11-06-2024

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Planning
Welkom
Stillezen
Woordendictee
Nakijken
Instructie
Zelfstandig werken

Slide 2 - Diapositive

stillezen

timer
15:00

Slide 3 - Diapositive

BOEKPROMOTIE!
Examendeal: wat zegt de titel je?

Stukje voorlezen.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Hoofdstuk 5

Slide 6 - Diapositive

Dictee

* reserverol 
* basisspeler
* persconferentie
* duel
* uitzwaaiwedstrijd

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Ontleed de volgende zinnen: 
1. Ik pak de fiets uit de schuur.

2. De kok bereidde het gerecht met passie voor mijn moeder.







Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

0

Slide 14 - Vidéo

Lekker inkomertje, hè?!
Jezelf vestaanbaar maken is nog niet altijd even makkelijk. 
Deze les gaat over twee spellingtekens die ervoor moeten zorgen dat we woorden beter kunnen lezen en uitspreken. Ze worden dan ook gebuikt om lees- en uitspraakproblemen te voorkomen. 
Ieder spellingsteken wordt op net een andere manier ingezet, dus let goed op!

Slide 15 - Diapositive

Waarom dus?
Om uitspraakproblemen te voorkomen gebruik je trema’s en apostrofs

Slide 16 - Diapositive

Trema
- Wordt gebruikt om te voorkomen dat twee klinkers in één woord samen worden uitgesproken.
Uitspraak
     Wel: kopiëren, beëindigen, Azië, ideeën, financiële, poëzie, reünie
     Sommige voltooide deelwoorden: geïrriteerd, geüniformeerd

Leenwoorden: fröbelen, conciërge, überhaupt, glühwein

Slide 17 - Diapositive

Let op: in samenstellingen gebruik je geen trema, maar een koppelteken: radio-interview, mee-eten, opera-achtig, cd-speler.
Geen trema: - als er geen foute uitspraak mogelijk is: gekopieerd, financieel.
Geen trema: - bij twee i's: heiig, beschoeiing, buiig
Geen trema: - bij voltooide deelwoorden met 'gea', 'geo', 'geij': geaccepteerd, geoefend, geijverd.
Geen trema: - in samenstellingen, daar gebruik je het koppelteken: gala-avond

Slide 18 - Diapositive

Apostrof
Als weglatingsteken: ’s avonds, Lars’ scooter, ’s-Hertogenbosch;
In meervouds- en bezitsvormen op -a, -i, -o, -u, -y die verkeerd kunnen worden uitgesproken: paraplu's, logo's, Carla's jurk. Maar: milieus, displays, Beaus nieuwe vriendin.

Uitspraakproblemen: kiwi’s, baby’s, Hanna’s fiets
      Niet bij: cadeaus, cowboys, Annes fiets

Afleidingen en meervouden van afkortingen: cc’en, dvd’tje, pc’s;

Verkleinwoorden op -y voorafgegaan door een medeklinker: baby’tje (maar: displaytje).

Slide 19 - Diapositive

Wat is juist gespeld?
A
Mirjam's broer
B
wc-bril
C
wcbril
D
Mirjams broer

Slide 20 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
Trix' fiets is gestolen.
B
Trix d'r fiets is gestolen.
C
Patricks tas is leeg.
D
Patrick's tas is leeg.

Slide 21 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
De cadeau's voor Lucas' verjaardag liggen op tafel.
B
De cadeaus voor Lucas's verjaardag liggen op tafel.
C
De cadeaus voor Lucas' verjaardag liggen op tafel.
D
De kado's voor Lucas' verjaardag liggen op tafel.

Slide 22 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
hbo'studie
B
hbo-studie
C
HBO'studie
D
HBO-studie

Slide 23 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
cafes
B
cafe's
C
cafés
D
café's

Slide 24 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
Mijn tante's wonen in 's Hertogenbosch
B
Mijn tantes wonen in 's hertogenbosch.
C
Mijn tantes wonen in Den Bosch.
D
Mijn tante's wonen in 's-Hertogenbosch.

Slide 25 - Quiz

Wat is juist gespeld?
A
's Morgen's neemt niemand z'n telefoon op.
B
'S morgens neemt niemand z'n telefoon op.
C
's Morgens neemt niemand zen telefoon op.
D
's Morgens neemt niemand z'n telefoon op.

Slide 26 - Quiz

Met trema 
Zonder trema
efficient
coordinatie
elektricien
geijsbeerd
genitalien
geinfiltreerd
petroleum
gelinieerd
heroine
uitzaaiingen
naief
industrieel
Italie
industriele
reunie
financien

Slide 27 - Question de remorquage

Zelfstandig werken
Wat?
Hoofdstuk 5.8  tot en met opdracht 10
Hoe?
Werkboek
Tijd?
Einde van de les
Eerder klaar?
Hoofdstuk 5.7 opdracht 1 en 4
Werkboek
timer
15:00

Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
  • Maken 5.3 tot en met opdracht 20 Online.
  • Maken 5.8 tot en met opdracht 6 in werkboek.

Slide 29 - Diapositive