Herhalingsles 2 schaarste, geld en handel

• Praktische economie
• MBO
• Studiejaar 1

Hoeveel € denk je dat corona de Nederlandse overheid tot nu toe heeft gekost?

Herhaling vorige les

(1)Behoeften zijn begrensd/onbegrensd
(2)Middelen zijn beperkt/ onbeperkt

1. (1) begrensd (2) Beperkt
2. (1) onbegrensd (2) onbeperkt
3. (1) Begrensd (2) onbeperkt
4. (1) onbegrensd (2) beperkt

Naarmate die middelen niet onbeperkt zijn zoals tijd, geld enz. noemen wij dit schaarste

1. Juist
2. Onjuist

Aan de hand van een budgetlijn kun je kijken welke productcombinaties allemaal mogelijk zijn

1. Onjuist
2. Juist

Wat zijn transactiekosten?

1. Kosten die gemaakt worden om de budgetlijn te kunnen weergeven
2. Kosten die gemaakt worden voor het maken van een geschikte ruil.
3. Kosten die gemaakt worden bij autarkie
4. Kosten die gemaakt worden om niet te ruilen.

Wanneer gaat een ruil niet door?

1. Wanneer de transactiekosten lager zijn dan het wederzijdse voordeel
2. Wanneer de transactiekosten hoger zijn dan het wederzijdse voordeel
3. Wanner er geen transactiekosten zijn
4. Wanneer er instituties worden ingeschakeld.

Op welke twee manieren kun je je arbeidsproductiviteit verhogen

1. Door scholing en ruilen
2. Door scholing en specialisatie
3. Door scholing en instituties
4. Door transactiekosten en instituties

Welke functies van geld bestaan er?

In de vorige les is uitgelegd dat er een ruilverhouding moet bestaan om middelen te kunnen ruilen. Er bestaan heel veel middelen die geruild kunnen worden, dus er zouden ook heel veel ruilverhoudingen moeten bestaan.

Is modern geld fiduciair?

1. Nee
2. Ja

De nominale waarde van geld blijft dus altijd gelijk. Wat er op een muntstuk of bankbiljet staat veranderd niet. De interne waarde verandert wel. Dit gebeurd in de loop van tijd en bijna altijd naar beneden. 

Is een euro nu meer of minder waard dan bijvoorbeeld tien jaar geleden?

1. Meer
2. Minder
3. Gelijk

Hoe wordt waardevermindering van geld genoemd?

De CB bepaalt hoeveel geld er in omloop wordt gebracht. Nieuw geld in omloop brengen heet geldschepping. 

De CB kan geld op twee manieren in omloop brengen: door het uigeven van chartaal en giraal geld.

Uitgifte van chartaal geld

Bankbiljetten worden gedrukt door diverse drukkerijen in Europa. Het nieuwe geld dat bestemd is voor Nederland komt eerst terecht bij DNB. Vanuit daar wordt het vervoerd naar de handelsbanken. Die brengen het geld weer in omloop door geldautomaten etc. 

De ECB en DNB weten op deze manier precies hoeveel chartaal geld er in omloop is gebracht.

Het reguleren van de girale geldhoeveelheid

De ECB regelt via een rentetarief de hoeveelheid girale geld die in omloop is.

Handelsbanken kunnen geld lenen bij de ECB.

Wanneer ECB de rente verlaagt die de banken moeten betalen, zullen banken meer geld lenen, want dit wordt immers goedkoper. 

Zij kunnen dit geld dan ook tegen een lagere rente aan hun klanten bieden. 

Waarvoor lenen gezinnen bijvoorbeeld geld bij de bank?

Waarvoor lenen bedrijven geld bij de bank?

Wat is de maatschappelijke geldhoeveelheid?

1. Hoeveelheid chartale en girale geld van alle banken in Nederland
2. Hoeveelheid chartale en girale geld van DNB
3. Hoeveelheid chartale en girale geld dat in handen is van gezinnen en bedrijven
4. Hoeveelheid chartale en girale geld dat de ECB beschikbaar stelt.

De ECB streeft naar een inflatie van ongeveer 2%. Wat zal de ECB doen wanneer de inflatie te laag wordt?

1. Rente verlagen
2. Rente verhogen
3. Wachten tot dat het vanzelf weer beter gaat
4. Minder geld in omloop brengen

Wanneer inflatie te laag wordt:

Zal de ECB:

Haar rente verlagen --> Handelsbanken lenen meer geld bij de ECB --> Zij lenen het geld weer uit aan hun klanten --> De maatschappelijke geldhoeveelheid groeit --> Inflatie neemt weer toe.

Het omgekeerde gebeurd wanneer de inflatie te hoog wordt.