Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Dinsdag 2 februari
WELKOM!
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen?
1) Mededelingen etc 5 min
2) Nakijken huiswerk 10 min
3) Uitleg 'Betoog' 15 min
4) Schrijfopdracht 20 min
5) Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we leren?
Je kent de opbouw van een 'betoog'.
Je kunt een overtuigende tekst schrijven.
Slide 3 - Diapositive
Eerst nog even dit:
Oriëntatietoets en Quickscan gemaakt?
Staat de uitslag in je examenbundel?
Staat de uitslag van de oriëntatietoets in je examenbundel?
Slide 4 - Diapositive
nakijken huiswerk opdr. 1+2
neem je boek voor je op pag. 69
neem je schrift voor je
verbeter en/of vul aan
Klaar?
verbeter je Samsung-brief
Slide 5 - Diapositive
opdracht Lezen H3 nakijken huiswerk
lesboek pag. 70 - Schrift met antwoorden open. Kijk na en verbeter opdr. 3
1- feit: langs onze straten en wegen staan lantarenpalen;
Mening: het staat vol met lantarenpalen; die lantarenpalen zijn niet echt fraai; ze verbruiken behoorlijk wat energie.
2- Aan de andere kant zullen er ook mensen zijn die het fijne licht van de bomen meer kunnen waarderen dan het ‘harde’ licht van de ouderwetse lantaarnpalen.
Slide 6 - Diapositive
opdracht Lezen H3 nakijken huiswerk
3- Reumer
4- ‘maar er zijn nog meer organismen op deze wereld en die kijken er vaak heel anders tegenaan.’
5- anders leven van insecten.
6- Licht meer gerichter op de weg en straalt niet alle kanten op zoals bij lichtgevende bomen.
Slide 7 - Diapositive
opdracht Lezen H3 nakijken huiswerk
lesboek pag. 70 - Schrift met antwoorden open. Kijk na en verbeter opdr. 4
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Schrijven H 3 betoog pag. 76 en 203
Je moet dus een mening/standpunt hebben en goede argumenten om de lezer te overtuigen
Een betoog is een tekst waarin je
de lezer overtuigt van jouw mening
Inleiding:
Introductie van het onderwerp (aanleiding noemen) Je mening over het onderwerp geven
Middenstuk
Argumenten voor je standpunt + uitleg en voorbeeld
Steeds één per alinea. Gebruik verbindingswoorden
Tip: een tegenargument bedenken en het onderuit halen.
Slot:
Conclusie. Heel kort je mening+argumenten herhalen. Gebruik 'dus', of 'kortom',