Oefentoets H1 aarde in beweging HVG

Wat voor natuurramp is hier geweest?
A
Vulkaanuitbarsting
B
Orkaan
C
Aardbeving
D
Tsunami
1 / 22
suivant
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Wat voor natuurramp is hier geweest?
A
Vulkaanuitbarsting
B
Orkaan
C
Aardbeving
D
Tsunami

Slide 1 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een aardbeving van 7 op de Schaal van Richter is ... keer zwaarder dan een aardbeving van 6 op de Schaal van Richter?
A
10x
B
2x
C
100x
D
1000x

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet in de juiste volgorde.
1
2
3
4
Tegelijk met de lava komen er stenen, as en giftige dampen uit de vulkaan
De ene plaat duikt onder de andere plaat en smelt
De magmakamer wordt gevuld en de magma komt hoger in de kraterpijp
De magma die ontstaat stijgt naar boven.

Slide 3 - Question de remorquage

TIJDLIJN-SLEEPVRAAG
Dit is een tijdlijn sleepvraag, de tekst is vrij aan te passen. Om een sleepvraag aan een doel te verbinden klik je op de blauwe knop bij de vraag naar keuze. 
Welk zinnen horen bij een vulkaanuitbarsting?

1 Een vulkaanuitbarsting kan niet voorkomen bij 2 uit elkaar bewegende oceanische platen.
2 Deze ramp kan je van tevoren zien aankomen.
3 Er kunnen verstoringen komen in het vliegverkeer door as(wolken).
4 Deze ramp leidt tot veel slachtoffers.
A
Cijfer 2 en 3
B
Cijfer 1, 2 en 4
C
Cijfer 1 en 4
D
Cijfer 1 en 3

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Magma
Kraterpijp
Lava
Aswolk
Krater

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe komt het dat IJsland vulkanen heeft?
A
Omdat IJsland op uit elkaar bewegende oceanische platen ligt.
B
Omdat IJsland op naar elkaar bewegende oceanische platen ligt.
C
Omdat IJsland op uit elkaar bewegende continentale platen ligt.
D
Omdat IJsland op naar elkaar bewegende continentale platen ligt.

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom komen er in Nederland minder natuurrampen als aardbevingen voor dan in Japan?
A
Nederland ligt op de grens van platen, Japan niet.
B
Nederland is rijker dan Japan en kan de gevolgen van natuurrampen dus beter beperken.
C
Nederland ligt in een gunstiger klimaat dan Japan.
D
Japan ligt dichterbij plaatgrenzen dan Nederland.

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de 3 begrippen naar de juiste plek.
Kern
Aardkorst
Mantel

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de drijvende kracht achter platentektoniek?
A
Convectiestromen
B
De zee
C
De mantel
D
Lavastromen

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het gevolg van deze beweging?
A
Alleen vulkanen
B
Aardbevingen en gebergtevorming
C
Alleen aardbevingen
D
Vulkanen, aardbevingen en gebergtevorming

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het gevolg van deze beweging?
A
Alleen hoge vulkanen
B
Oceanische rug en lichte aardbevingen
C
Alleen zware aardbevingen
D
Hoge vulkanen en lichte aardbevingen

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat meet de Schaal van Richter
A
vulkaanuitbarstingen
B
aardbevingen
C
tsunami's
D
geologische tijdschaal

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij 1 hoort:
A
Epicentrum
B
Hypocentrum

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De plaats in de aardkorst waar een aardbeving ontstaat heet:
A
magmakamer
B
epicentrum
C
hypocentrum
D
plaatbreuk

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een aardbeving van 5 op de schaal van Richter is .... keer zwaarder dan een aardbeving van 3.
A
2
B
10
C
20
D
100

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat ontstaat hier?
A
zware aardbeving
B
tsunami
C
oceanische rug
D
trog

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Convectiestromen
Vulkaan
Convergentie
Divergentie
trog
oceanische rug

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Schuif de plaatbewegingen naar de juiste plaats.

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit hoe een aardbeving in Groningen ontstaat. Gebruik de woorden boren, zandsteen en holle ruimtes in de antwoord.

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer komt water bij een Tsunami omhoog?
A
Als de snelheid van de golf hoog is
B
Op open zee
C
Bij een ondiepe ondergrond
D
Op het strand, bij de branding

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom merk je op een schip weinig van de Tsunami?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het logisch dat het woord tsunami uit Japan komt?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions