tekstsoorten oefenen

 Uiteenzetting, betoog en beschouwing

Leesvaardigheid 



1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

 Uiteenzetting, betoog en beschouwing

Leesvaardigheid 



Slide 1 - Diapositive

tekstsoorten
Uiteenzetting: informeren, uitleggen, ware en controleerbare feiten. Objectief en zakelijk geschreven.
Beschouwing: informeren, lezer tot nadenken willen stemmen. Verschillende interpretaties, meningen, argumenten, verklaringen. Subjectief en met persoonlijke noot geschreven. Niet opdringerig!
Betoog: overtuigen / betogen, overhalen iets te doen (activerende betogen).
 Inhoudelijke zaken die bijdragen aan dit tekstdoel:
 standpunt, argumenten, tegenargumenten, weerleggingen.
 Subjectief en persoonlijk. Emoties of zakelijk. 
Instructie: stap voor stap uitleg geven 

Slide 2 - Diapositive

Hier zie je allerlei meningen aan bod komen (ieder zijn eigen argumenten), ook die van de schrijver zonder dat je het idee krijgt dat je juist zijn standpunt moet overnemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 3 - Quiz

Deze tekstsoort is het beste te vergelijken met een handleiding.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting
D
Instructie

Slide 4 - Quiz

Dit is een zakelijke, objectieve tekst.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 5 - Quiz

Hierin zie je de stelling van de schrijver plus zijn argumenten. Het doel van de schrijver is dat je zijn mening moet overnemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 6 - Quiz

In lange examenteksten kan heel goed een combinatie van de tekstsoorten voorkomen, zoals een betoog gecombineerd met een uiteenzetting.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Je moet wel (of juist geen) actie ondernemen.
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Adviseren

Slide 8 - Quiz

Het doel is om je van zijn mening te overtuigen. Je moet hetzelfde standpunt krijgen als de schrijver
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren
D
Amuseren

Slide 9 - Quiz

Je moet kennis opdoen, iets te weten komen.
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Adviseren
D
Amuseren

Slide 10 - Quiz

Tekstsoort
Tekstdoel
Betoog
Beschouwing
Uiteenzetting
Informeren
Overtuigen
Adviseren
Activeren
Amuseren

Slide 11 - Question de remorquage

De schrijver vertelt in tekst P over het ontstaan en de historische ontwikkelingen bij de homeopathie.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 12 - Quiz

De auteur van tekst S is van mening dat de homeopathisch arts het uiteindelijk zal winnen van zijn reguliere collega, omdat zijn behandeling van de patiënt kil en onsympathiek is.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 13 - Quiz

De auteur maakt in tekst R de alternatieve geneeswijze als homeopathie aan de lopende band belachelijk door bijvoorbeeld de denkwijze van de arts en de enorme verdunningen op de hak te nemen.
A
Betoog
B
Beschouwing
C
Uiteenzetting

Slide 14 - Quiz