3.5 - A - Wetenschap en techniek



3.5 -Wetenschap 
en techniek
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon



3.5 -Wetenschap 
en techniek

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe wetenschappers anders gingen denken in de 17e eeuw. 

Slide 2 - Diapositive

Al vanaf de oudheid was er een geocentrisch wereldbeeld...waar bij de zon en de planeten om de aarde draaiden...
...Dit idee werd ook nog in de Middeleeuwen toegepast en paste goed bij het christelijke idee dat God de aarde heeft geschapen. 

Slide 3 - Diapositive

Galileo Galilei
  • Galilei ontwikkelde de telescoop, zodat hij nog beter onderzoek kon doen naar het heelal. 

  • Galilei bewees dat de zon centraal stond en de aarde daaromheen draaide. 

  • De aarde was dus niet het stilstaande middelpunt zoals de bijbel voorschreef. 

Slide 4 - Diapositive

Van een geocentrisch wereldbeeld, waarbij de aarde centraal staat..
Naar een heliocentrisch wereldbeeld, waarbij de zon centraal staat en de aarde eromheen draait. 

Slide 5 - Diapositive


Wetenschap

  • In de 17e eeuw waren er wetenschappelijke ontdekkingen gedaan, we spreken dan ook van de wetenschappelijke revolutie.
  • Wetenschappers ontdekten dat het eeuwenoude theorieën niet altijd waar zijn en gingen zelf onderzoeken en logisch redeneren. 
  • Er ontstond een doorbraak in het wetenschappelijk denken.

Slide 6 - Diapositive

In het oude wereldbeeld grijpt god voortdurend in de natuur in. 
In het nieuwe wereldbeeld had god de wereld in beweging gezet, maar ging het voortaan automatisch via de natuurwetten. 

Slide 7 - Diapositive

Isaac Newton
  • Newton ontdekte de wet van de zwaartekracht. 

  • Voorwerpen "reageren" volgens bewegingswetten. 

  • De bewegingswetten zijn afhankelijk van grootte en afstand.  

  • Dit waren natuurwetten die altijd en overal geldig zijn. 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Zelfstandig werken
  • Lezen paragraaf 3.5. 

  • Maak opdracht 1a, 1b, 2, 3a, 3b, 3c, 3d, 4a en 5. 

  • Klaar? Maak opdracht 14 op pagina 84.  

Slide 10 - Diapositive