H7 - §7.2 Versnellen en vertragen

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • lesdoelen 7.2
  • instructie 7.2
  • Maken opdrachten
  • Afsluiten les 

 


§7.2 - Versnellen en vertragen
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom in de les
Vandaag:
  • terugblik
  • lesdoelen 7.2
  • instructie 7.2
  • Maken opdrachten
  • Afsluiten les 

 


§7.2 - Versnellen en vertragen

Slide 1 - Diapositive

huiswerk gemaakt?

Slide 2 - Diapositive

Terugblik

Slide 3 - Diapositive

Opgave 8

Slide 4 - Diapositive

Opgave 14

Slide 5 - Diapositive

Wat weet je al???

Slide 6 - Diapositive

Hoe ver heeft deze fietser
gereisd deze dag?
A
3 uur
B
4 uur
C
30 km
D
50 km

Slide 7 - Quiz

Hoe lang is deze fietser
onderweg geweest?
A
6 uur
B
4 uur
C
50 km
D
3 uur

Slide 8 - Quiz

Hoe lang heeft deze fietser
tussendoor uitgerust?
A
3 uur
B
4 uur
C
1 uur
D
2 uur

Slide 9 - Quiz

Bereken de gemiddelde
snelheid van punt A naar
punt B.

A
10 km/h
B
30 km/h
C
25 km/h
D
15 km/h

Slide 10 - Quiz

Bereken de gemiddelde
snelheid van punt A
naar punt C.

A
15 km/h
B
6 km/h
C
25 km/h
D
10 km/h

Slide 11 - Quiz

Op welk deel van de beweging
heeft deze fietser de hoogste
snelheid?
A
van A naar B
B
van B naar C
C
van C naar D
D
Dat kun je niet weten.

Slide 12 - Quiz

75 km/h is ... m/s
A
20,8 m/s
B
270 m/s

Slide 13 - Quiz

19,44 m/s is ... km/h
A
5,4 km/h
B
70 km/h

Slide 14 - Quiz

Je leert ...
  • de begrippen versnellen, vertragen, vertraging en versnelling gebruiken bij bewegingen;
  • berekeningen maken met gemiddelde snelheid, afstand en tijd;
  • bewegingsdiagrammen aflezen en herkennen bij versnelde en vertraagde bewegingen.

Slide 15 - Diapositive

Gemiddelde snelheid
gemiddelde snelheid = totale afstand delen door de totale tijd.



vgem=ts
vgem  ts

Slide 16 - Diapositive

Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand

Slide 17 - Quiz

Een atlete loopt de 100 meter in 10,8 seconden.
Bereken de gemiddelde snelheid.
A
v = 0,108 m/s
B
v = 33,3 m/s
C
v = 2,57 m/s
D
v = 9,26 m/s

Slide 18 - Quiz

Afstand
Tijd
Snelheid
Eenheid:
Symbool grootheid:
Symbool eenheid:
Symbool grootheid:
Eenheid:
Symbool eenheid:
Symbool grootheid:
Eenheid:
Symbool eenheid:
s
meter
m/s
meter per seconde
v
m
seconde
t
s

Slide 19 - Question de remorquage

Versnellen
Versnelling = de snelheid neemt in één seconde toe.

Slide 20 - Diapositive

Versnellen
eenparig versnellen = de versnelling is steeds even groot.
                                       = de snelheid neemt in één seconde evenveel toe.

Slide 21 - Diapositive

Versnellen
eenparig versnellen = lineair verband.

Hoe steiler de lijn, des te groter de 
versnelling.

Slide 22 - Diapositive

Versnellen
Gemiddelde snelheid bij eenparig versnellen of vertragen.




Deze formule staat niet in Binas
vgem=2(vb + ve)

Slide 23 - Diapositive

Even oefenen!
Een trein versnelt eenparig vanuit stilstand
tot 150 km/h in 12,5 s.
Bereken de afstand die de trein aflegt
tijdens dit versnellen.
Bereken eerst de gemiddelde snelheid.

Slide 24 - Diapositive

Even oefenen!
G: ve = 150 km/h = 41,67 m/s,   vb = 0 km/h = 0 m/s,   t = 12,5 s  
G: s = ?
F: 

B:

A: de trein legt een afstand af van 260,44 m.
v=ts
s=20,835  12,5=260,44
s=vgem  t
vgem=2(vb + ve)
vgem=2(0+ 41,67)=20,835

Slide 25 - Diapositive

Vertragen
Vertraging = de snelheid neemt in één seconde af.

