Les 15 Onregelmatig praesens

Les 15 Onregelmatig praesens

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 6 min

Éléments de cette leçon

Les 15 Onregelmatig praesens

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent 'malle'?
A
willen
B
liever willen
C
niet willen
D
graag willen

Slide 2 - Quiz

Wat betekent 'velle'?
A
willen
B
liever willen
C
niet willen
D
graag willen

Slide 3 - Quiz

Vertaal 'nolebam venire'.
A
Ik wil niet komen.
B
Ik heb niet willen komen.
C
Ik wilde niet komen.
D
Ik had niet willen komen.

Slide 4 - Quiz

Bekijk het rijtje van velle en nolle. 
volo
vis
vult
volumus
vultis
volunt
nolo
non vis
non vult
nolumus
non vultis
nolunt

Slide 5 - Diapositive

Wanneer trekken de vormen van non en velle samen tot één vorm?

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal: malueram
A
Ik wilde liever
B
Ik wil liever
C
Ik had liever gewild
D
Ik heb liever gewild.

Slide 7 - Quiz

Wat betekent 'vis'?
A
jij wilt
B
hij wilt niet
C
jij wilt niet
D
hij wilt liever

Slide 8 - Quiz

Wat zijn de perfectumstammen van velle, nolle en malle?
A
vel, nol en mal
B
vell, noll en mall
C
volu, nolu en malu
D
volui, nolui en malui

Slide 9 - Quiz

Wat is er onregelmatig aan velle, nolle en malle?
A
De uitgangen van het praesens.
B
De uitgangen van het imperfectum.
C
De klinkerwisselingen in het praesens.
D
De voltooide tijden.

Slide 10 - Quiz

Bekijk hieronder het rijtje van het praesens en imperfectum van ire. 
eo
is
it
imus
itis
eunt
ibam
ibas
ibat
ibamus
ibatis
ibant

Slide 11 - Diapositive

Welke vormen van ire in het praesens en/of imperfectum zijn onregelmatig?

Slide 12 - Question ouverte

Ire betekent 'gaan'. Vertaal 'imus'
A
zij gaan
B
wij gaan
C
zij gingen
D
wij gingen

Slide 13 - Quiz

Bekijk hieronder het rijtje van het praesens en imperfectum van ferre. Welke vormen zijn onregelmatig? Wat maakt dat ze onregelmatig zijn?
fero                ferebam
fers                 ferebas
fert                 ferebat
ferimus         ferebamus
fertis              ferebatis
ferunt            ferebant

Slide 14 - Diapositive

Ferre betekent 'dragen/brengen'. Vertaal 'ferebatis'
A
wij dragen
B
jullie dragen
C
jullie droegen
D
jij droeg

Slide 15 - Quiz

Bekijk hieronder het rijtje van het praesens en imperfectum van capere. Welke vormen zijn onregelmatig? Wat maakt dat ze onregelmatig zijn?
capio                capiebam
capis                 capiebas
capit                 capiebat
capimus          capiebamus
capitis              capiebatis
capiunt            capiebant

Slide 16 - Diapositive

Capere betekent 'pakken'. Vertaal 'capio'
A
wij pakken
B
ik pakte
C
jullie pakken
D
ik pak

Slide 17 - Quiz

Wat is de infinitivuswoordgroep in de volgende zin?
'Mater ancillas mandata celeriter conficere iussit.'
A
ancillas mandata
B
celeriter conficere
C
mandata celeriter conficere
D
ancillas mandata celeriter conficere

Slide 18 - Quiz