5.2 Economische ontwikkeling

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
aardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

5.2 Economische ontwikkeling 

Slide 2 - Diapositive

Wat moet ik na deze les weten?
1. Je kunt de drie economische sectoren benoemen
2. Je begrijpt hoe een land zich economisch kan ontwikkelen door een verschuiving van de ene naar de andere sector.
3. Je begrijpt waarom sommige landen zich sneller ontwikkelen dan andere landen.
5. Je kan het verschil benoemen tussen import en export.
4. Je kunt uitleggen welke gevolgen ruilvoetveranderingen hebben voor een land
5. Je kan minimaal 2 oorzaken noemen waardoor bepaalde landen zich beter kunnen ontwikkelen dan andere landen en 2 oorzaken wat ontwikkeling juist kan belemmeren.




– Je begrijpt welke gevolgen ruilvoetveranderingen voor een land hebben.


Tip
Maak aantekeningen van de uitleg.
Zorg in ieder geval dat de antwoorden op de lesdoelen in je schift komen.
Dit is straks heel handig bij het leren van de toets.

Slide 3 - Diapositive

Ontwikkeling Fes Marokko

Slide 4 - Diapositive

Drie sectoren 

Slide 5 - Diapositive

 Primaire sector 

Slide 6 - Diapositive

Secundaire sector 

Slide 7 - Diapositive

Dienstensector/ Tertiaire sector 

Slide 8 - Diapositive

In welke sector zal het grootste deel van de bevolking uit een perifeer land werkzaam zijn?

Slide 9 - Question ouverte

Als een perifeer land een economische ontwikkeling doormaakt, welke sector gaat dan groeien?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

Import en export 
Import: Het kopen van producten uit andere landen 
Export: Het verkopen van onze eigen producten aan andere landen. 
Negatieve handelsbalans 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Bekijk bovenstaand filmpje:
Welke producten exporteert Nederland en welke producten importeert Nederland?

Slide 14 - Question ouverte

Nederland exporteert heel veel landbouwproducten. Toch is het deel van de beroepsbevolking die actief is in de primaire sector niet heel erg hoog (vergeleken met ontwikkelingslanden). Geef hiervoor een verklaring.

Slide 15 - Question ouverte

Ruilvoet 
-De verhouding tussen de waarde van de uitvoer (export) en de invoer (invoer)
-Aantal goederen dat een land met exporteren om een bepaalde hoeveelheid goederen te kunnen importeren. 

Slide 16 - Diapositive

Noem een aantal punten die de ontwikkeling van een land kunnen belemmeren
Belemmering
ontwikkeling

Slide 17 - Carte mentale