Bestuursrecht les 8: Oefentoets

• Bestuursrecht
• MBO
• Studiejaar 1

Bestuursrecht les 8

Herhaling/oefentoets

Het bestuursrecht behoort tot het…

1. Privaatrecht
2. Publiekrecht

Noem de drie bestuursorganen waaruit iedere provincie bestaat

I. De Gedeputeerde Staten besturen de provincie en maken beleid.
II. De Provinciale Staten vertegenwoordigen de gehele bevolking van de provincie.

1. Beide stellingen zijn juist.
2. Stelling I is juist
3. Stelling II is juist
4. Geen enkele stelling is juist.

Stelling: De gemeenteraad vertegenwoordigt de gehele bevolking van de gemeente.

1. Juist
2. Onjuist

Welk orgaan van de gemeente voert het dagelijks bestuur van de gemeente?

1. Gemeenteraad
2. College van B&W
3. Burgemeester

Welke wet geeft algemene regels die voor het hele bestuursrecht gelden?

1. De Algemene Wet Bestuursrecht (Awb)
2. De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)
3. De Algemene Wet Rijksbelastingen (AWR)

In artikel 69 van de Vreemdelingenwet staat dat de bezwaartermijn vier weken is. In de Awb staat een bezwaartermijn van zes weken. Welke termijn geldt?

1. Uit de Awb, want dat is de belangrijkste wet voor het bestuursrecht.
2. Uit de Vreemdelingenwet, want dat is een bijzondere wet en de bijzondere wet gaat voor.

Stelling: Een publiekrechtelijke rechtshandeling heeft rechtsgevolg.

1. Juist
2. Onjuist

De gemeente verleent een kapvergunning. Dit is een:

1. Privaatrechtelijke rechtshandeling
2. Publiekrechtelijke rechtshandeling

De gemeente bestelt een nieuwe voorraad printpapier voor het kopieerapparaat. Dit is een:

1. Privaatrechtelijke rechtshandeling
2. Publiekrechtelijke rechtshandeling

De gemeente verleent Harry Martens een omgevingsvergunning. Dit is een:

1. Privaatrechtelijke rechtshandeling
2. Publiekrechtelijke rechtshandeling

Leg in het kort het verschil uit tussen een beschikking en een besluit van algemene strekking.

De toekenning van kinderbijslag is een

1. beschikking
2. besluit van algemene strekking

Een bestemmingsplan is een

1. beschikking
2. besluit van algemene strekking

Welk bestuursorgaan is een zelfstandig bestuursorgaan (zbo)?
(een zbo is een bestuursorgaan dat niet bij de overheid hoort, maar toch bestuurstaken uitvoert)

1. De gemeenteraad van Eindhoven
2. De commissaris van de Koning
3. Het UWV

Een gemeenteambtenaar weigert een kapvergunning zonder voldoende aan te geven waarom deze is geweigerd. Dit is in strijd met het:

1. Zorgvuldigheidsbeginsel
2. Evenredigheidsbeginsel
3. Motiveringsbeginsel

Er is geluidsoverlast geconstateerd van een café. De geluidsoverlast heeft niet eerder plaatsgevonden. De gemeente besluit het café voorgoed te sluiten. Dit is in strijd met:

1. Zorgvuldigheidsbeginsel
2. Evenredigheidsbeginsel
3. Misbruik van bevoegdheid

Stelling: Het vertrouwensbeginsel heeft een wettelijke grondslag en kun je dus vinden in de Awb.

1. Juist
2. Onjuist

Een bestuursorgaan mag niet zo maar terugkomen op een eerder genomen besluit, want een burger moet kunnen vertrouwen op de overheid. Dit heeft betrekking op:

1. Het vertrouwensbeginsel
2. Het rechtszekerheidsbeginsel

Hoe noemen we degenen die controleren of bestuursorganen, burgers en bedrijven zich aan de bestuursrechtelijke regels houden?

De regels omtrent de handhaving zijn vastgelegd in:

1. De Awb
2. Bijzondere wetten

Stelling I: Een dwangsom is een bestraffende sanctie.
Stelling II: Een bestuurlijke boete is een herstellende sanctie.

1. Beide stellingen zijn juist.
2. Stelling I is juist
3. Stelling II is juist
4. Geen enkele stelling is juist.

De gemeente constateert dat een horecagelegenheid een terras heeft, terwijl er geen terrasvergunning is verleend. De gemeente dwingt de horeca-uitbater dat het terras binnen een bepaalde periode verwijderd moet zijn en anders gaat de gemeente zelf tot actie over. Dit betreft:

1. Dwangsom
2. Dwangbevel
3. Bestuursdwang

Je bent het niet eens met een beslissing van een bestuursorgaan. Kun je dan nog iets doen?

1. Ja, je kunt naar de rechter
2. Ja, je kunt bezwaar maken
3. Nee, als een bestuursorgaan een beslissing heeft genomen, moet men zich daarbij neerleggen

Stel: mevrouw Van den Boom wil bezwaar maken omdat het UWV haar geen uitkering verstrekt. Bij wie moet zij het bezwaarschrift indienen?

1. UWV
2. Rechtbank
3. Bezwaarschriftencommissie van de gemeente van haar woonplaats

Het bezwaar van mevrouw Van den Boom wordt niet gegrond verklaard. Kan ze nu nog iets doen? Zo ja, wat?