Thema Grieken en Romeinen - Blok 4 Recreatie en toerisme

Blok 4
Recreatie en toerisme 
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Blok 4
Recreatie en toerisme 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 
  • uitleggen waarom mensen nu meer vrije tijd hebben dan vroeger.
  • uitleggen waarom mensen meer geld besteden aan recreatie en toerisme dan vroeger.
  • uitleggen wat het verschil is tussen recreatie en toerisme.
  • voorbeelden van verschillende soorten accommodaties en attracties noemen







Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gaat dit blok over? 
Heerlijk, een middag vrij! Wat ga je doen? Gamen, chillen, sporten, naar de film?

De meeste Nederlanders hebben veel vrije tijd. Soms een uurtje, soms een dag en in vakanties zijn ze nog langer vrij. Wat doen mensen in die vrije tijd? Waar doen ze dat? Daarover gaat het in dit blok.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrije tijd 
=De tijd die je overhoudt naast alles wat je moet doen (werk, school, huishouden, zorg)
Tegenwoordig meer vrijetijd dan vroeger:
Vroeger werkten mensen gem. 50 uur per week
tegenwoordig werken we gem. 28 uur per week 
Belangrijke reden --> Veel werk is overgenomen door machines, computers en andere apparaten. 



Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrije tijd 
Volgens de wet heeft iedereen recht op 4 weken vakantie per jaar, Kinderen op school 12 weken!





Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een belangrijke reden dat mensen nu meer vrije tijd hebben dan vroeger?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

recreatie 
In hun vrije tijd doen mensen aan recreatie. =alles wat je voor je plezier doet om je te ontspannen. 
Mensen hebben meer geld dan vroeger, er wordt dus meer uitgegeven aan recreatie.






Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toerisme 
Toerisme is ook een vorm van recreatie. Toerisme is het reizen naar een plaats buiten je eigen omgeving. Omdat mensen meer vrije tijd hebben, reizen ze vaker en verder. Meestal blijven mensen daar dan ook overnachten.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen recreatie en toerisme?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Van vrije tijd/hobby's kun je soms je beroep maken. Zoals dit game toernooi waar veel geld te winnen is. 
Toerisme in NL
Accommodaties=  Een voorziening waar je kunt overnachten als je op vakantie bent, bijvoorbeeld een camping of een hotel.
Attracties= Plaats waar mensen naartoe gaan om iets te beleven in hun vrije tijd, zoals musea, dierentuinen en pretparken. 

Nederlanders op vakantie in NL gaan vaak de natuur/rust opzoeken, buitenlandse toeristen gaan vaak op de Steden en musea af. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 3 voorbeelden van attracties

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem 2 voorbeelden van accommodaties

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Les 2

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op vakantie 
Lange en korte vakantie:
  • Meer dan 4 dagen is een lange vakantie
Actieve, passieve of een cultuur -vakantie:
  • Actief: mensen gaan dingen doen: ze gaan wandelen of fietsen.
  • Passief: mensen gaan vooral op reis om te luieren en uit te rusten, relaxen. 
  • Cultuur: mensen bezoeken steden, monumenten en musea.
Een combinatie kan ook!

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke activiteit hoort NIET bij een actieve vakantie?
A
Mountainbiken in de bossen
B
Snowboarden in de bergen
C
Op het terras zitten in de stad
D
Kanoën in de Ardennen

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat past bij een passieve vakantie?
A
Wielrennen
B
Bergbeklimmen
C
Snowboarden
D
Aan het strand liggen

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is dit een passieve of actieve vakantie?
A
Passief
B
Actief

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is dit een passieve of actieve vakantie?
A
Passief
B
Actief

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Massatoerisme 
=Als veel toeristen tegelijk naar hetzelfde gebied gaan. In gebieden met massatoerisme is het erg druk en vol.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voordelen toerisme:
Levert veel geld op

Zorgt voor werk
Nadelen toerisme:
veel transport van/naar bestemming kan slecht zijn voor het milieu, net als de bouw van hotels etc. 

Verjagen oorspronkelijke bewoners. 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de belangrijkste voordelen van toerisme?
A
Het wordt gezellig druk in de plaatsen langs de kust
B
De mensen leren daardoor andere culturen kennen
C
Het levert werk en geld op
D
Het zorgt voor goede vriendschappen tussen landen

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn nadelen van massatoerisme?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions