Spelling persoonsvorm tegenwoordige tijd -d of -dt klas 2HV

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom bij Nederlands

Stillezen

Lesafspraken:

• Respect voor elkaar en je omgeving
• Spullen en huiswerk op orde - een schrift voor Nederlands
• Tijdens het lezen is het stil
• Aandacht en focus bij de les
• Bij samenwerken werk je zachtjes
• Wil je iets vragen of zeggen, steek dan je hand op
• Geen tasjes, kauwgom, eten en drinken (Tas onder je  stoel)

Directe instructie:

Wat: Spelling/ persoonsvorm in de tegenwoordige tijd blz.252

Hoe: Voorkennis activeren nieuw onderwerp, theorie (video-uitleg)en oefenen met Lesson up (15 minuten).

Hoelang: zelfstandig of in tweetallen maken opdracht

1 t/m 5 blz. 252-253 (15 minuten)

Hulp: Chromebook, lesboek, pen en schrift.

Klaar/extra: Iets educatiefs voor jezelf doen. 

Resultaat: Je hebt geleerd over de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd:d of dt.

Wat zijn de vormen van de persoonsvorm tegenwoordige tijd?

1. stam + de/te of stam + den/ten
2. stam, stam + t of het hele werkwoord
3. het hele werkwoord + d
4. alleen de stam

Welke spellingsregel bij persoonsvorm tegenwoordige tijd

1. stam + t
2. loop-regel
3. kofschip-regel
4. bijvoeglijk naamwoord-regel

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Ik ......(geven) het terug.

1. geef
2. geeft
3. gaf
4. geefde

Wat is de juiste persoonsvorm tegenwoordige tijd?

Zij ______________ (melden)

1. meldt
2. meld
3. meldde
4. melde

Maken : zelfstandig /tweetallen

Opdracht 1,2,3,4 &5 blz. 252-253

Klaar? Ga naar Classroom en oefen met de filmpjes/oefenmateriaal bij Leerstofoverzicht.

Nabespreken/afsluiten/opruimen

1. Wat hebben we vandaag geleerd?

2. Waar had je veel moeite mee tijdens het maken van de opdrachten?

3. Waar heb je nog behoefte aan/extra uitleg?