Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
proefwerk H2 3B4
proefwerk H2
lezen
woordenschat
grammatica
spelling
1 / 29
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Cette leçon contient
29 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
proefwerk H2
lezen
woordenschat
grammatica
spelling
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen?
theorie en vragen
tijd voor leren/oefenen in de test jezelf
Slide 2 - Diapositive
Lezen
tekstdoel
tekstsoort
amuseren
gedicht
informeren
lesboek
activeren
reclamefolder
overtuigen
recensie
Slide 3 - Diapositive
Welk tekstdoel past bij een handleiding?
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren
Slide 4 - Quiz
feiten en meningen
feit
Mening
hoofdgedachte
Slide 5 - Diapositive
Een feit kan je controleren.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quiz
Aan welke woorden kan ik een mening vaak herkennen?
A
ik weet .....
B
ik heb ......
C
Ik ben ......
D
ik vind.....
Slide 7 - Quiz
Hoe kan ik het onderwerp van de tekst vinden?
A
De kern lezen en de laatste zin van elke alinea
B
de inleiding lezen en de tussenkopjes
C
Alleen het slot lezen
D
Door zoekend lezen
Slide 8 - Quiz
signaalwoorden
signaalwoord
tekstverband
doordat,hierdoor,
met als gevolg
oorzaak-gevolg
dus, kortom
conclusie
Slide 9 - Diapositive
Doordat ik mij heb verslapen, ben ik te laat gekomen op mijn werk.
Wat is het gevolg?
A
Doordat
B
Ik mij heb verslapen
C
Ik te laat ben gekomen op mijn werk
Slide 10 - Quiz
Doordat ik mij heb verslapen, ben ik te laat gekomen op werk.
Wat is het signaalwoord?
A
doordat
B
ben
C
werk
D
ik
Slide 11 - Quiz
2.5 woorden
woorden uit de woordenlijst
leenwoorden
Slide 12 - Diapositive
Wat betekent benadrukken?
A
Iets minder belangrijk maken
B
Extra druk zetten bij voetbal
C
Aangeven dat iets belangrijk is
D
Heel boos om iets worden
Slide 13 - Quiz
Wat betekent recent?
A
slechte periode in de economie
B
grote hoeveelheid
C
Dat iets erg traag gaat
D
niet lang geleden
Slide 14 - Quiz
Uit welke taal komt het woord schwalbe?
A
Zweeds
B
Deens
C
Duits
D
Engels
Slide 15 - Quiz
Uit welke taal komt het woord professor?
A
Latijn
B
Frans
C
Italiaans
D
Vlaams
Slide 16 - Quiz
2.7 grammatica
samengestelde zinnen
voegwoorden
Slide 17 - Diapositive
Een samengestelde zin heeft maar één persoonsvorm.
A
waar
B
niet waar
Slide 18 - Quiz
Ik maak mijn huiswerk......... Pietje aan het gamen is.
Vul het juiste voegwoord in.
A
terwijl
B
als
C
of
D
het gevolg is
Slide 19 - Quiz
Ik heb een nieuwe tas gekocht en Dinie heeft een parasol gekocht.
Wat zijn de persoonsvormen?
A
heb en gekocht
B
heeft en gekocht
C
gekocht en gekocht
D
heb en heeft
Slide 20 - Quiz
2.8 spelling
komma
voegwoorden
tussen 2 pv
opsomming
aanhalingstekens
voor + na citaat
dubbele punt
voor opsomming
voor citaat
hoofdletters
begin zin
namen
Slide 21 - Diapositive
In Welke zin zijn de leestekens geschreven?
de dames hebben drie huisdieren een hond een kat en een konijn
A
De dames hebben drie huisdieren: een hond, een kat en een konijn.
B
de dames hebben drie huisdieren 'een hond een kat en een konijn'.
C
De dames hebben drie huisdieren: een hond een kat en een konijn
D
De dames hebben drie huisdieren een Hond een Kat en een Konijn
Slide 22 - Quiz
Welke naam is goed gespeld.
Let op de hoofdletters!
A
Jantje in het Veld
B
jantje In Het Veld
C
Jantje In het veld
D
Jantje In Het Veld
Slide 23 - Quiz
Werkwoorden tegenwoordige tijd
Ik
ik-vorm
hele ww -en
Jij
ik-vorm + t
Hij
ik-vorm + t
Wij
hele werkwoord
Slide 24 - Diapositive
Jet (vangen)..... een hele grote vis.
A
vang
B
vangt
C
vangen
D
vangde
Slide 25 - Quiz
VT zwakke werkwoorden
laatste letter stam in 't kofschip -> te
Ik
ik-vorm + te/de
Jij
ik-vorm + te/de
Hij
ik-vorm + te/de
Wij
hele ww + ten/den
Slide 26 - Diapositive
Verleden tijd!
De kaars (branden)...... heel snel op.
A
brandt
B
brande
C
brandde
D
brandte
Slide 27 - Quiz
Verleden tijd!
De voetballers (klagen) .. over de scheidsrechter.
A
klaagde
B
klaagt
C
klaagdden
D
klaagden
Slide 28 - Quiz
Ik heb een nieuw spelletje (bedenken)...
A
bedenkt
B
bedenken
C
bedachten
D
bedacht
Slide 29 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Les 10 - De samengestelde zin
Novembre 2024
- Leçon avec
51 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Quiz herhaling 2de trimester LAT 1
Mars 2023
- Leçon avec
24 diapositives
Latijn
Secundair onderwijs
5.7 Mixopdrachten
Février 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Tijdlijn
Septembre 2019
- Leçon avec
11 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 4
Herhaling 8 december
Décembre 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Sociale vaardigheden
Lager onderwijs
H2 lezen 3B4
Février 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Herhalingsoefeningen Taalweb 6 - Uitdaging 1
Septembre 2021
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Thema 8 1u
Novembre 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Chemie
Secundair onderwijs