1.1: verbranding (les 1)

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 2

Wat doen we vandaag?

-De formule van verbranding gaan we 

bewijzen aan de hand van proefjes en filmpjes

-Huiswerk maken

Verbranding

brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie 

Brandstof = stof die verbrandt

Koolstofdioxide (CO2) = onzichtbaar gas (niet zien of ruiken), zit in de belletjes van frisdrank

Energie = komt vrij bij verbranding (beweging, warmte, licht)

Verbranding

Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie 

Brandstof = stof die verbrandt

Bewijs dat zuurstof nodig is --> proefje met kaars (wb. blz. 62)

Verbranding

Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie 

Bewijs dat water overblijft na verbranding --> proefje uitademen tegen het raam

Verbranding

Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie 

Bewijs dat energie overblijft na verbranding --> proefje uitademen in je handen

Indicator=

een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen

Met helder kalkwater kun je aantonen of er koolstofdioxide in zit

Verbranding

Brandstof + zuurstof --> water + koolstofdioxide + energie 

Wat is het verschil in koolstofdioxidegehalte bij ingeademde en uitgeademde lucht?

Je kijkt zo naar een filmpje waarop ze een proef laten zien

Werkboek blz. 69 + 70

Vul tijdens/ na het filmpje het kopje resultaten + conclusie in

Lucht bestaat uit veel verschillende gassen die je niet ziet, maar wel kunt voelen.

Aan het (huis)werk

Lees blz. 8 t/m 9

Maak basisstof 1.1 opdracht 1, t/m 9