kansenongelijkheid

• Pedagogische wetenschappen
• WO
• Studiejaar 2

Terug naar het thema 'kansenongelijkheid'

Doel: Aan het einde van dit onderdeel heb je jouw handelingsrepertoire uitgebreid met concrete ideeën om kansengelijkheid te vergroten. 

Wat kan ik doen?

Welke ideeën zijn al genoemd?

Maud:

Laat leerlingen in kaart brengen wat hun talenten zijn. 

Iedereen heeft zijn eigen talenten die misschien niet direct passen binnen de klassieke talenten die nodig zijn voor het onderwijs. Zo kan je laten zien dat iedereen van toegevoegde waarde is en dat, als je dit talent kan laten groeien, kansengelijkheid kan vergroten.

Welke ideeën zijn al genoemd?

Luuk: 

Gebruik willekeurige namen in plaats van vingers. 

Zo kan je iedereen activeren en de kans op een leermoment of een 

succeservaring geven. Zo zal kansengelijkheid toenemen. 

Marike vulde dit aan met ijsstokjes of een namenrad. 

(Bayan vond het namenrad stressvol)

Welke ideeën zijn al genoemd?

Henry: 

Bionic Reading zou van toegevoegde waarde kunnen zijn voor leerlingen met ADHD. (Belangrijke tekstdelen worden geaccentueerd waardoor de hersenen het woord beter herkennen.)

Welke aanvullingen heb jij om kansengelijkheid te vergroten in jouw lespraktijk?

Nog enkele suggesties

‘Omdat ik sommige namen moeilijk vind om meteen goed uit te spreken, check ik mijn uitspraak in de eerste lessen als ik bij binnenkomst bij de deur leerlingen begroet. Ik stel me daarbij lerend op.’ 

 

Nog enkele suggesties

‘Omdat ik weet dat niet alle leerlingen vrouwen een hand willen geven, leg ik in eerste instantie ter begroeting mijn hand op mijn hart. Ook al wil ik dat leerlingen zich kunnen bewegen in de dominante cultuur; ik investeer allereerst in de relatie en probeer allereerst aan te sluiten.’ 

(discussie mogelijk uiteraard)

Nog enkele suggesties

 ‘Toetsen kijk ik horizontaal na. Ik kijk daarbij niet naar namen’.

Nog enkele suggesties

‘Bij het maken van oefeningen en toetsen zorg ik ervoor dat ik varieer in namen (bv. Laura, Iman, Ana, Quinten, Bilal, Wesley, Abdul enzovoort) en culturele contexten opdat zoveel mogelijk leerlingen zich in de oefeningen kunnen herkennen’.  

Nog enkele suggesties

'Ik vraag mijn leerlingen of ze wel doorhebben dat ze de afgelopen weken zijn geklommen in mijn vak. Dit zal hun geloof in eigen kunnen vergroten. (Ook al zijn het kleine stapjes)'

Nog enkele suggesties

Ik blijf zoveel mogelijk weg van gedachten dat mijn leerlingen gedemotiveerd of laks zijn. Ik doe een (mentaal) stapje terug en vraag mijzelf af waarom mijn 'lastige' leerling dit gedrag vertoont. Is het te moeilijk/makkelijk/onduidelijk/...? 

"Hoe kan ik jou helpen?"

Wat was ons doel? 

Doel: Aan het einde van dit onderdeel heb je jouw handelingsrepertoire uitgebreid met concrete ideeën om kansengelijkheid te vergroten. 

Wat kan ik doen?

Welke tip ga ik in
mijn volgende les toepassen?