Jullie gaan een film kijken op InScience international film festival.
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuur, Leven en TechnologieMediawijsheidMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1,2
Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Feuilles de travail
Éléments de cette leçon
Jullie gaan een film kijken op InScience international film festival.
Slide 1 - Diapositive
Dit is het lesplan voor de lessenserie Ron's Gone Wrong voor het VO
Voorafgaand aan de film
Totale tijd: 60-80 min
Tijdens de les voorafgaand aan de film breiden de leerlingen het filmbezoek voor, activeren ze hun voorkennis over het onderwerp van de film.
Jullie gaan een film kijken op InScience international film festival.
Wat voor films denk je dat er op een wetenschappelijk filmfestival worden vertoond?
Hoe denk je dat een filmfestival aan films komt?
Is er een film waarvan je denkt dat die op het filmfestival afgespeeld zou kunnen worden?
Hoe kiest een filmfestival welke films ze wel of niet laten zien?
Slide 2 - Diapositive
Discussie technologie [TIJD: 5 min]
DOEL De leerlingen gaan nadenken over hedendaagse technologie. Ze worden bewust van de technologie om hun heen.
Robots en machines worden tegenwoordig steeds meer gebruikt in ons leven. Wat voor soort robots zijn er eigenlijk allemaal? Probeer er zo veel mogelijk op te noemen.
De leerlingen vullen via lessonup woorden in, er ontstaat een woordweb. Voorbeelden zijn: Robots in de zorg, in restaurants, op school, in auto's, je telefoon, je laptop, robots in het leger, robots als speelgoed.
Van welke robots maak jij zelf gebruik? Je kan de woorden gebruiken die in het woordweb staan als startpunt. Andere voorbeelden zijn: Huishoudelijk, stofzuigrobots, grasmaaierrobots en soms zelfs robots die je kunnen helpen bij het koken. Medische robots, bijvoorbeeld een sensor voor mensen met diabetes die zelf aangeeft wanneer er iets mis is.
titel
test vraag
Slide 3 - Diapositive
Over de film De film die jullie gaan zien is Ron’s Gone Wrong. In deze animatiefilm zie je een wereld waar wandelende, pratende, digitaal verbonden bots de beste vrienden van kinderen zijn geworden. Barney, de hoofdpersoon, krijgt een buddy-bot genaamd Ron, die niet helemaal werkt zoals die hoort. Het is een avonturenfilm vol humor, actie en lessen over wat vriendschap is.
Slide 4 - Vidéo
Kijk de trailer met de leerlingen.
https://www.youtube.com/watch?v=8I8nMtzN05s
welke onderwerpen kwamen in de trailer voorbij?
Slide 5 - Question ouverte
De leerlingen kunnen op hun telefoon of tablet de anwoorden invullen.
Wat voor onderwerpen kwamen in de trailer voorbij?
Sociaal/vriendschap, erbij horen, technologie/robots, games, streamen, internet(verslaving), defect/anders zijn
Waaraan hebben de leerlingen dit gezien?
Wat voor vragen roept de film op?
Denk je dat je vrienden kunt worden met een robot?
Over robots gesproken... welke robots zijn er eigenlijk allemaal?
Slide 6 - Carte mentale
Discussie technologie [TIJD: 5 min]
DOEL De leerlingen gaan nadenken over hedendaagse technologie. Ze worden bewust van de technologie om hun heen.
Robots en machines worden tegenwoordig steeds meer gebruikt in ons leven.
Wat voor soort robots zijn er eigenlijk allemaal? Probeer er zo veel mogelijk op te noemen.
De leerlingen vullen via lessonup woorden in, er ontstaat een woordweb. Voorbeelden zijn: Robots in de zorg, in restaurants, op school, in auto's, je telefoon, je laptop, robots in het leger, robots als speelgoed.
Van welke robots maak jij zelf gebruik?
Je kan de woorden gebruiken die in het woordweb staan als startpunt. Andere voorbeelden zijn: Huishoudelijk, stofzuigrobots, grasmaaierrobots en soms zelfs robots die je kunnen helpen bij het koken. Medische robots, bijvoorbeeld een sensor voor mensen met diabetes die zelf aangeeft wanneer er iets mis is.
Van welke social-media apps maak jij gebruik?
Zet jij wel eens foto's online?
Slide 7 - Diapositive
Discussie social media [TIJD: 10-15 min]
DOEL De leerling reflecteert over het eigen gebruik van social media, online aanwezigheid en hoeveel invloed hij heeft op zijn zichtbaarheid online.
De buddy bots in de film kunnen al alles wat je met je telefoon kan doen. Hij uploadt je social media posts, livestreamt, kan foto’s bewerken, appen en mailen en ga zo maar door.
Maak je al gebruik van social media? Waarom wel of niet? En van welke social media apps maak je gebruik?
