A6sp3 - Periode 3 - les 4 - GSE (05 en 09 -02-2024)

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Bienvenidos

LESSONUP:

Meld je aan via de link in magister (bij je eerste les Spaans van dit schooljaar)

Programa

1. Info / deberes
2. Textos con huecos, H10 ejercicio 8-9
   
3. Vocab:

• Prefijos/sufijos, libro de ref. p.39 + ejercicio
• Vocab-dossier meewerkend vw. (oef 29)
• Vocab. temático p.7

4. Reflexión

Mondeling: 

tweetallen staan op teams

un hueco en la calle

Metas / Objetivos (doelen)

Spreek- en gespreksvaardigheid:  

• Je verbetert je spreek- en gespreksvaardigheid tot ERK-niveau B1/B1+.  Je leert onder meer je gevoelens te uiten in het Spaans.

Leesvaardigheid:  

• Je verbetert je lees- en toetsvaardigheid met het oog op het Centraal Schriftelijk Eindexamen, ERK-niveau B2. 

Grammatica/Vocabulaire:  

• Je verbetert je kennis van werkwoorden (herkenning en toepassing), grammatica, voor- en achtervoegsels, examenvocabulaire, zodanig dat het bijdraagt aan je tekstbegrip en aan je mondelinge vaardigheden. 

Toetsen en opdrachten, zie studiewijzer!!!

Tussentoets, 4 maart 2024: examenvocabulaire (voc. temático p.1-10) + leesvaardigheid

Toetsweek: 

• spreek- en gespreksvaardigheid (dus incl. vraaggesprek, improvisatie): 1) een foto beschrijven, 2) een autobiografie presenteren, 3) een vraaggesprek met de docent

Opdrachten: zie bovenaan studiewijzer, inleveren uiterlijk 14-03-2024

• Examen VWO 2019-2 incl. reflectie 
• Vocab-dossier oef. 27-32 
• Glosario (minimaal 45 woorden, zie studiewijzer)

Los deberes fueron:

Estudiar: 

• vocab tematico p.6 S-N (en herhaal p.5) 
• leren: libro de referencia p.39 voor- en achtervoegsels 

Hacer:  

• afmaken oefening voor- en achtervoegsels (los blad)  -> Indien nog niet gedaan, dan vandaag maken.

Textos con huecos (Gatenteksten, 30m)

1. ESTUDIAR: Gatenteksten, Syllabus 2.7 (p.26-27) + Libro de referencia p.47 
2. CONTESTAR: Beantwoord de vraag op de volgende slide.

un hueco en la calle

Hoe ga je te werk bij een gatentekst?

werkwijze gatentekst, syll. p.26

1. Lees de tekst intensief en bepaal per alinea het alineathema.
2. Noteer de belangrijkste informatie zowel voor als na het gat.
3. Vertaal de informatie in eigen woorden.
4. Lees de antwoordopties en bepaal wat ze exact betekenen.
5. Streep de foutieve antwoordopties weg, let daarbij op: 

• concordantie (geslacht en getal, en werkwoordsvervoeging)
• verbanden (signaalwoorden).

                        -> Welke van deze 5 punten doe jij al?

Gatentekst werkwijze: zie ook libro de ref. p.47

Practicar: texto con huecos

HACER: 

1. Syllabus p.27, oefenen met -> opgave 14 '¿Qué piensan los chicos del amor?' (al gedaan?)
2. Paso adelante H10 oef 8 + 9 (libro 4, p.77-82). Oefening 8 al gemaakt? Dan ga je alvast naar 9.

Noteer je begin- en eindtijd. Houd de tijd bij. 

-> Op een examen heb je drie minuten per examenvraag. Hoe lang heb je over de tekst gedaan? 

Glosario: noteer uit iedere tekst minimaal 3 woorden in je glosario 

en leer deze uit je hoofd. Regelmatig herhalen.

