Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
De gesteentekringloop
3 hoofdtypen gesteente met hoe ze ontstaan.
Slide 2 - Diapositive
Stollingsgesteenten
basalt
uitvloeiingsgesteente
graniet
dieptegesteente
Oceanische korst
Snelle stolling.
Grijs, effen, geen kristallen zichtbaar.
stolt in zuilvorm
continentale korst
langzame stolling
verschillende kleuren, kristallen zichtbaar met blote oog.
Slide 3 - Diapositive
sedimentgesteente
zandsteen
kalksteen
Losse sedimenten (zandkorrels of kalk) worden samengedrukt waardoor ze aan elkaar vast komen te zitten en een vaste gesteentelaag worden.
Laagjes en fossielen zijn kenmerkend.
Slide 4 - Diapositive
metamorfgesteente
marmer
leisteen
Gesteente komt onder hoge druk en hoge temperatuur waardoor de vorm veranderd en er kristallisering (kristallen opnieuw plekje vinden) plaatsvindt.
gneis
Was kalksteen, na hoge druk en hoge temperatuur werd het marmer.
Was kleisteen, na hoge druk en hoge temperatuur werd het leisteen.
Was graniet, na hoge druk en hoge temperatuur werd het gneis.
Slide 5 - Diapositive
hoge druk en hoge temperatuur
druk door zware bovenliggende lagen sediment
stollen van magma/lava
kalksteen
zandsteen
gneis
basalt
graniet
marmer
stollingsgesteente
sedimentgesteente
metamorfgesteente
Slide 6 - Question de remorquage
Wat is de naam van dit gesteente?
Slide 7 - Question ouverte
Welk hoofdtype gesteente is dit?
Slide 8 - Question ouverte
Er zijn 2 soorten stollings- gesteente. Welk type is dit?
Slide 9 - Question ouverte
Wat is de naam van dit gesteente?
Slide 10 - Question ouverte
Welk hoofdtype gesteente is dit?
Slide 11 - Question ouverte
Leg uit hoe zandsteen ontstaat (2p)
Slide 12 - Question ouverte
Wat is de naam van dit gesteente?
Slide 13 - Question ouverte
Welk hoofdtype gesteente heeft dit gesteente?
Slide 14 - Question ouverte
Welk type stollingsgesteente is dit?
Slide 15 - Question ouverte
Neem 1 t/m 3 over uit de tekst en vul het juiste woord in.
Gletsjers in gebergten schuren een stuk kalksteen af, dit wordt ....1..... genoemd. Wanneer deze afgebroken stukken kalksteen grover zijn dan klei en kleiner zijn dan grind, spreek je van ....2....., wanneer ze los worden neergelegd. Wordt de druk van de bovenliggende sedimenten op dit sediment zo groot dat een gedeelte gaat vervormen en nieuwe kristallen vormt, ontstaat er ....3.....
Slide 16 - Question ouverte
In welk type gesteente kan je fossielen vinden?
A
stollingsgesteente
B
sedimentgesteente
C
metamorfgesteente
Slide 17 - Quiz
Leg uit waarom fossielen in de andere 2 gesteentelagen niet gevonden kunnen worden (2p).
Slide 18 - Question ouverte
Vulkanische eilanden zijn ontstaan door vulkanen. Toch kunnen op vulkanische eilanden fossielen aangetroffen worden.
Leg uit hoe dat kan. (3p)
Slide 19 - Question ouverte
Koraalriffen bestaan uit kalksteen en zijn opgebouwd uit de kalkskeletjes.
Tot welke hoofdgroep gesteenten behoort een koraalrif?
Slide 20 - Question ouverte
Zandsteen is een sedimentgesteente. Volgens de gesteentekringloop kan sedimentgesteente op verschillende manieren worden omgezet in een metamorf gesteente zoals leisteen.
Zet de volgende stappen/gesteenten in de juiste volgorde om van zandsteen naar basalt te gaan. Gebruik alle stappen: basalt – erosie – eruptie – magma – subductie – zandsteen.