Met deze controlevraag kan je peilen in hoeverre de klas al bezig is met het gebruik van social media. Als er weinig gebruik is kan er gesproken over verwachtingen van social media en de overwegingen waarom ze het wel of niet zouden willen in de toekomst. Bij klassen waar leerlingen meer gebruik maken van social media kan er gesprek worden gevoerd over welke social media apps ze gebruiken en de reden hiervoor.
Zet je wel eens foto's online?
Dit gesprek kan ruimte bieden om te praten over het delen van foto's. Hier kan je praten over wie de foto's zien van deze leerlingen en of ze wel eens foto's van andere mensen online zetten zonder toestemming. Wat vinden leerlingen hiervan? En hoe ga je daar veilig mee om?
Ik zou het fijn vinden als mijn telefoon mijn posts op social media voor mij maakt.
Eens
Oneens
Slide 8 - Sondage
Poll: Ik zou het fijn vinden als mijn telefoon mijn posts op social media voor mij maakt.
Oneens? Als jouw telefoon alles over jou weet, dan kan hij toch precies maken wat jij leuk vindt of wil laten zien?
Eens? Wat als er een defect is waardoor het fout gaat? (bijv. Ron in de film)
Maak je eigen buddy bot
aan wat voor regels moet jouw robot zich houden?
waar wil jij je buddy bot voor gebruiken?
Welke apps moeten er op je buddy bot staan?
Slide 9 - Diapositive
Creatieve opdracht: maak je eigen buddy-bot [TIJD: 20 min]
DOEL De leerling gaat een eigen buddy bot ontwerpen. De leerling gaat reflecteren op wat er in de vorige opdrachten besproken is en dit toepassen op het maken van een eigen buddy bot.
De leerling krijgt een buddy-bot werkblad. (Zie voorbeeld afbeelding rechts). De leerling kiest een ontwerp voor de buddy bot dat aansluit op zijn interesse of persoonlijkheid, daar wordt het uiterlijk van gemaakt. Dit kan met potloden, stiften of verf gedaan worden.
De leerling denkt ook na over hoe de buddy bot zal werken en vult dit in op het werkblad:
Welke apps moeten er op de buddy bot staan?
Waar wil je de buddy bot voor gebruiken?
Welke aan wat voor regels moet de buddy bot zich houden?
opdracht moderne robots
kies een van de robots uit op het werkblad en lees de informatie
Waar denk je dat deze robot voor gemaakt is?
Maak een nieuw ontwerp voor de robot
Slide 10 - Diapositive
Onderzoeksopdracht hedendaagse AI [TIJD: 20 min]
DOEL Deze opdracht is de eerste helft van de twee opdrachten over dit onderwerp. De leerling gaat op basis van een beeld speculeren over wat de functie van een robot is. De leerling denkt na over waar een robot voor gebruikt kan worden. In de les na de film komen de leerlingen hier op terug.
De leerlingen gaan in groepjes van 2 of 3 werken. Ze kiezen een van de robots van het werkblad
Waar denk je dat deze robot voor is gemaakt?
Maak met je groepje een nieuw ontwerp voor de functie van deze robot. Wat zou je moeten aanpassen?
Voorbeeld: buddy is een robot die gemaakt is om je vriend te zijn. het nieuwe ontwerp heeft armen om je een knuffel te kunnen geven.
op deze slide kan je nogmaals de robots zien die op het werkblad staan. Je kan de namen van de robots aanklikken om meer informatie over ze terug te vinden.
voor de film gaan jullie in gesprek met een wetenschapper die [INFORMATIE] wat zou jij aan hun willen vragen?
Slide 12 - Diapositive
Voorbereiding op het filmbezoek en nagesprek wetenschapper [TIJD: 10 min] In het filmhuis bekijken de leerlingen het filmprogramma. Ook gaan ze met een wetenschapper in gesprek over de thema’s in de film. InScience wil leerlingen kritisch leren kijken, hiervoor is het van belang dat ze worden voorbereid op hun filmbezoek. Geef de leerlingen mee dat ze na kunnen denken over film als kunstvorm (Hoe is de film gemaakt en waarom op deze manier?) als communicatiemiddel (Wat wil de maker vertellen met de film?) en als informatiebron (Wat kun je leren van de film?). Leg uit dat een film bijvoorbeeld kan inspelen op je gevoel: je herkent veel, de film komt dichtbij. Een film kan juist ook heel afstandelijk zijn: je leert veel nieuwe kennis, maar de film komt niet dichtbij. Door hier vooraf met de leerlingen over te praten zullen ze actiever en kritischer kijken. Tijdens het gesprek met de wetenschapper is er ook ruimte voor leerlingen om vragen te stellen. Het kan dus nuttig zijn om ze hier vooraf al over te laten nadenken. Het kunnen bijvoorbeeld vragen van de vragenmuur zijn waarvan de leerlingen niet direct een antwoord konden vinden.
Voor de film gaan jullie in gesprek met een wetenschapper. Wat zou jij willen vragen?