11 juni: herhaling les 25, 26, 30, 27, 28

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom havo 2B!

Op tafel:

• Laptop en log in op LessonUp
• Map
• Pen

Welkom havo 2B

• Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
  
• Jas uit en over je stoel.
  
• Tas van tafel.

Vandaag dinsdag 11 juni: 

Mededeling boekopdrachten

PTO 4

Herhalen lessen

PTO 4: alle lessen zijn behandeld,

Succes met zelfstandig leren.

Schrijfvaardigheid: les 25, 26

Taalverzorging: les 27, 28, 42

Leesvaardigheid: les 32, 33

Schrijf- en spreekvaardigheid: les 30

Nog 4 lessen die we moeten behandelen.

Boekopdracht: VLOG

Ik heb nog geen boekopdracht ontvangen van: 

• Alina
  
• Arda
• Houdaifa
  
• Imran
• Salma

Lever je opdracht alsnog in!

Bijvoorbeeld via Teams.

Terugblik-opdracht

Wat is je aanhef in een brief naar een formeel persoon?

Welke aanhef kies je als je een mail aan je docent stuurt?

1. HALLOOOO!!!
2. Beste mevrouw/meneer,
3. Beste mevrouw/meneer Achternaam,
4. Geen aanhef

Communiceren doe je samen 2

Ik weet nu hoe ik een formele brief kan schrijven. 

Les 24.

Overtuigende tekst

Informerende tekst

Daarin geef je jouw mening

Daarin staan feiten.

Hiermee wil je iemand overhalen.

Hiervan kun je iets leren

Voorbeeld: krantenbericht

Voorbeeld: betoog

Overtuigende teksten

Overtuigende teksten willen mensen overtuigen van een mening.

Vb. een betoog, affiche, een gezondheidstip ...

In een overtuigende tekst wil je iemand ........

Met een overtuigende tekst wil je......?

1. Jouw mening duidelijk maken
2. Iemand overhalen om iets te doen
3. Iemand uitnodigen
4. Iemand informeren

Leg uit wat meervoudige argumentatie is?

Overtuigende teksten

Enkelvoudige argumentatie = 

één argument geven.

Meervoudige argumentatie = 

meerdere argumenten geven. 

<<< cartoon

Standpunt = Muziek met vrouwonvriendelijke teksten moet geweerd worden van (online) media.

Geef 2 argumenten (meervoudige argumentatie) VOOR dit standpunt. 

Communiceren doe je samen 2

Ik weet nu dat het hoofddoel van een betogende tekst overtuigen is.

Ik kan zelf een standpunt innemen en argumenten erbij geven.

Les 25.

Activerende tekst

Overtuigende tekst

Kan er opvallend uitzien, zodat je oog er snel naartoe getrokken wordt.

Wil de lezer iets laten doen.

Geeft drang, zodat jij je aangesproken voelt. 

Wil de lezer doen veranderen van mening.

Noem een voorbeeld van een activerende tekst.

Antwoord:

Voorbeeld activerende teksten: 

• Reclamefolder
  
• Advertentie 
  
• Uitnodiging 
  
• Politieke folder

Lezer activeren 

Je doel is dan de lezer/kijker overhalen om iets wel/niet te doen 

Leerdoel: leren wat het is en gebruik maken van het AIDA-model. 

In tegenstelling tot een overtuigende tekst, waarin de schrijver jou wil overtuigen van bepaalde ideeën. 

AIDA

A: Trek alle ogen naar je toe met de meest vette schoenen van het seizoen! 

I: Laat je verrassen door het unieke design en de ongeëvenaarde kwaliteit. 

D: Er zijn al 100 bestellingen gedaan, blijf niet achter!

A: Wacht niet langer, bestel nu en stap vol vertrouwen in jouw nieuwe favoriete paar!

Wat betekent het tekstdoel 'activeren'?

1. Schrijver wil lezer aansporen iets te doen
2. Schrijver wil laten zien hoe je iets moet doen
3. Schrijver wil met feiten informatie geven over product
4. Schrijver wil dat je van mening veranderd

Communiceren doe je samen 2

Je weet dat het doel is om de lezer te overhalen om iets wel/niet te doen. 

