Les 2 Tekstdoelen en tekstsoorten, 1.2

ZRGVEPL419AK
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

ZRGVEPL419AK

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Onderdeel Lezen 
- Tekstdoelen
- Tekstsoorten


Slide 2 - Diapositive

Aan het eind van de les
  • Weet ik dat er vijf verschillende tekstdoelen zijn die kan ik benoemen.
  • Ik kan minimaal vier verschillende tekstsoorten benoemen.



Slide 3 - Diapositive

Aan het eind van de les
  • Weet ik dat er vijf verschillende tekstdoelen zijn die kan ik benoemen.
  • Ik kan minimaal vier verschillende tekstsoorten benoemen.
  • Ik weet wat signaalwoorden zijn en kan dit herkennen.



Slide 4 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Onderdeel Lezen
- Tekstdoelen
- Tekstsoorten
- Leesstrategieën 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Tekstsoorten
Je hebt nu al geleerd dat een schrijver verschillende doelen kan hebben voor een tekst.

Je gaat nu leren dat er ook verschillende tekstsoorten zijn.

Slide 12 - Diapositive

Welke tekstsoort?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Aan de slag
Lezen, luisteren, kijken-> 1.2 Doel en hoofdgedachte

  • Opdracht 2: Eetbare rietjes
  • Opdracht 4: Plons
  • Extra opdracht 1:  Niet langer gratis ov
  • Extra opdracht 2:  Gebruik of misbruik



Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Leesstrategieën

Slide 20 - Diapositive

Verkennend lezen
- Bekijk het uiterlijk van de tekst: titel, tussenkopjes, bron, afbeeldingen, grafieken etc.
 - Bepaal het onderwerp

- Bepaal de tekstsoort:
artikel, advertentie, brief, krantenbericht, instructie enz.

Slide 21 - Diapositive

Globaal lezen
Globaal lezen doe je alleen als je snel de belangrijke informatie uit de tekst wilt halen. Dit doe je als volgt:

  • - Lees van iedere alinea de eerste en de laatste zin;
  • - Bepaal wat je al weet over het onderwerp.
  • - Bepaal welke tekstsoort je herkent en wat het tekstdoel is.

Slide 22 - Diapositive

Intensief lezen
Wat staat er nou precies?
Begrijp je de tekst helemaal?

Met "intensief" lezen bedoelen we dat je je nu gaat concentreren op de details van de tekst. 
Je zorgt dat je alles wat er staat, begrijpt.

Slide 23 - Diapositive

Lesdoel bereikt?
  • Ik weet dat er vijf verschillende tekstdoelen zijn die kan ik benoemen.
  • Ik kan minimaal vier verschillende tekstsoorten benoemen.



Slide 24 - Diapositive