3.4: Omtrek en oppervlakte cirkel

Herhalen hoofdstuk 3
Oppervlakte
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Herhalen hoofdstuk 3
Oppervlakte

Slide 1 - Diapositive

De formule voor de oppervlakte van een rechthoek.
A
Zijde x bijbehorende hoogte
B
zijde + zijde + zijde + zijde
C
½ x zijde x bijbehorende hoogte
D
Lengte x breedte

Slide 2 - Quiz

De formule voor de oppervlakte van een driehoek.
A
Zijde x bijbehorende hoogte
B
zijde + zijde + zijde + zijde
C
Lengte x breedte : 2
D
Lengte x breedte

Slide 3 - Quiz

Eenheden van lengte

Slide 4 - Diapositive

30 m = ... hm
A
3 hm
B
0,30 hm
C
3000 hm
D
30 hm

Slide 5 - Quiz

30 m : 10 : 10 = 0,3 of 0,30 hm

Slide 6 - Diapositive

2 km = ... dam
A
20 dam
B
0,2 dam
C
200 dam
D
2 dam

Slide 7 - Quiz

2 km x 10 x10 = 200 dam

Slide 8 - Diapositive

43 cm = ... dm
A
0,43 dm
B
4,3 dm
C
430 dm
D
4300 dm

Slide 9 - Quiz

43 cm : 10 = 4,3 dm

Slide 10 - Diapositive

Eenheden van oppervlakte

Slide 11 - Diapositive

30 dam² = ...hm²
A
30 hm²
B
3 hm²
C
300 hm²
D
0,3 hm²

Slide 12 - Quiz

30 dam² : 100 = 0,3 hm²

Slide 13 - Diapositive

3400 m² = ... hm²
A
0,0034 hm²
B
34 hm²
C
0,34 hm²
D
340000 hm²

Slide 14 - Quiz

3400 m² : 100 : 100 = 0,34 hm²

Slide 15 - Diapositive

60 cm² = ... mm²
A
6000 mm²
B
600 mm²
C
60 mm²
D
0,6 mm²

Slide 16 - Quiz

60 cm² x 100 = 6000 mm²

Slide 17 - Diapositive

Lesdoel: herhalen omtrek en oppervlakte cirkel


 Aan het eind van de les kun je de omtrek van een cirkel berekenen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

2

Slide 20 - Vidéo

00:18
Wat is een ander woord van diameter?
A
straal
B
middellijn

Slide 21 - Quiz

00:43
Wat is een ander woord voor dit getal?
A
di
B
pi
C
si
D
bi

Slide 22 - Quiz


Omtrek van een cirkel = π x diameter

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Welke som reken ik uit?
A
π x 18 m
B
π x 9 m
C
π x 18 m x 18 m
D
π x 9 m x 9m

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Welke som reken ik uit?
A
π x 78 mm x 78 mm
B
π x 156 mm x 156 mm
C
π x 78 mm
D
π x 156 mm

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Diapositive

Oppervlakte van een cirkel = 
π x straal x straal

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Welke som reken ik uit?
A
π x 3,2 m
B
π x 1,6 m
C
π x 3,2 m x 3,2 m
D
π x 1,6 m x 1,6 m

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Diapositive

Welke som hoort bij de oppervlakte?
A
π x 7 cm
B
π x 14 cm
C
π x 7 cm x 7 cm
D
π x 14 cm x 14 cm

Slide 34 - Quiz

Welke som hoort bij de omtrek?
A
π x 7 cm
B
π x 14 cm
C
π x 7 cm x 7 cm
D
π x 14 cm x 14 cm

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Diapositive

Om te onthouden:
oppervlakte rechthoek = lengte x breedte
oppervlakte driehoek = lengte x breedte : 2
omtrek cirkel = π x diameter
oppervlakte cirkel = π x straal x straal 

Slide 37 - Diapositive