Je kunt gebruikmaken van het AIDA-model. 

Les 26.

Een tekst bestaat uit drie delen. Hoe noem je die drie delen?

Tekst is op te delen in drie delen:

Inleiding

Kern / middenstuk

Slot

Hoofdstuk 30: betoog

Een betoog is een toespraak waarmee je anderen van jouw standpunt probeert te overtuigen.

1. Heldere hoofdgedachte
2. Ondersteuning hg met argumenten
3. Logische volgorde: inleiding, kern, slot

Noem een doel van een inleiding.

Les 30

Logische volgorde: inleiding, kern, slot

Inleiding:

- Aandacht trekken/aantrekkelijk om naar te luisteren

- Onderwerp introduceren/waarom is het ow belangrijk?

- Anekdote/grapje

- Persoonlijkheid inzetten 

In welk deel staan de meeste argumenten?

1. Inleiding
2. Kern
3. Slot

In welk deel vind je een overzicht van de hele tekst?

1. Inleiding
2. Kern
3. Slot

In welk deel vind je meningen van verschillende personen?

1. Inleiding
2. Kern
3. Slot

In welk deel vind je een prikkelende vraag?

1. Inleiding
2. Kern
3. Slot

Communiceren doe je samen 2

Je weet dat een tekst is opgebouwd uit inleiding, kern en slot. 

Je kent het doel van elk deel uit een tekst.  

Les 30.

Uitleg werkwoordspelling

t of d bij een voltooid deelwoord: 

Stap 1. Hele werkwoord -en 

Stap 2. Wat is de laatste letter?

Stap 3. Zit de laatste letter in 't kofschip X?

Ja > t

Nee > d

Het vuur is gedoof ..d t?

Stap 1: doven > dov

Stap 2. v

Stap 3. Nee > d

Het vuur is gedoofd. 

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

3. Hij vertrok, nog over zichzelf ... . (nadenken)

Maak een onvoltooid deelwoord van het werkwoord.

6. Ik vind het jouw gedrag ... . (storen)

T/m hier

Wat is de juiste persoonsvorm TT?

1. Jij word ziek
2. Jij werd ziek
3. Jij wordt ziek
4. Jij werdt ziek

Hoe schrijf je de persoonsvorm (VT)?

De politie ............ de relschoppers naar een plein om ze te arresteren. (leiden)

1. leide
2. leidden
3. leidde
4. leiden

Hoe weet je of je te maken hebt met een onregelmatig werkwoord?

1. onregelmatige werkwoorden zijn duidelijk herkenbaar.
2. je schrijft de persoonsvorm en het voltooid deelwoord niet volgens de normale regels.
3. een onregelmatig werkwoord komt niet heel regelmatig voor.
4. onregelmatige werkwoorden kunnen alleen in een zin staan.

Communiceren doe je samen 2

Je weet nu wat de regels zijn voor het spellen van werkwoorden.

Je kunt in een zin de werkwoorden correct spellen.

Les 27.

Wat zijn leestekens?

1. Alle tekens in een tekst
2. Alle letters in een tekst
3. Alle cijfers in een tekst
4. Leestekens bestaan niet

(Leestekens en spaties)
De minister ........

1. zei: ' Ik wacht af. "
2. zei: "Ik wacht af."
3. zei:" Ik wacht af."

Plaats komma's waar dat nodig is:

Bello de hond van de buren heeft het hele weekend geblaft.

Waar is de apostrof verkeerd geplaatst?

1. baby'tje
2. Anne's
3. z'n
4. opa's

Waar plaats je de dubbele punt in:

Goed nieuws je mag eerder naar huis.

Dubbele punt

Communiceren doe je samen 2

Je weet nu wanneer je een hoofdletter en leesteken schrijft.

Je kunt in een zin de juiste hoofdletters en leestekens schrijven. 

Les 28.

Behandelde lessen:

lessen 25, 26, 30, 27, 28.