NOVA H4.1 verhoudingsformules van zouten(2)

H4.1 Verhoudingsformules (2)
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H4.1 Verhoudingsformules (2)

Slide 1 - Diapositive

zoutformule met samengestelde ionen
In de vorige les heb je gezien hoe je zoutformules opstelt met enkelvoudige ionen. Deze ionen bestaan uit één atoom.

Er zijn ook samengestelde ionen. Dit is een groepje atomen dat samen een lading heeft. In deze les leer je zoutformules opstellen met samengestelde ionen.

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen&succescriteria
Na afloop van deze les kun je de naam en verhoudingsformule van een zout geven:
  • het positieve ion staat vooraan
  • een Romeins cijfer in de naam als het ion meerdere ladingen kan hebben
  • de verhouding van de ionen zó gekozen dat de som van de positieve lading gelijk is aan de som van de negatieve lading (zout = neutraal)
  • met haakjes om samengestelde ionen die méér dan 1x voorkomen in het zout

Slide 3 - Diapositive

herhaling

Slide 4 - Diapositive

  1. Schrijf de naam van het zout op.
  2. Schrijf de ionen met ladingen in symbolen.
  3. Bereken de verhouding van de ladingen, zodat het samen 0 is.
  4. Schrijf de verhoudingsformule op. 
  5. Schrijf de zoutformule op zonder ladingen en met de fase. 
Hoe stel je een zoutformule op?

herhaling

Slide 5 - Diapositive

Geef de verhoudingsformule van:
1. aluminiumoxide
2. uraan(VI)fluoride

Slide 6 - Question ouverte

samengestelde ionen
  •  bestaan uit groepjes atomen die samen een lading hebben.
  • kan positief of negatief geladen zijn.
  • bijv NO3- ,OH- ,PO43-, NH4+

uitleg nieuwe stof

Slide 7 - Diapositive

Leer deze tabel uit je hoofd, tabel 1 in boek

Slide 8 - Diapositive

ezelsbruggetje

Slide 9 - Diapositive

CAMEL           NICK        ATE       SUPPER IN PHOENIX
CO32-             NO3-       -aat      SO42-           PO43-
carbonaat     nitraat                  sulfaat           fosfaat

Slide 10 - Diapositive

CAMEL           NICK        ATE       SUPPER IN PHOENIX
CO32-             NO3-       -aat      SO42-           PO43-
carbonaat     nitraat                  sulfaat           fosfaat

Slide 11 - Diapositive

CAMEL           NICK        ATE       SUPPER IN PHOENIX
CO32-             NO3-       -aat      SO42-           PO43-
carbonaat     nitraat                  sulfaat           fosfaat

Slide 12 - Diapositive

Wat betekent het getal 4 in
A
het ion heeft 4x een lading 3-
B
het ion heeft 4 zuurstofatomen
C
er zijn 4 fosfaat-ionen
D
het ion heeft een negatieve lading van 4

Slide 13 - Quiz

welke lading heeft dit
samengestelde ion?
A
3-
B
4-
C
12-
D
3/4 -

Slide 14 - Quiz

wat is de formule van sulfaat?
A
SO32
B
SO3
C
SO42
D
SO4

Slide 15 - Quiz

Wat is de formule van nitraat?
A
NO32
B
NO3
C
NO22
D
NO2

Slide 16 - Quiz

nitrietion
acetaation
ammoniumion
hydroxide‑ion
 fosfaation
carbonaation
 CO32-
PO43-
OH-
NH4⁠+
CH3COO-
NO2-

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Diapositive

Opstellen zoutformule:

  1. noteer naam van het zout
  2. zet de ionen in symbolen
  3. zet de lading van de ionen eronder
  4. bereken de verhouding: de totale lading moet nul zijn
  5. schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
  6. laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
  7. schrijf de zoutformule op zonder lading


Voorbeeld :

  1. Aluminiumsulfaat

Slide 19 - Diapositive

Uitlegfilmpje
In het filmpje op de volgende slide zie je hoe je een verhoudingsformule opstelt met een samengesteld ion.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Zo doe je dat!
Op de volgende twee dia's zie je nog twee voorbeelden van het opstellen van een verhoudingsformule

Slide 22 - Diapositive

Dit zout bestaat uit twee samengestelde ionen:



                   3          :         1



NH4+
PO43
(NH4+)3PO43
(NH4)3PO4
Geef de verhoudingsformule van ammoniumfosfaat
Met de grootte van de blokjes is aangegeven dat een lading van 3- is 3x zo groot als een lading van  1+

Slide 23 - Diapositive

Wanneer moet je in de formule van een zout haakjes gebruiken?
A
altijd
B
altijd bij enkelvoudige ionen
C
altijd bij samengestelde ionen
D
alleen bij samengestelde ionen die meer dan 1x voorkomen

Slide 24 - Quiz

Wat is de formule van natriumcarbonaat?
A
(Na)2CO3
B
Na2CO32
C
Na2CO3
D
Na2(CO3)2

Slide 25 - Quiz

Wat is de formule van aluminiumhydroxide?
A
AlOH
B
AlOH3
C
AlOH2
D
Al(OH)3

Slide 26 - Quiz

Wat is de formule van ammoniumsulfaat?
A
(NH4)2SO4
B
(NH4)(SO4)
C
NH4SO4
D
NH4(SO4)2

Slide 27 - Quiz

Geef de verhoudingsformule van
natriumsulfaat

Slide 28 - Question ouverte

Geef de verhoudingsformule van
kopercarbonaat

Slide 29 - Question ouverte

Geef de verhoudingsformule van
magnesiumnitriet

Slide 30 - Question ouverte

Wat is de juiste verhoudingsformule van ijzer (III) nitraat ?
A
Fe2(NO3)2
B
Fe(NO3)3
C
Fe(NO3)2
D
FeNO3

Slide 31 - Quiz

Wat is de juiste verhoudingsformule van calciumfosfaat ?
A
Ca3(PO4)2
B
Ca(PO4)3
C
Ca2(PO4)3
D
Ca3PO42

Slide 32 - Quiz

Heb je nog vragen over deze les? Stel ze dan hier:

Slide 33 - Question ouverte

eigen werk
leren:
namen en lading van ALLE ionen H4.1 (tabel 1)

oefenen:
opgave 1, 2 en 4

Slide 34 - Diapositive