WRE 1HV - Cursus Lezen - Woordraadstrategieën

Open je boek alvast op blz. 10
Inloggen Lessonup.
§1 Strategieën
Voordat we beginnen:
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Open je boek alvast op blz. 10
Inloggen Lessonup.
§1 Strategieën
Voordat we beginnen:

Slide 1 - Diapositive

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 1 - Meer dan lezen
1. Lesdoelen
2. Opdracht voetbalgeweld
3. Herhalingsvragen
4. Uitleg: woordraadstrategieën
5. Samen oefenen
6. Optie: SO Bespreken
7. Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

  • Je weet welke de lees- en luisterstrategieën er zijn en kunt die koppelen
    aan het juiste doel.
  • Je kunt zeven woordraadstrategieën gebruiken om de betekenis
    van onbekende woorden te vinden.
Lesdoelen

Slide 3 - Diapositive

We lezen de tekst klassikaal.

Maak daarna de vragen bij de tekst. Hier krijg je 5 minuten de tijd voor. Daarna bespreken we de antwoorden.

Slide 4 - Diapositive

  1. Wat het is onderwerp van de tekst?
  2. Wat is dit voor een tekstsoort?
  3. Wat is het tekstdoel?
  4. Lees alinea 3. Vind je het terecht dat de 8-jarige jongen in Zwolle uit het stadion werd gezet na het gooien van een beker? Leg uit.
  5. Lees alinea 7 tot en met 9. Wat vind je van de maatregel om in plaats van toegangsbewijzen in het vervolg vingerafdrukken te laten scannen? Leg uit. 
  6. Is de tekst vooral gebaseerd op een mening of op feiten? Leg uit.
  7. Is de informatie uit deze tekst betrouwbaar? Leg uit waarom wel of niet. 
  8. Als je deze tekst moest samenvatten in drie woorden. Welke drie woorden zouden jullie dan kiezen?
Vragen bij de tekst
timer
5:00
Klaar? Lees het groene kader op blz. 10 door

Slide 5 - Diapositive

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Slide 6 - Diapositive

Waar let je op als je een tekst oriënterend leest?

Slide 7 - Question ouverte

Oriënterend lezen
Globaal lezen
Precies lezen
Je bekijkt de titel, tussenkopjes en afbeeldingen van de tekst.
Je leest de tekst helemaal.
Bepaal welke alinea's bij elkaar horen (welke alinea's over hetzelfde onderwerp gaat).
Lees de eerste alinea of de eerste twee alinea's.
Bepaal de kernzin van elke alinea.
Je leest van elke alinea de eerste en de laatste zin.

Slide 8 - Question de remorquage

Als je op een website van een winkel benieuwd bent naar de openingstijden, dan gebruik je deze leesstrategie:
A
Oriënterend lezen
B
Globaal lezen
C
Precies lezen
D
Zoekend lezen

Slide 9 - Quiz

Als je het onderwerp van een tekst wil weten, dan lees je...
A
Oriënterend
B
Globaal
C
Precies
D
Zoekend

Slide 10 - Quiz

Onbekende woorden
Je kunt een strategie toepassen als je een tekst gaat lezen. Dit kun je ook doen om de betekenis van moeilijke woorden te achterhalen. Als je in een tekst een onbekend woord tegenkomt, kijk dan eerst of je de betekenis van dat woord uit de tekst kunt halen. Je leert in deze paragraaf dat je dit op zeven verschillende manieren kunt doen. 

Kijk ondertussen mee in de theorie uit je boek.

Slide 11 - Diapositive

woordraadstrategie 1
Sommige woorden hebben ongeveer dezelfde betekenis. Deze woorden noem je synoniemen. Trottoir is een synoniem van stoep. Wagen is een synoniem van auto.
Vaak staan synoniemen van elkaar in dezelfde zin. Zo niet, lees dan ook de zin voor het moeilijke woord of de zin erna. Bij een synoniem gaat het om één woord dat dezelfde betekenis heeft als het het onbekende woord.
Een synoniem zoeken

Slide 12 - Diapositive

woordraadstrategie 2
Een omschrijving is een uitleg van een onbekend woord. Bij een omschrijving worden meer woorden gebruikt dan bij een synoniem.