Slide 26 - Diapositive

Vertragen
eenparig versnellen = de verstraging is steeds even groot.
                                       = de snelheid neemt in één seconde evenveel af.

Slide 27 - Diapositive

Vertragen
eenparig vertragen = lineair verband.

Hoe steiler de lijn, des te groter de 
vertraging.

Slide 28 - Diapositive

Even oefenen!
Een auto rijdt met 50 km/h als hij een 
noodstop maakt voor een paar
overstekende eenden. Hierbij maakt hij 
een remspoor van 14 meter. 

Bereken hoe lang het remmen heeft geduurd.

Slide 29 - Diapositive

Even oefenen!
G: vb = 50 km/h = 13,89 m/s,   ve = 0 km/h = 0 m/s,   s = 14 m  
G: t = ?
F: 

B:

A: het remmen duurde 2,02 s.
vgem=ts
t=6,94514=2,02
t=vsgem
vgem=2(vb + ve)
vgem=2(13,89+0)=6,945

Slide 30 - Diapositive


Wat voor soort beweging is in deel A van de grafiek getekend ?
A
Eenparige (constante) beweging
B
Eenparig versnelde beweging
C
Eenparig vertraagde beweging
D
Stilstand

Slide 31 - Quiz


Wat voor soort beweging is in deel C van de grafiek getekend ?
A
Eenparige (constante) beweging
B
Eenparig versnelde beweging
C
Eenparig vertraagde beweging
D
Stilstand

Slide 32 - Quiz


Wat voor soort beweging is in deel A van de grafiek getekend ?
A
Eenparige (constante) beweging
B
Eenparig versnelde beweging
C
Eenparig vertraagde beweging
D
Stilstand

Slide 33 - Quiz


Wat voor soort beweging is in deel E van de grafiek getekend ?
A
Eenparige (constante) beweging
B
Eenparig versnelde beweging
C
Eenparig vertraagde beweging
D
Stilstand

Slide 34 - Quiz

eenparige beweging
versnelde beweging
vertraagde beweging

Slide 35 - Question de remorquage

Vertraagde beweging
Eenparige beweging
Stroboscopische foto
Versnelde beweging

Slide 36 - Question de remorquage

Een auto remt in 6 seconde van 100km/h af naar 40km/h om een bocht op een afrit te kunnen maken. Welke afstand heeft de auto tijdens dit afremmen afgelegd?

Slide 37 - Question ouverte

Een auto remt in 6 seconde van 100km/h af naar 40km/h om een bocht op een afrit te kunnen maken. Wat is de gemiddelde snelheid van de auto?

Slide 38 - Question ouverte

Aan de slag!
Lezen: §7.2


Maak:
route groen
route blauw
of
route paars






Zs
timer
5:00

Slide 39 - Diapositive

Aan de slag!
Lezen:


Maak: 






Zf
timer
5:00

Slide 40 - Diapositive

Wat weet je al???

Slide 41 - Diapositive

Wat is de juiste formule om de gemiddelde snelheid uit te rekenen?
A
t = s : v
B
s = v x t
C
v = s : t
D
v = s x t

Slide 42 - Quiz

Een auto rijdt 385 km met een gemiddelde snelheid van 110 km/h. Bereken hoelang de auto over die afstand doet.
A
t = 3,5 h
B
t = 0,29 h
C
Drie kwartier
D
t = 2,5 h

Slide 43 - Quiz

Na de start bereikt de TGV (hoge snelheids trein) in 3 minuten een snelheid van 88,3 m/s.

Bereken de gemiddelde snelheid in m/s
A
29,4 m/s
B
264,9 m/s
C
44,2 m/s

Slide 44 - Quiz

Je kunt...
  • de begrippen versnellen, vertragen, vertraging en versnelling gebruiken bij bewegingen;
  • berekeningen maken met gemiddelde snelheid, afstand en tijd;
  • bewegingsdiagrammen aflezen en herkennen bij versnelde en vertraagde bewegingen.

Slide 45 - Diapositive

Ja, dat kan ik!
😒🙁😐🙂😃

Slide 46 - Sondage