¿Terminado? Continúa en la próxima página ->

Vocabulario (20m)

1. Prefijos / sufijos: haz el ejercicio.
2. Vocab-dossier: Haz el ejercicio 29 (meewerkend voorwerp) en el 'syllabus examentraining'. STEL VRAGEN als iets niet duidelijk is.
3. Vocab. temático p.7: Aprende las palabras de memoria, espanõl - holandés.

Repaso: Vocabulario temático, p.6

Vocab. temático p.6: 

1) Escribe 2-3 frases con las palabras de p.6.

2) Escribe 2-3 frases en las que usas varias palabras de p.6.

3) Aprende p.1-6 de memoria, espanõl - holandés.

Welk onderdeel van de les was voor jou het meest leerzaam? Leg je antwoord uit.

¿Qué palabras recuerdas?
p.5-7
(vocab. temático)

¿Estás contento/a con lo que has aprendido?

😒🙁😐🙂😃

Deberes para la próxima clase

Estudiar: 

Lenguateca C (i.v.m. mondeling examen, p.58) 

examenvocab.: vocabulario temático p.7 

Hacer:  

vocab dossier oef 29 (Syll. p.64-65) 

syllabus Hacer: syllabus p.27, oefenen met -> opgave 14 

Paso adelante H10 oef 8-9 (v.a. p.77) (gatenteksten, moet voor les 6 klaar zijn) 

Comprobar 

ejercicio 3ab (p.47): -> oral

ejercicio 6 (p.50):

• ¿Qué pasa en el cómic? -> hablar en parejas
• Welke zijn de vijf W+H vragen? Pas ze toe bij het beschrijven van de volgende foto (en parejas, 3 minutos) -> próxima página

Describir una foto, 

usa las preguntas WH, escribe 100 palabras

Describir palabras (H9, p.59)

Als je tijdens een gesprek niet op een woord kunt komen....

1. Woorden omschrijven, ejercicio 15a

Lee las instrucciones, describe una palabra de la lista, la otra persona adivina (raadt) qué palabra es.

         -> Maak aantekeningen: Op welke manieren kun je een woord omschrijven.....? 

         -> Atención: hay que describir SIN usar el diccionario.

2. Woorden omschrijven, ejercicio 15b

Net als 15a, maar degene die raadt stelt nu vragen in het Spaans.

EXTRA: Bedenk zelf een woord, noteer jouw omschrijving op kaartje > grabbelton > raden.

Destreza oral: 

Mondeling eindexamen 

• in tweetallen (15-20 minuten in totaal)
• autobiografie + foto beschrijven + vraaggesprek
• opdrachtbeschrijving op team A6sptl
• presentatie + vraaggesprek (= improvisatie)
• Verder zie de opdracht op TEAMS
• Noteer je tweetal op teams.

Apunta 3 expresiones para
expresar tus
sentimientos negativos.

Apunta 3 expresiones para
expresar tus
sentimientos positivos.

het zelfvertrouwen (p.1)

1. el bienestar
2. el dopaje
3. la autoestima
4. la convivencia

gezellig zijn (p.1-2)

1. tener verguënza
2. pelearse con
3. ser acogedor
4. caer bien

verslechteren (p.2)

1. descargar
2. reprochar
3. mejorar
4. empeorar

de aanrijding (p.2)

1. el peatón
2. la pantalla
3. la acera
4. el atropello

de file (p.2)

1. el volante
2. el freno
3. las afueras
4. la caravana

de traan (p.1-3)

1. el alma
2. el lanzamiento
3. la telebasura
4. la lágrima

de muis (p.3)

1. el sudor
2. el enlace
3. el disfraz
4. el ratón

zwanger (p.3)

1. embarazada
2. herida
3. devastada
4. enamorada

Hoe ga je te werk bij een gatentekst?

Vocab temático p.5:

de aardbeving

1. la ola
2. la escasez
3. el terremoto
4. a tierra

Vocab temático p.4:

uitgeput zijn

1. estar resfriado
2. estar embarazada
3. estar devastado
4. estar agotado

Vocab temático p.5:

ontslagen worden

1. suspender un examen
2. aprobar un examen
3. estar en paro
4. ser despedido