AFP 2.3.9

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Anatomie, Fysiologie en Pathologie

Les 9

Periode 3

Leerjaar 2

Vorige les

Wat doet het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel?

Wat doet het parasympathische deel van het zenuwstelsel? 

Wat is een voorbeeld van een sympathico-mimetica?

Wat voor bijwerkingen kunnen corticosteroïden geven?

Lesindeling 

1. Welkom + Rapid (5 min.)
2. Vorige les (5 min.)
3. Lesindeling en lesdoelen (5 min.)
   
4. Theorie Medicijnen (25 min.)
   
5. Afsluiting en huiswerk (5 min.)
   

Lesdoelen

Aan het eind van de les kun je:

1. Uitleggen welke medicijnen er voorgeschreven kunnen worden voor chronische luchtwegaandoeningen, hoe zij toegediend worden en welke (bij)werking deze medicijnen hebben.
   

Regeling van de ademhaling

Door ademhalingscentrum in hersenstam/verlengde merg

• Autonoom systeem (niet/weinig beïnvloedbaar)

Autonoom zenuwstelsel: Reguleert de organen (dus ook de longen!)

• Sympathisch deel: Zorgt voor actie (fight/flight/fright)
• Parasympathisch deel: Zorgt voor ontspanning (rest and digest)

Para sym pathico-lytica 

Sym pathico- 

mimetica

Longmedicatie

Medicijnen bij hoesten: Groot placebo-effect

• Bij productieve hoest: Ophoesten van slijm
• Bij niet-productieve hoest: Prikkelhoest (vaak bij ACE-remmers)

Hoestprikkeldempende stoffen: bij niet-productieve hoest

• Codeïne of Noscapine (minder werkzaam dan codeïne)
• Bijwerkingen: obstipatie

Mucolytica: Verminderd taaiheid van het slijm (makkelijker ophoesten)

Eerder behandeld medicijnen zijn vooral voor Astma en COPD

Bij medicijnen tegen hoesten wordt er veelal getwijfeld aan de werkzaamheid van de medicijnen.

Hoewel codeïne een afgeleide is van opium, is het niet verslavend.

Longmedicatie (2)

Longklachten door allergische reactie:

1. Allergeen bindt zich aan antilichaam
2. Antilichaam bindt zich aan mestcel
   (mestcellen zitten in slijmvliezen)
3. Mestcel valt uit elkaar
4. Histamine komt vrij
5. Allergische reactie: loopneus, tranende
   ogen, hoesten, benauwdheid etc.
   
   

Longmedicatie (2)

Longklachten door allergische reactie:

1. Allergeen bindt zich aan antilichaam
2. Antilichaam bindt zich aan mestcel
   (mestcellen zitten in slijmvliezen)
3. Mestcel valt uit elkaar
4. Histamine komt vrij
5. Allergische reactie: loopneus, tranende
   ogen, hoesten, benauwdheid etc.
   
   

Longmedicijnen voor allergie kunnen op verschillende manieren werken. 

- Corticosteroiden onderdrukken bijvoorbeeld de verschijnselen van een allergie

- Nu kijken we naar twee anderen

Longmedicatie (3)

Mestcelstabilisatoren: Werkt alleen preventief!

• Remt het uiteenvallen van de mestcel
• Moet 4-6 keer per dag gebruikt worden
• Cromoglicinezuur (weinig bijwerkingen)

Moet langzaam afgebouwd worden om het 

optreden van hevige allergische reacties te 

voorkomen...

Als histamine al is vrijgekomen, doen deze medicijnen niks meer

Longmedicatie (4)

Antihistaminica: Gaan de werking van histamine tegen

• Is eerste keus bij allergieën
• Tabletten, oogdruppels, neusspray en evt. injectie
• Soms ook zonder recept verkrijgbaar
• Cetirizine en Levocabastine
  
• Bijwerkingen: Sufheid, slaperigheid,
    hoofdpijn, duizeligheid

Werkt ook tegen wagenziekte...

Zelf aan de slag

(Af)Maken alle Expert Colleges van de longen: Longontsteking, Longkanker, Long- en Borstvliesontsteking, Kortademigheid, COPD en Astma

Én alle opdrachten: schema medicatie 1+2, schema
aandoeningen luchtwegen, herhaling anatomie,
opdrachtenblad medicatie en opdracht lagere
luchtwegen.

Huiswerk

• Ga verder met jouw lijst van moeilijke woorden uit de lesstof. Geef de naam in het Nederlands en in het Latijn.
  
• (Af)Maken alle Expert Colleges van de longen: Longontsteking, Longkanker, Long- en Borstvliesontsteking, Kortademigheid, COPD en Astma