Diagnostische toets mavo 3 H7 H8 grenzen en identiteit

Welkom! 
Deze LessonUp is een diagnostische toets. Je mag je boeken gebruiken. 

Op de volgende dia vind je meer instructies.
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Welkom! 
Deze LessonUp is een diagnostische toets. Je mag je boeken gebruiken. 

Op de volgende dia vind je meer instructies.

Slide 1 - Diapositive

Toelichting toets
  • Bij elke vraag staat hoeveel punten je kunt krijgen.
  • De toets is een mix van open vragen en multiple choice vragen. Bij de open vragen moet je, indien gevraagd, je antwoord uitleggen.
  • De toets duurt ongeveer 30 minuten.
  • Vragen staan per leerling door elkaar, iedereen heeft een andere versie!
  • Klik bij elke vraag op 'bewaren'.
  • Klik na de laatste vraag rechtsonder op 'x'. 
  • Ben je klaar met de toets, klik op 'inleveren'.  

Slide 2 - Diapositive

Succes met de toets! 

Slide 3 - Diapositive

Hieronder staan 3 uitspraken.
A. De grens tussen Friesland en Groningen is een zachte grens.
B. De grenzen tussen de landen die lid zijn geworden van de EU zijn veranderd van natuurlijke grenzen in kunstmatige grenzen.
C. IJsland heeft alleen natuurlijke grenzen.
Neem de letters A, B en C over en geef aan of de uitspraak juist/onjuist is.

Slide 4 - Question ouverte

Mensen ontwikkelen een (groeps)identiteit op basis van onder andere sociaaleconomische kenmerken. Welk kenmerk is een sociaaleconomische kenmerk?
A
Taal
B
Tradities
C
Opleidingsniveau
D
Inkomen

Slide 5 - Quiz

Tegenstanders van de Europese Unie vinden dat de soevereiniteit van Nederland wordt aangetast. leg uit wat hiermee bedoeld wordt.

Slide 6 - Question ouverte

Een visser uit het Verenigd Koninkrijk vist met zijn schip op ongeveer 25 zeemijl uit de Nederlandse kust. 2 stellingen:
1. De visser mag hier vissen omdat dit buiten de Nederlandse territoriale wateren is.
2. De visser mag hier niet vissen omdat hij in Nederlands territorium is.
A
Beide stellingen zijn juist
B
Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
C
Stelling 1 is onjuist, stelling 2 is juist
D
Beide stellingen zijn onjuist

Slide 7 - Quiz

Besluiten in Nederland worden op 3 schaalniveaus bepaald: nationaal, regionaal en lokaal. Geef op lokale schaalniveau 2 voorbeelden van besluiten die genomen kunnen worden.

Slide 8 - Question ouverte

Klik op de afbeelding om deze te bekijken. Welk cultuurkenmerk is zichtbaar in de bron?

Slide 9 - Question ouverte

Bekijk nogmaals de afbeelding.
Leg met behulp van de afbeelding uit waarom het begrip pluriformiteit bij de stad Jeruzalem past.

Slide 10 - Question ouverte

Sjors komt uit Limburg, Michiel uit Utrecht. Volgens Michiel is Sjors een échte
Limburger: hij spreekt met een zachte ‘g’, viert ieder jaar uitbundig carnaval en is gek op vlaai. Als Michiel een foto van Sjors op Facebook ziet in zijn carnavalskostuum plaagt Michiel hem: ‘Moet je die rare Limburger zien in zijn piratenpak!’
Over welke identiteit gaat het hier?
A
Nationaal
B
Lokaal
C
Regionaal

Slide 11 - Quiz

Noem twee concrete kenmerken die horen bij onze nationale identiteit.

Slide 12 - Question ouverte

Bekijk het filmpje.
Is er in het filmpje sprake van
'regionalisme'? Leg je antwoord uit.

Slide 13 - Question ouverte

Klik op de afbeelding.
Leg uit waarom de grenspendel tussen Nederland en België vanaf 1995 toenam.
Gebruik voor je antwoord de gegevens uit de kaart.

Slide 14 - Question ouverte

Het hebben van zachte grenzen verschillende voordelen voor Nederlandse bedrijven.
Noem twee voordelen.

Slide 15 - Question ouverte

Het hebben van zachte grenzen kent ook nadelen. Een van die nadelen is dat Nederlandse exportbedrijven door ontgrenzing meer concurrentie krijgen. Leg dat uit.

Slide 16 - Question ouverte

Welk samenwerkingsverband vergemakkelijkt de pendelstromen?
A
de euregio
B
de Benelux
C
de Europese Unie
D
handelsverdragen

Slide 17 - Quiz

Het coronavirus heeft een negatieve invloed op de sociale samenhang. Leg dat uit.

Slide 18 - Question ouverte

Door de betrokkenheid en de participatie van buurtbewoners te vergroten, kan de leefbaarheid verbeteren.
Op welke manier kan de betrokkenheid/participatie vergroot worden?

Slide 19 - Question ouverte

Wat is groter: de exclusief economische zone (EEZ) van een land of de territoriale wateren?
A
EEZ
B
Territoriale wateren

Slide 20 - Quiz

Europese Commissie
Raad van de EU
Europees Parlement
Bestaat uit ministers van een bepaald onderwerp, beslist over voorstellen van de Commissie
Regering van Europa
Controleert of de Europese Commissie haar werk goed doet

Slide 21 - Question de remorquage

D66 is een politieke partij die zich zorgen maakt om het klimaatprobleem. Zij vinden dat we binnen de Europese Unie afspraken moeten maken, en niet alleen nationaal.
Waarom moeten Europese landen hierbij samenwerken?

Slide 22 - Question ouverte

Stelling 1: Een Europees volkslied kan niet zorgen voor het ontstaan van een Europese identiteit.
Stelling 2: De euro als gemeenschappelijke munt is belangrijk voor de ontwikkeling van een Europese identiteit.
Schrijf de cijfers 1 + 2 onder elkaar en zet erachter of de stelling juist is of niet.

Slide 23 - Question ouverte

Bekijk de kaart.
Geef eerst aan in welk deel van Europa de Europese identiteit het grootst is. Geef daarna een argument waarom dit kan zijn

Slide 24 - Question ouverte

Noem twee oplossingen die de EU heeft genomen om de vluchtelingencrisis op te lossen.

Slide 25 - Question ouverte

Klaar?
  • Overal antwoord gegeven?
  • Vergeet niet om je antwoorden in te leveren!

Slide 26 - Diapositive