Les 2b

¡Bienvenid@s!

Yo soy señora Van Reeuwijk

¿Quién eres tú?
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

¡Bienvenid@s!

Yo soy señora Van Reeuwijk

¿Quién eres tú?

Slide 1 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy?
Wat gaan we doen vandaag?

1. Repasar: el vocabulario
2. Corregir: los deberes
3. Aprender: los artículos 
4. ¡Trabajar y estudiar!

Slide 2 - Diapositive

1. iemand begroeten
2. vragen hoe het gaat
3. jezelf voorstellen

Slide 3 - Question ouverte

Sleep de woorden/vragen naar de juiste vertaling
la piscina
vamos
¿quién eres?
¿y tú?
wij gaan
en jij?
wie ben jij?
het zwembad

Slide 4 - Question de remorquage

¿CÓMO SE DICE...?

ik ga
A
soy
B
voy
C
vas
D
es

Slide 5 - Quiz

Vertaal deze woorden naar het Spaans:
1. goed
2. Engels
3. ja / wel

Slide 6 - Question ouverte

Corregir los deberes
Open je libro de texto op p.12 (fuente C)
Pak opdracht 6 en 7 erbij in je schrift.

Slide 7 - Diapositive

Los artículos
= de lidwoorden

- bepaald: de, het
- onbepaald: een

¿Y en español?
Volg je gevoel...............

Slide 8 - Diapositive

Kies het juiste (bepaalde) lidwoord:
... chico
A
el
B
la

Slide 9 - Quiz

Kies het juiste (onbepaalde) lidwoord:
... libro
A
un
B
una

Slide 10 - Quiz

Kies het juiste (bepaalde) lidwoord:
... ventana
A
el
B
la

Slide 11 - Quiz

Kies het juiste (onbepaalde) lidwoord:
... chica
A
un
B
una

Slide 12 - Quiz

Los artículos
ENKELVOUD
De lidwoorden
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk 
enkelvoud
mannelijk
meervoud
vrouwelijk 
meervoud
Bepaald lidwoord
de / het 
el
la
los
las
Onbepaald lidwoord
een / een paar 
un
una
unos
unas

Slide 13 - Diapositive

Mannelijke en vrouwelijke woorden 

Mannelijk

- als het eindigt op -o
 Vrouwelijk

- als het eindigt op -a
- als het eindigt op -ión
- als het eindigt op -dad

Slide 14 - Diapositive

Los artículos (in)defenidos

Slide 15 - Diapositive

Los artículos
.



meervoud maken van een zelfstandig naamwoord:
- eindigt op klinker --> + s (la piscina > las piscinas)
- eindigt op medeklinker --> + es (una ciudad > unas ciudades)
De lidwoorden
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk 
enkelvoud
mannelijk
meervoud
vrouwelijk 
meervoud
Bepaald lidwoord
de / het 
el
la
los
las
Onbepaald lidwoord
een / een paar 
un
una
unos
unas

Slide 16 - Diapositive

Mannelijke en vrouwelijke woorden 
De uitzonderingen:
Mannelijk

El día - de dag 
El problema - het probleem 
El sistema - het systeem
El mapa - de landkaart 
 Vrouwelijk

La foto - de foto
La radio - de radio
La mot- de motorfiets
La mano - de hand  

Slide 17 - Diapositive

Kies het juiste lidwoord:
... chicos
A
el
B
las
C
los
D
unas

Slide 18 - Quiz

Kies het juiste lidwoord:
... amigas
A
la
B
las
C
una
D
unas

Slide 19 - Quiz

Woorden zoals playa, estación en verdad zijn...
A
mannelijk, dus el/un
B
vrouwelijk, dus la/una

Slide 20 - Quiz

Zet de woorden incl. lidwoorden in het meervoud

1. ... banco -->
2. ... hermana --> 
3. ... cantidad --> 
4. ... señor -->

Slide 21 - Diapositive

¡A trabajar!
LIBRO DE EJERCICIOS: ejercicios 8, 9 y 10 (p.13-14)

Handig: p. 13 van je libro de texto

Slide 22 - Diapositive

Los deberes para el miércoles
Estudiar (leren): StudyGo 1.1 y 1.2
+ fuente D (libro de texto) + aantekeningen

Hacer (maken): ejercicios 8, 9 y 10 
(p. 13-14, libro de ejercicios)

Slide 23 - Diapositive