4BB Samenvatting hoofdstuk 7

Hoofdstuk 7 Ademen 
7.1 Ademen
7.2 Ademhalingsstelsel
7.3 Luchtwegproblemen
7.4 Ademhaling bij dieren en 
planten
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 100 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 7 Ademen 
7.1 Ademen
7.2 Ademhalingsstelsel
7.3 Luchtwegproblemen
7.4 Ademhaling bij dieren en 
planten

Slide 1 - Diapositive

Ademhalingsstelsel

Slide 2 - Diapositive

Hoe komen wij aan energie?
  • Energie komt uit de verbranding van energierijke stoffen, vooral glucose.

  • Voor de verbranding is ook zuurstof nodig.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Welke stoffen zijn nodig voor verbranding?
A
Glucose
B
Zuurstof
C
Glucose en zuurstof
D
Water en koolstofdioxide

Slide 5 - Quiz

Waarom is verbranding belangrijk voor mensen?
A
Daar krijgen ze energie van
B
Daardoor gaan ze zweten
C
Bij verbranding maken ze voedingsstoffen die nodig zijn om te groeien
D
Verbranding is niet belangrijk voor mensen

Slide 6 - Quiz

Waarom ga je bij inspanning sneller ademhalen?

Meer inspanning --> meer energie nodig --> meer zuurstof nodig

Meer inspanning --> meer energie nodig --> meer koolstofdioxide

Als je sneller ademt, dan:
  • krijg je meer zuurstof binnen
  • raak je meer koolstofdioxide kwijt

Slide 7 - Diapositive

Ademen 

Slide 8 - Diapositive

Hoe haal je adem?

Slide 9 - Diapositive

Schrijf het proces verbranding op

Slide 10 - Question ouverte

Hoe komt glucose in ons lichaam?
A
Door inademing
B
Door uitademing
C
Door voedsel te eten
D
Door voedsel uit te scheiden

Slide 11 - Quiz

Ademhalingsstelsel

Slide 12 - Diapositive

Gaswisseling
  • Longblaasjes
  • Haarvaten
  • Zuurstof & koolstofdioxide:

Zuurstof gaat naar je bloed
Koolstofdioxide gaat uit je bloed

Slide 13 - Diapositive

Waarom kun je het beste door je neus ademen?
  1. De lucht wordt schoon gemaakt.
  2. Je neus maakt de lucht warm
  3. De lucht wordt "gekeurd".
  4. De lucht wordt vochtig gemaakt

Slide 14 - Diapositive

Wat doen de slijmvliezen in je luchtwegen?
Slijmcellen;
Maken slijm: stof en bacteriën blijven daarin plakken.
Trilhaarcellen;
Kleine bewegende haartjes "trillen" het vieze slijm naar boven.

Slijmvliezen zijn warm (door de vele bloedvaatjes) en slijm is vochtig.
Schone, warme en vochtige lucht beschermt de longblaasjes (minder snel infecties).

Slide 15 - Diapositive

Hoesten is een manier om je longen, bronchiën en luchtpijp schoon te maken.

Slide 16 - Diapositive

Luchtwegproblemen

  • Astma
     - luchtpijptakjes nauwer
     --> minder lucht door de luchtwegen
  • Chronische bronchitis
    - slijmvliezen ontstoken
    - slijmvliezen dikker maken te veel slijm
    --> minder lucht door de luchtwegen
  • Longemfyseem
    - longblaasjes gaan stuk --> minder zuurstof naar het bloed


Slide 17 - Diapositive

Twee ziekten van het ademhalingsstelsel zijn astma en COPD.
Bij welke van deze ziekten heeft een patiënt vaak last van benauwdheid?
A
alleen bij astma
B
alleen bij COPD
C
bij astma en bij COPD
D
bij geen van beiden ziekten

Slide 18 - Quiz

Wat gebeurt er als iemand een astma-aanval krijgt?
A
de spiertjes van de luchtwegen trekken samen
B
de spiertjes van de luchtwegen ontspannen
C
de luchtpijp raakt verstopt
D
De longblaasjes raken verstopt

Slide 19 - Quiz

Waarom roken mensen?
  • Rust (diep ademhalen)
  • Stress
  • Groepsdruk
  • Nieuwsgierighied
  • Gezelligheid
  • Verslaving

Slide 20 - Diapositive

Stoffen die je binnenkrijgt uit sigarettenrook

Slide 21 - Diapositive

Wat zijn de gevolgen van roken?
3 belangrijkste stoffen:
- Nicotine
Verslavend: door deze stof krijg je steeds zin in roken
Nicotine komt via de longblaasjes in het bloed en gaat zo naar de hersenen
- Koolstofmonoxide
Koolstofmonoxide neemt de plaats in van zuurstof. Hierdoor krijgen je cellen minder zuurstof.
Bij inspanning raak je dan sneller vermoeid
- Teer
Teer blijft als een zwart-bruine laag in je longen plakken. Hierdoor gaat er minder zuurstof naar je bloed.

Slide 22 - Diapositive

Hoe ademen insecten?
Insecten hebben ademhalingsbuizen. Die heten tracheeën.
Die tracheeën komen uit in de huid.
Daar zie je gaatjes. Die heten stigma's.

- Achterlijf groter maken --> lucht met 
zuurstof wordt in tracheeën gezogen
- Achterlijf kleiner maken --> lucht met 
koolstofdioxide wordt naar buiten 
geperst

Slide 23 - Diapositive

Ademhaling insecten
Tracheeën lopen door het hele lichaam, ook door de poten en kop


Slide 24 - Diapositive

Hoe ademen vissen?

Slide 25 - Diapositive

Hoe ademen vissen?
Vissen hebben kieuwen --> liggen in de kieuwholte --> is afgedekt met het kieuwdeksel
- Vis opent bek en neemt hap water met zuurstof --> kieuwdeksel is dicht
- Vis sluit bek --> kieuwdeksel gaat open --> water stroomt naar buiten langs de kieuwen

Slide 26 - Diapositive

Hoe ademen vogels?
Ze hebben longen, net als mensen.

Vogels hebben luchtzakjes
(aan de longen vast) met reservelucht.

Slide 27 - Diapositive

Hoe ademen reptielen?
Ze hebben longen, net als mensen.

Het verschilt per reptiel of het één long is (slang)
of twee longen.

Slide 28 - Diapositive

Hoe ademen amfibieën?

Slide 29 - Diapositive

Hoe ademen planten?

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Hoe ademen planten?
Planten maken zelf zuurstof door fotosynthese

Slide 32 - Diapositive