Omschrijving staan vaak:
  • (tussen haakjes)
  • tussen komma's,
  • in dezelfde zin, in de zin ervoor of erna.
Een omschrijving
zoeken

Slide 13 - Diapositive

woordraadstrategie 3
Een definitie is een vaste, nauwkeurige omschrijving. Je zou een omschrijving tegen kunnen komen in een woordenboek, maar soms staat er ook één in een tekst. Bijvoorbeeld:

Een spreekwoord is een uitspraak die een algemene levenservaring of wijze les bevat.
Een definitie
zoeken

Slide 14 - Diapositive

woordraadstrategie 4
Er komt vaak een voorbeeld na woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van... 
  • In het ziekenhuis werken veel specialiteiten, zoals een oogarts en en een chirurg.
Let op: voorbeelden kunnen ook na een dubbele punt of tussen haakjes of komma's staan.
  • Tijdens biologie hadden we het over het gebruik van onze zintuigen: zien, horen, proeven, voelen, ruiken.
Een voorbeeld zoeken

Slide 15 - Diapositive

Welke woordraadstrategie gebruik je om achter de betekenis van 'gigantisch' te komen?

De kunstenaar Sergei Shmykov maakt gigantische portretten. Deze grote kunstwerken verkoopt hij voor veel geld.


A
Synoniem
B
Omschrijving
C
Voorbeeld
D
Definitie

Slide 16 - Quiz

Welke woordraadstrategie gebruik je om achter de betekenis van 'hardnekkig' te komen?

Mijn broer houdt de waarheid hardnekkig vol, hij houdt vast aan wat hij gezegd heeft.


A
Synoniem
B
Omschrijving
C
Voorbeeld
D
Definitie

Slide 17 - Quiz

Welke woordraadstrategie gebruik je om achter de betekenis van 'tekengerei' te komen?

Ezra en Dian zoeken naar tekengerei (potloden, wasco en stiften) om verder te werken aan hun schoolopdracht.


A
Synoniem
B
Omschrijving
C
Voorbeeld
D
Definitie

Slide 18 - Quiz

Welke woordraadstrategie gebruik je om achter de betekenis van 'thriller' te komen?

Een thriller is een spannend verhaal waarin de nadruk ligt op actie en gevaar.


A
Synoniem
B
Omschrijving
C
Voorbeeld
D
Definitie

Slide 19 - Quiz

woordraadstrategie 5
Een tegenstelling herken je vaak aan woordjes zoals maar, echter, toch, daarentegen.

  • De hoofdrolspeler leek eerst heel gemeen, maar bleek later best aardig.
  • Ik was zeer gespannen voor de heenreis, maar mijn broer was juist ontspannen.
  • Ik ben een voorstander van die nieuwe wet, toch is mijn buurman een tegenstander.
Een tegenstelling
zoeken

Slide 20 - Diapositive

woordraadstrategie 6
Soms weet je van een moeilijk woord niet per se wat het betekent, maar (her)ken je wel een deel van dat woord. Dit komt vaak voor bij samenstellingen, afleidingen en woorden uit een andere taal.

  • deurknop, zonnestelsel, circusartiest.
  • geluidloos, verdedigbaar, ongehoorzaam.
  • criminoloog, debuut.
Een bekend woorddeel zoeken

Slide 21 - Diapositive

woordraadstrategie 7
Soms kun je de betekenis van een moeilijk woord ook afleiden van de illustratie. Illustraties zijn plaatjes, foto's, lijstjes, rijtjes of schema's.
Bekijk de illustratie

Slide 22 - Diapositive