij gaan een weekend naar Texel.
Onze kat slaapt overdag, omdat hij ’s nachts veel buiten rondloopt.
Ik heb je bericht ontvangen, maar ik heb het nog niet gelezen.


Slide 13 - Diapositive

Bezittelijk voornaamwoord
Een bezittelijk voornaamwoord (bez.vnw) geeft aan van wie iets is. Het staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort: jullie tuin, onze school, jouw tas.

Slide 14 - Diapositive

Zelfstandig werken
H.Filart Je maakt: Cursus 5 Grammatica 
BK+KT: 
WS $5 voegwoord/ pers. en bijv. naamwoord
www.cambiumned.nl
TH: $7 Aanwijzend voornaamwoord, opdracht 1 t/m 4, blz. 210
(Anouk/ Lotte)
$9 Vragend voornaamwoord, opdracht 1 t/m 4, blz. 214
(Lotte/Saar/ Sieb)
$11 Mixopdrachten (online)


timer
30:00

Slide 15 - Diapositive

Toets werkwoordspelling (c7) en grammatica (c5)

*Op donderdag 23 november 2023 toets.
*Wat moet je kennen en kunnen voor de toets?
Je leert de theorie (groene gedeelte boek/ oogje online) en je kunt oefenen.

Slide 16 - Diapositive

Teams/ TD 2bkt1 ne
Bij algemeen/ posts staat een uitlegvideo over de werkwoordspelling.

Slide 17 - Diapositive

Toets 23.11.2023
Spelling werkwoorden (cursus 7) bk +kgt:
$9 herhaling lj 1
$10 Voltooid deelwoord, bk: blz. 230
$11 Werkwoordalarm, bk: blz. 232

Slide 18 - Diapositive

Toets 23.11.2023
Spelling werkwoorden (cursus 7) th:
$9 herhaling lj 1
$10 Engelse werkwoorden, blz. 230
$11 Voltooid deelwoord, blz. 242
$11 Werkwoordalarm, blz. 244
$12 Persoonsvorm in samengestelde zinnen, blz. 246

Slide 19 - Diapositive

Toets 23.11.2023
Grammatica woordsoorten (cursus 5) bk +kgt:
$1 herhaling lj 1
$3 Bijvoeglijk naamwoord, blz. 202
$5 Voegwoord, blz. 206
$7 Persoonlijk en bezittelijk vnw. (kgt, blz. )

Slide 20 - Diapositive

Toets 23.11.2023
Grammatica woordsoorten (cursus 5) th:
$1 herhaling lj 1
$3 Voegwoord herkennen, blz. 202
$5 Persoonlijk en bezittelijk vnw. blz. 206
$7 Aanwijzend vnw., blz. 210
$9 Vragend vnw., blz. 214

Slide 21 - Diapositive