Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
2L Der-Gruppe 1e 3e en 4e Fall + voorzetsels
Doelen van de les:
Je kunt de der-Gruppe toepassen in de
1e,
3e
en
4e
naamval.
Je kent de voorzetsels in de
3e
en
4e
naamval.
Je weet welke voornaamwoorden er bij de der-Gruppe horen.
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Doelen van de les:
Je kunt de der-Gruppe toepassen in de
1e,
3e
en
4e
naamval.
Je kent de voorzetsels in de
3e
en
4e
naamval.
Je weet welke voornaamwoorden er bij de der-Gruppe horen.
Slide 1 - Diapositive
Stappenplan:
Wat is het lidwoord van het zelfstandig naamwoord?
Zit er een voorzetsel van de derde of vierde naamval in de zin?
Ja,
voorzetsel derde naamval
! → zie schema
3e
naamval
Ja,
voorzetsel vierde naamva
l! → zie schema
4e
naamval
Nee, dan
onderwerp
van de zin → zie schema
1e
naamval
Slide 2 - Diapositive
Hulpmiddelen:
Regels indeling zelfstandige naamwoorden in der die das
Lernliste: leren lidwoorden samen met zelfstandig naamwoord
Schema der-Gruppe
Slide 3 - Diapositive
Lidwoord opzoeken:
Kun je de regels voor indeling zelfstandige nw niet toepassen?
Ken je de woorden niet en weet je daarom het lidwoord niet?
→ zoek lidwoord op:
www.uitmuntend.de
Slide 4 - Diapositive
Noem minimaal 6 hoofdregels voor het indelen van zelfstandige naamwoorden in: der die en das
Per lidwoord twee regels.
Slide 5 - Question ouverte
Wat is `welk` in het Duits?
Slide 6 - Question ouverte
Noem alle voorzetsels van de 4e naamval
Slide 7 - Question ouverte
Wat is `elk/ieder` in het Duits?
Slide 8 - Question ouverte
Wat is `deze` in het Duits?
Slide 9 - Question ouverte
Welke voorzetsels behoren tot de derde naamval?
A
mit, nach, um, seit, von, zu, entlang
B
mit, nach, seit, von, zu, entlang, aus
C
mit, um seit von, entlang, aus, zu
D
mit, nach, seit, von, aus, zu
Slide 10 - Quiz
Wanneer gebruik je `all-`?
Slide 11 - Question ouverte
Frau Braun fährt gegen .... (de/het) Baum.
Slide 12 - Question ouverte
.... (de/het) Mann hat einen Buch gekauft.
Slide 13 - Question ouverte
Vertrauensvoll ging er zu .... (de/het) Direktor.
Slide 14 - Question ouverte
.... (welk) Eis gefällt dier am besten? Schokolade oder Erdbeeren?
Slide 15 - Question ouverte
Verstehst du dich gut mit .... (deze) Jungen.
Slide 16 - Question ouverte
Für .... (welk) Wand soll ich die Lampe hängen.
Slide 17 - Question ouverte
.... (elk, ieder) Mensch möchte respektiert werden.
Slide 18 - Question ouverte
Nach .... (de/het) Essen fuhr er zu .... (de/het) Freundin.
Slide 19 - Question ouverte
.... (elk, ieder) Kinder mögen Pommes mit Mayonnaise.
Slide 20 - Question ouverte
Heb je het stappenplan gevolgd?
Waarom wel/niet?
Leg uit!!!
Slide 21 - Question ouverte
Ken je alle voorzetsels 3e en 4e naamval?
Zo niet, hoe pak je dit aan?
Slide 22 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
4T K2 der- en ein-Gruppe in 3e en 4e naamval
Décembre 2018
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Kapitel 4 nur Grammatik
il y a 7 heures
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Secondary Education
Voorzetsels 3e en 4e naamval
Février 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Kapitel 4 Grammatik
il y a 11 jours
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Secondary Education
Voorzetsels 3e en 4e naamval
Mai 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
TL3: herhaling voorzetsels 3e en 4e naamval
Octobre 2022
- Leçon avec
11 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Voorzetsels 3e en 4e naamval
Octobre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3G SE-toets Kapitel 5+6 Leerstof
Mai 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3