Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
QUIZ 2 + THEORIE
QUIZ 2
formules en grafieken
Blijf 3 keer per week oefenen, zodat je het in jouw
lange termijngeheugen
komt.
1 / 38
suivant
Slide 1:
Diapositive
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
38 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
QUIZ 2
formules en grafieken
Blijf 3 keer per week oefenen, zodat je het in jouw
lange termijngeheugen
komt.
Slide 1 - Diapositive
THEORIE
Eerste wiskundeles
Kennismaking wiskundeboek
Startgevoel bij wiskunde
In 6 stappen naar een voldoende voor wiskunde
Slide 2 - Diapositive
- Formule met letters schrijven.
Hierin is...........
- 3,43t = 3.43 x t
- Variabelen zijn i en t.
- Eenheden zijn euro en uren.
- Begingetal is 4,50 (staat naast + of -)
- Stijggetal of daalgetal is 3,43
(staat naast x en voor lettervariabele).
- Berekening + conclusie
Leerdoel:
Ik kan van een woordformule een letterformule maken.
Ik kan met een letterformule rekenen.
Ik kan de eenheden in een formule aangeven.
Ik kan variabelen in een formule aangeven.
Slide 3 - Diapositive
Wat is het begingetal?
Wat is het stijggetal?
Stijggetal of daalgetal heten vanaf nu richtingscoëfficiënt (rc).
Wat is de richtingscoëfficiënt (rc)?
Lineaire formule
Leerdoel:
Ik kan het begingetal in een formule aangeven.
Ik kan de richtingscoëfficiënt in een formule aangeven.
Ik weet wat een lineaire formule is.
Slide 4 - Diapositive
Wat is het begingetal?
Wat is de rc?
Wat is het begingetal?
Wat is de rc?
Leerdoel:
Ik kan het begingetal in een formule aangeven.
Ik kan de richtingscoëfficiënt in een formule aangeven.
Ik weet wat een lineaire formule is.
Let op! rc positief of negatief?
Slide 5 - Diapositive
Leerdoel:
Ik kan een grafiek bij een lineaire formule tekenen.
1. Bepaal hoe lang de assen worden.
horizontale as:
- De variabele achter de rc hoort bij de horizontale as.
- De horizontale as loopt van 0 tot 200.
verticale as:
- De variabele voor het =teken hoort bij de verticale as.
- De grafiek begint bij het begingetal.
- Bereken 200 belminuten: 12,50 + 0,025 x 200 = 17,50
- De verticale as loopt in ieder geval van 12,50 tot 17,50.
- Begin met een scheurlijn, b
egin bij 12, ga door tot 18.
2. Teken de punten (0; 12,50) en (200; 17,50) en teken een rechte lijn (met liniaal) door de punten.
3. Schrijf een titel boven de grafiek.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Leerdoel:
Ik weet wat het maximum in een grafiek is.
Ik weet wat het minimum in een grafiek is.
Het minimum is het laagste punt van de grafiek.
Wat is het maximum?
(hoogste punt van een grafiek)
Wat is het minimum?
(laagste punt van een grafiek)
Slide 8 - Diapositive
QUIZ 2
formules en grafieken
Slide 9 - Diapositive
Moesta heeft een baantje in de horeca. Haar inkomsten berekent zij met de formule
inkomsten in € = 2,61 x tijd in uren.
Controleer dat Moesta € 31,32 verdient als zij 12 uur werkt.
A
Ik heb het nagerekend op de rekenmachine en dat klopt.
B
Ik heb het nagerekend op de rekenmachine en dat klopt niet.
C
D
Slide 10 - Quiz
Moesta heeft een baantje in de horeca. Haar inkomsten berekent zij met de formule
inkomsten in € = 2,61 x tijd in uren.
Wat is het begingetal?
