L-micro_te gebruiken materiaal

1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Preventie in voedselbederf
  1. voorkomen van besmetting 
  2. onschadelijk maken van mo tijdens bereiding 
  3. groeiremmende eigenschappen toevoegen aan product
  4. verpakken van voedsel
  5. koel te bewaren 
  6. beschikbaarheid van water 

Er zijn 4 typen besmettingen
1. Contactbesmetting
2. Nabesmetting
3. Herbesmetting
4. Kruisbesmetting

Zoek de uitleg op
Verschillende mogelijkheden
Zoek op welke mogelijkheden er zijn om mo onschadelijk te maken en beschrijf:
1.
2.
3.
4.
5. 
...
...
= Conserveermiddelen - ter info
Dit kunnen zuren zijn, bv benzoëzuur, sorbinezuur, propionzuur (niet kennen) of nitriet, nitraat of sulfiet (hebben verschillende E-nummers)

Biologische conserveermiddelen kunnen zijn:
- natamycine (antibioticum)
- bacteriocinen (stoffen gemaakt door melkzuurbacterien met een antimicrobe werking, bv nisine)
- lysozym (enzym dat de celwand van Gram+ bacterien vernietigt)

Welke conseerveermethoden ken je nog meer?
Zoek op welke conserveermethoden er nog meer zijn:
1.
2.
3.
...
het verpakken van voedsel:
1.  beschermt het tegen beschadiging en bemetting van mo
2. beschermt het tegen uitdroging of juist tegen vocht
3. bepaalde atmosfeer toepassen; minder O2 en meer CO2
4. het laten afgeven van conserveermiddelen of antioxidanten
5. intelligente verpakkingen die dmv zichtbare veranderingen aangeven of het voedsel nog veilig is voor consumptie

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Preventie in voedselbederf
Wat hebben micro-organismen nodig om te groeien (zich te delen)?

1.  Temperatuur
2. Water (vocht)
3.  Zuurstof
4. Voeding


Dus als we dit weghalen bederft ons voedsel niet of langzamer!

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij verhoging van de temperatuur stijgt de reactiesnelheid van enzymen (niet onbeperkt)
Minimumtemperatuur
De laagste temp. waarbij het enzym nog actief is
Optimumtemperatuur
Temp. waarbij enzym het best functioneert

Maximumtemperatuur
De hoogste temp. waarbij een enzym nog actief is. Boven deze temp. is het enzym niet meer actief. Eiwitten denatureren bij hoge temp. 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De kans om ziek te worden wordt verkleint door het voedsel te koelen. 
Hoe komt dat?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Temperatuur: Koelen en Vriezen
  • Koelen (koelkast) beschermt kort tijd tegen bederven
  • Bij het invriezen -40 graden staat m.o. stil
  • Sporen worden nog wel gevormd 
  • Bij ontdooiing gaat m.o. weer groeien
Voorbeelden: groente, fruit, vlees


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Pasteurizeren: Verhitten tot 70 à 90 graden
Snelgroeiende micro-organismen worden gedood
De smaak blijft goed
Beperkt houdbaar (in de koelkast bewaren)


Steriliseren: Verhitten tot 130 à 140 graden
Alle micro-organismen worden gedood
Langer houdbaar houdbaar (in de koelkast bewaren)
Temperatuur: Verhitten

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Microorganismen hebben vocht nodig om te groeien
Sommige schimmels werken nog wel bij een laag vochtgehalte

Voorbeelden: pasta, cup a soup, kruiden
Vocht: Drogen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Vacuum verpakken - alle lucht eruit halen. Bv. koffie. 
Gasverpakken - al of een gedeelte van het  zuurstof vervangen met ander gas. Bv. groente en vlees. 
Zuurstof

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijvoorbeeld:
Suiker haalt vocht uit de bacterie en schimmel
Bij een suikergehalte boven de 80% kunnen m.o. zich niet meer vermeerderen
Product gaat weer schimmelen als de pot open gaat. Voorbeelden: Jam, appelmoes

Zout: haalt ook het vocht uit de microorganismen. Voorbeelden zijn haring en olijven


Voeding: Conserveermiddel toevoegen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kiemgetalbepaling
Grensreactie
Pathogeen m.o.
KVE/g
Voedselbederf
Indicator

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

In de zuivelindustrie worden verschillende producten gemaakt met behulp van micro-organismen. Benoem voorbeelden.

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Wat zijn toxinen?
2. Hoe komen ze in een product?
3. Welke eigenschappen hebben ze?

Slide 30 - Diapositive

Toxinen zijn gifstoffen. Worden geproduceerd door micro-organismen.
Zijn hittestabiel dus doorstaan verhitten
Wanneer zal een levensmiddelenbedrijf producten afkeuren?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk product bederft sneller, jam of brood? Leg uit waarom.

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is kwaliteit?

Slide 34 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Kwaliteit is onder andere voedselveiligheid

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wettelijk vastgestelde normen
  • Verschillende partijen
  • Europees, nationaal, internationaal

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

14: Geef twee voorbeelden van stoffen die giftig zijn voor micro-organismen.

Slide 40 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stoffen werken selectief?

Slide 46 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions


Schrijf 2 dingen op die je nog wilt leren over dit onderwerp.

Slide 47 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 48 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Schat in hoe goed je bent voorbereid op het tentamen van donderdag. 

Slide 49 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

jw@lessonup.com

Slide 50 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 51 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions