3V_H3_start_grammatica_zinsdelen(1)

Beknopte bijzin
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Beknopte bijzin

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Na deze lessenserie kun je: 
- beknopte bijzinnen herkennen
- beknopte bijzinnen gebruiken

Slide 2 - Diapositive

Planning deze les
- herhalen theorie woordenschat H3
- theorie grammatica - zinsdelen
- oefenen 
- huiswerk

Slide 3 - Diapositive

Herhalen theorie woordenschat H3


asyndetische vergelijking
homerische vergelijking
synesthesie

Slide 4 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
Er zijn twee soorten zinnen:
Hoofdzinnen (H)
Bijzinnen (B)

Samengestelde zinnen: H + H 
of H + B   
of B + H


Slide 5 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
Vergelijk onderstaande zinnen:
a Stefano is bang verkeerd begrepen te worden.
b Stefano is bang dat hij verkeerd begrepen wordt.

a Hevig blozend keek hij haar aan.
b Terwijl hij hevig bloosde, keek hij haar aan.


Slide 6 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
a Stefano is bang verkeerd begrepen te worden.
b Stefano is bang dat hij verkeerd begrepen wordt.
a Hevig blozend keek hij haar aan.
b Terwijl hij hevig bloosde, keek hij haar aan.

Een normale bijzin (zin b) heeft een eigen OND en PV.
Een beknopte bijzin (zin a) is een verkorte versie van een bijzin.


Slide 7 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Kenmerken beknopte bijzin:

  • Onderwerp ontbreekt --> verzwegen onderwerp
  • Persoonsvorm ontbreekt
  • Te + infinitief of onvoltooid deelwoord of voltooid deelwoord

  • Stefano is bang verkeerd begrepen te worden.

Slide 8 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Kenmerken beknopte bijzin:

  • Onderwerp ontbreekt --> verzwegen onderwerp
  • Persoonsvorm ontbreekt
  • Te + infinitief of onvoltooid deelwoord of voltooid deelwoord

  • Hevig blozend keek hij haar aan.

Slide 9 - Diapositive

Theorie grammatica - zinsdelen
  • Kenmerken beknopte bijzin:

  • Onderwerp ontbreekt --> verzwegen onderwerp
  • Persoonsvorm ontbreekt
  • Te + infinitief of onvoltooid deelwoord of voltooid deelwoord

  • Erg afgeleid keek hij haar aan.

Slide 10 - Diapositive

Oefenen
  • Noteer de beknopte bijzinnen.
  • Bedenk welk OND, welke PV en welk voegwoord je gaat gebruiken.
  • Schrijf de beknopte bijzinnen uit tot volledige bijzinnen.

  • Zingend ging hij naar school.
  • Vb: zingend = Terwijl hij aan het zingen was,/Terwijl hij zong,

Slide 11 - Diapositive

Miauwend kwam het kleine katje uit het mandje.

Slide 12 - Question ouverte

De docent beloofde ons onze toetsen zo snel mogelijk na te kijken.

Slide 13 - Question ouverte

Na in het chloorwater gezwommen te hebben kregen de zwemmers rode uitslag.

Slide 14 - Question ouverte

Ik snap dit
A
Goed
B
Een klein beetje
C
Niet echt

Slide 15 - Quiz

Huiswerk
H3 Grammatica zinsdelen:
Maak online de startopdracht + opdr. 1

Slide 16 - Diapositive