A
2,61
B
0
C
inkomsten in €
D
tijd in uren
Slide 11 - Quiz
Moesta heeft een baantje in de horeca. Haar inkomsten berekent zij met de formule
inkomsten in € = 2,61 x tijd in uren.
Hoeveel verdient Moesa per uur?
A
2,61
B
0
C
kun je niet weten
D
Slide 12 - Quiz
Wat is het begingetal?
Slide 13 - Question ouverte
Wat zijn de variabelen in de formule?
A
N
B
8,6
C
N en B
D
7
Slide 14 - Quiz
Wat is het stijggetal (richtingscoëfficiënt)?
Slide 15 - Question ouverte
Wat zijn de variabelen in de formule?
A
B
B
B en p
C
2,5
D
2,5 en 3
Slide 16 - Quiz
Wat is het begingetal?
Slide 17 - Question ouverte
Wat is het stijggetal (richtingscoëfficiënt)?
Slide 18 - Question ouverte
Slide 19 - Question ouverte
Wat zijn de variabelen in de formule?
A
80
B
80 en 126
C
I en t
D
126 x t
Slide 20 - Quiz
Wat is het begingetal?
Slide 21 - Question ouverte
Wat is het stijggetal (richtingscoëfficiënt)?
Slide 22 - Question ouverte
Wat verdient Kirsten met 5 maanden werken?
Schrijf de hele berekening op.
(zonder spatie typen)
Slide 23 - Question ouverte
Zie werkblad.
Slide 24 - Diapositive
Hoe heb je de vorige opdracht gemaakt?
A
goed
B
gedeeltelijk goed
C
fout
Slide 25 - Quiz
Zie werkblad.
Slide 26 - Diapositive
Hoe heb je de vorige opdracht gemaakt?
A
goed
B
gedeeltelijk goed
C
fout
Slide 27 - Quiz
A
200 m
B
10 500 m
C
31 500 m
D
42 000 m
Slide 28 - Quiz
Hoeveel meter loopt Marit per minuut.
A
200 m
B
10 500 m
C
31 500 m
D
42 000 m
Slide 29 - Quiz
A
De richtingscoëfficiënt is 200, dat betekent dat de afstand 200 m per minuut minder wordt.
B
De richtingscoëfficiënt is -200, dat betekent dat de afstand 200 m per minuut minder wordt.
C
De richtingscoëfficiënt is 200, dat betekent dat de afstand 200 m per minuut meer wordt.
D
De richtingscoëfficiënt is -200, dat betekent dat de afstand 200 m per minuut meer wordt.
Slide 30 - Quiz
Zie werkblad.
Slide 31 - Diapositive
Hoe heb je de vorige opdracht gemaakt?
A
goed
B
gedeeltelijk goed
C
fout
Slide 32 - Quiz
Wat is het maximum van de grafiek?
Slide 33 - Question ouverte
Zie werkblad.
Slide 34 - Diapositive
Hoe heb je de vorige opdracht gemaakt?
A
goed
B
gedeeltelijk goed
C
fout
Slide 35 - Quiz
Welk getal is de richtingscoëfficiënt?
Slide 36 - Question ouverte
Wat is het minimum van de grafiek?
Slide 37 - Question ouverte
BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN -BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN- BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN - BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN – BLIJF OEFENEN
Slide 38 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
QUIZ 2 + THEORIE
Novembre 2023
- Leçon avec
31 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Quiz 2
Novembre 2021
- Leçon avec
41 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Weektaak 49 - 3.5 + 3.6
Décembre 2020
- Leçon avec
41 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
Formules
Avril 2018
- Leçon avec
18 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 1
H3.2 - Lineaire grafiek bij formule
Novembre 2022
- Leçon avec
50 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Paragraaf 3.2 Lineaire grafiek bij formule
Décembre 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
H3 Formules en grafieken les 3
Août 2024
- Leçon avec
51 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Formules en grafieken 2
Octobre 2020
- Leçon avec
10 diapositives
Wiskunde
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3