Por la ciudad - clase 4

¡Bienvenidos!
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

¡Bienvenidos!

Slide 1 - Diapositive

Folder herkansing a.s. zondag 14-05
Om 23:59 uur (of eerder) - later is een 1,0 !
Wat inleveren? 
- Folder en reflectieformulier

Wie?
  • Anass, Stephanie, Chloë, Mehmet, Sven, Yuri, Emir, Alec, Zoë, Evelina
  • Kimberlee, Hadassah, Martine, Kubilay, Nicole, Marvin, Qiëlle, Mohammed, Olaf
  • Anderen die van de herkansing gebruik willen maken

Slide 2 - Diapositive

La meta de hoy
Na deze les heb ik geoefend met HAY en ESTAR.

Slide 3 - Diapositive

Wat weet je nog van
HAY / ESTAR?

Slide 4 - Carte mentale

Hay = er is, er zijn






Hay + el / la / los / las
     >    hay el museo      er is het museum zeggen we niet!


Hay + onbepaald lidwoord
Hay un museo
Hay + geen lidwoord
Hay edificios
Hay + getallen
Hay 4 parques
Hay + onbepaalde hoeveelheden
Hay muchas iglesias
Hay pocas zonas verdes

Slide 5 - Diapositive

Estar
  • Estar = zijn
  • Estar --> gaat over waar iets of iemand zich bevindt / emoties (hoe het gaat met iemand)

yo estoy = ik ben
tú estás = jij bent
él / ella / usted está = hij is / zij is / u bent
nosotros estamos = wij zijn
vosotros estáis = jullie zijn
ellos / ellas están = zij zijn

Slide 6 - Diapositive

Hacemos ejercicio 4
el libro azul, pg. 55

"Un día en Barcelona"

Slide 7 - Diapositive

2
1
3
4
un lugar para comer
un lugar para comprar (kopen)
un lugar para cenar (dineren) con clientes
un lugar para relajarse
Un lugar... Een plek

Slide 8 - Question de remorquage

Hay un parque muy tranquilo
Hay un bar de tapas
Hay un restaurante de moda (popular)
Hay tiendas (shops) pequeñas y originales
Está en el barrio del Born
Está en el centro de la ciudad
Están en el barrio de Gracia
Está muy cerca, en el casco antiguo (oude stadscentrum)
El barrio = de wijk

Slide 9 - Question de remorquage

¿Qué tal la clase?
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Sondage

Hay, estar, ser

Hay = er is, er zijn

Estar = zijn
Gaat over waar iets of iemand zich bevindt / emoties (hoe het gaat met iemand)

Ser = zijn
Gaat over beschrijvingen, zoals: 
naam, nationaliteit, beroep, karakter, de tijd, hoe iets is

ESTAR
yo estoy = ik ben
tú estás = jij bent
él / ella / usted está = hij is / zij is / u bent
nosotros estamos = wij zijn
vosotros estáis = jullie zijn
ellos / ellas están = zij zijn




SER
yo soy = ik ben
tú eres = jij bent
él / ella / usted es = hij is / zij is / u bent
nosotros somos = wij zijn
vosotros sois = jullie zijn
ellos / ellas son = zij zijn

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien