10.4 Voortplanting met bloemen

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

10.4 Voortplanting met bloemen

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen welke delen van een bloem voor voortplanting zorgen.
• Je kunt beschrijven hoe de bestuiving bij insectenbloemen en bij windbloemen gaat.
• Je kunt uitleggen hoe de bevruchting van eicellen door stuifmeelkorrels bij een bloem gaat.
• Je kunt uitleggen hoe na bevruchting vruchten en zaden ontstaan.

• Je kunt drie manieren beschrijven waarop planten hun zaden verspreiden.
• Je kunt de levenscyclus van een plant beschrijven.

Voortplantingsorganen Planten

Helmknoppen van meeldraden: 

• Mannelijk
• Meiose = Stuifmeelkorrels (haploïd)

In zaadbeginsel van vruchtbeginsel stamper:

• Vrouwelijk
• Meiose = Eicellen (haploïd)

Op welke drie manieren worden insecten naar planten gelokt?

Verspreiding stuifmeelkorrels door wind en water (abiotisch) 

of dieren (biotisch)

-> bron 2 en 3

Bestuiving

= bevruchting:

stuifmeelkorrel + eicel = zaadje (kiem/embryo + voorraad voedsel)

Na bevruchting

1. Kroonbladeren verkleuren, verschrompelen en vallen af
2. Zaadbeginsel wordt zaad (vanuit kiem met twee zaadlobben)
3. Vruchtbeginsel wordt vrucht

Zaadverspreiding: genoeg licht, water en mineralen voor groei

Levenscyclus van een plant

Schrijf in je agenda wo 10 jan 8e uur

Bestudeer blz. 47 t/m 61.

Maken + nakijken opdr. 4, 5, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 17, 18, 21, 23, 25 en 26.

Beschrijf hoe en waar de mannelijke voortplantingscellen worden gemaakt bij een plant.

Beschrijf hoe en waar de vrouwelijke voortplantingscellen worden gemaakt bij een plant.