N2 - 3TL -H4 Spoedcursus deel 2

H4: Nieuwe stoffen maken

Spoedcursus deel 2 

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H4: Nieuwe stoffen maken

Spoedcursus deel 2 

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel

  1. Je kunt een reactievergelijking kloppend maken. 
Planning 

1. Voorkennis terughalen 2.Uitleg reactievergelijkingen 3. Samen oefenen  
4. Zelf opdrachten maken
5. Afsluiting  


Slide 2 - Diapositive

Waarom kan het interessant zijn om te begrijpen hoe stoffen zijn opgebouwd en hoe zij reageren?

Slide 3 - Carte mentale

Voorkennis terughalen

Slide 4 - Diapositive

Hoeveel verschillende atoomsoorten zie je hier?
A
9
B
4
C
5

Slide 5 - Quiz

Hoeveel verschillende soorten moleculen zie je hier?
A
3
B
4
C
5
D
9

Slide 6 - Quiz

Geef een voorbeeld van een zuivere ontleedbare stof.
timer
1:00

Slide 7 - Question ouverte

Wet van massabehoud: 
Legosteentjes kun je niet toveren. 
Uitleg reactievergelijkingen 

Slide 8 - Diapositive

Spelregels 

1. Voor en na de pijl evenveel atomen. 
2. De 1 schrijf je niet. 
3. Je mag geen breuken gebruiken. 
4. Je moet altijd zo klein mogelijke getallen gebruiken.
Stappenplan

1. Tel het aantal atomen voor en na de pijl.
2. Verander de coëfficiënten totdat je voor en na de pijl evenveel atomen hebt.  
timer
5:00

Slide 9 - Diapositive

Bij de ontleding van zilverchloride ontstaan zilver en chloor. 
1. Reactieschema 
zilver + chloor --> zilverchloride

2. Reactievergelijking 
...Ag + .... Cl2 --> ....AgCl 

Slide 10 - Diapositive

Wat moet je invullen om de vergelijking kloppend te maken?
.....H2O --> ....H2 + .....O2
A
2 | niets | 2
B
2 | 2 | niets
C
2 | 2 | 2
D
niets | niets | 2

Slide 11 - Quiz

Wat moet je invullen om de vergelijking kloppend te maken?
.....CH4 --> ....H2 + .....C
A
niets | 2 | niets
B
niets | 2 | 4
C
niets | 4 | 4
D
niets | niets | 4

Slide 12 - Quiz

Wat moet je invullen om de vergelijking kloppend te maken?
.....S + .....O2 --> ....SO2
A
2| 2 | 2
B
niets | 2 | 2
C
niets | 2 | niets
D
niets | niets | niets

Slide 13 - Quiz

Meer oefening nodig? Dan doe je de oefeningen met de gele cirkels klassikaal mee. 

Snap jij het best al goed? Voer dan zelfstandig de opdrachten bij de paarse cirkels uit.   

Deze opdrachten doet iedereen.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Maak deze reactievergelijkingen kloppend. Schrijf ze in je schrift. 

Slide 17 - Diapositive

Kijk je werk na. Verbeter je antwoorden waar dat nodig is. 

Slide 18 - Diapositive

Maak deze reactievergelijkingen kloppend. Schrijf ze in je schrift. 

Slide 19 - Diapositive

Kijk je werk na. Verbeter je antwoorden waar dat nodig is. 

Slide 20 - Diapositive

Hoeveel reactievergelijkingen had jij goed?
1
2
3
4
5

Slide 21 - Sondage

Had jij net 4 of 5 reactievergelijkingen goed? 
Ga dan door met de andere paarse vragen. 

 Had jij minder dan 4 vragen goed? Ga dan terug en oefen meer met de gele vragen.  

Slide 22 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
Rachid gaat koken op de camping. Hij verbrandt hierbij butaangas (C4H10). Bij de verbranding ontstaat koolstofdioxde en water. 
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 23 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
Rachid gaat koken op de camping. Hij verbrandt hierbij butaangas (C4H10). Bij de verbranding ontstaat koolstofdioxde en water.

Antwoord:
2 C4H10 + 13 O2 ->  8 CO2 + 10 H2O 
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 24 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
De fiets van Michelle staat al een tijdje buiten. Haar stuur is gemaakt van ijzer en er is roest ontstaan. Roesten is een proces waarbij ijzer met zuurstof reageert tot ijzeroxide (Fe2O3). 
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 25 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
De fiets van Michelle staat al een tijdje buiten. Haar stuur is gemaakt van ijzer en er is roest ontstaan. Roesten is een proces waarbij ijzer met zuurstof reageert tot ijzeroxide (Fe2O3). 

Antwoord:
4 Fe + 3 O2 --> 2 Fe2O3 
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 26 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
Turnsters gebruiken vaak magnesiumoxide (MgO) als poeder voor hun handen. Dit wordt gemaakt door magnesium te verbranden.    
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 27 - Diapositive

Stel kloppende reactievergelijkingen op bij deze situaties. Schrijf de antwoorden in je schrift. 
Turnsters gebruiken vaak magnesiumoxide (MgO) als poeder voor hun handen. Dit wordt gemaakt door magnesium te verbranden.  

 
Antwoord: 
2Mg + O2 --> 2MgO 
Let op! 
Cl2
F2
N
H2 
O2 
I2 
Br 

Slide 28 - Diapositive

Klaar? Complimenten! 
Kies een van deze dingen om te doen: 
1) Oe
2) Bouw moleculen met de molecuulbouwdoos. 
3) Lees een boek of Donald Duck.
Let op dat je bij de afsluiting weer mee doet. 

Slide 29 - Diapositive


Een plant zet de stoffen koolstofdioxide en water om in glucose en zuurstof. Kies de kloppende reactievergelijking. 
A
6 H2O + 6 CO2 → C6H12O6 + O2
B
6 H2O + 6 CO2 → C6H12O6 + 6 O2
C
6 H2O + CO2 → C6H12O6 + O2
D
6 H2O + CO2 → C6H12O6 + 6O2

Slide 30 - Quiz


Een mens is een omgekeerde plant. Hij zet glucose met zuurstof om in koolstofdioxide en water.  Kies de juiste vergelijking. 
A
C6H12O6 + 6 O2 → 6 H2O + 6 CO2
B
C6H12O6 + 6O2 → 6 H2O + CO2
C
C6H12O6 + 6O2 → H2O + 6 CO2
D
C6H12O6 + O2 → 6 H2O + 6 CO2

Slide 31 - Quiz


Welke vragen heb jij nog? 

Slide 32 - Question ouverte

Dit vond ik van de les..
Dit vond ik van de les..
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Sondage