Goed gevulde etui: Pennen, (kleur)potloden, markers puntenslijper, schaar en plak.
Opgeladen laptop
Slide 1 - Diapositive
Toelichting benodigdheden: Neem het lijstje met leerlingen door. Instrueer leerlingen om de studiewijzer direct vooraan in hun map te plaatsen. Leerwerkboek B-C-VE gaan in het kluisje.
Wat zie je in dit landschap?
Slide 2 - Carte mentale
Voorkennis activeren:Wat zien leerlingen in dit landschap? Foto is gemaakt in het Maasheggengebied (UNESCO).
Vervolgvraag: Wat is door natuur gemaakt en wat is door mens gemaakt?
Slide 3 - Carte
Locatiebepaling foto: Maasheggengebied tussen Cuijk en Vierlingsbeek.
Slide 4 - Diapositive
Toelichting bij foto's: Zo zag het Maasheggengebied eruit na de overstroming van afgelopen zomer. Twee conclusies: Landschappen veranderen en worden door mens en natuur gemaakt.
Hoe gaan we te werk?
Slide 5 - Diapositive
Werkwijze: Komende 2 lessen werken we aan de lesvraag 'Wat zie je in een landschap?'. Dat doen we door gezamenlijke activiteiten (groen), door informatie op te nemen uit leerstof in het boek of een filmpje (blauw) en door te oefenen (geel). Vink af wat je hebt gedaan. Zo hou je je voortgang bij.
Opdracht
Werk in tweetallen.
Combineer de foto's met de juiste kaart.
Klaar? → Bepaal waar in de kaart de foto is genomen.
timer
1:00
Slide 6 - Diapositive
Uitdelen: Geef ieder duo een kaartenset en een envelop met foto's.
Slide 7 - Diapositive
Nabespreking: Welke foto hoort bij welke kaart en locatie? Hoe kun je dat zien?
Werktijd
Pak de atlas.
Maak opdracht 2 t/m 5 (blz. 8-10).
Lees de leerstof op bladzijde 8 + 9.
Bekijk de video 'Watersnoodramp'.
Klaar? → Afvinken studiewijzer.
Doorwerken cursus 1.1.
timer
1:00
Slide 8 - Diapositive
Instructie: Eerste 10 min. in stilte (verwerving). Leerlingen hebben toegang tot de video's via online studiewijzer (klik op link). Video's zijn aanvullend, niet verplicht. Daarna aan de slag met de opdrachten (verwerking).
Hoe gaan we te werk?
Slide 9 - Diapositive
Werkwijze: Vandaag is de laatste les bij de vraag 'Wat zie je in een landschap?'. Aan het einde van de les is het de bedoeling dat je alles af hebt (vinkje zetten). Niet af = huiswerk voor de volgende les.
Opdracht
1. Werk in tweetallen.
2. Plaats de items uit de envelop bij Hoog- of Laag Nederland.
3. Klaar? → Verzin zelf nog een item voor Hoog- en voor Laag-Nederland.
timer
1:00
Slide 10 - Diapositive
Uitdelen: Geef per duo één envelop met items en het blad 'Hoog/Laag Nederland'. Vertel dat we 15 minuten gaan kijken naar een video over het onderwerp. Tijdens het kijken ordenen de leerlingen de items in de juiste categorie. Ze mogen niet overleggen tijdens de video, daarna wel.
Slide 11 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 12 - Diapositive
Nabespreking: Vraag leerlingen waarom ze hun keuze hebben gemaakt. Gemaal: je ziet het hoogteverschil voor en achter de dijk. Water wordt hier weggepompt. Kaart Midwoud: aan de hoogtecijfers kun je zien dat dit gebied beneden 0 meter NAP ligt. Kaart Valkenswaard: hoogtecijfers geven aan dat dit gebied boven de 1 meter NAP ligt. Er is ook bos en heide te zien. Foto duinen (Bedafse Bergen bij Uden). Hoogteverschillen en begroeiing geven aan dat het hier om Hoog-Nederland gaat. Optioneel: Waar ligt Veghel?
Werktijd
Pak de atlas.
Maak opdracht 6 t/m 10 (blz. 10-12)
Lees de leerstof op bladzijde 10 + 11.
Bekijk de video 'Hoog en Laag NL'.
Maak plusopdracht 11.
Klaar? → Afvinken studiewijzer.
timer
1:00
Slide 13 - Diapositive
Instructie: Eerste 10 min. in stilte (verwerving). Leerlingen hebben toegang tot de video's via online studiewijzer (klik op link). Video's zijn aanvullend, niet verplicht. Daarna aan de slag met de opdrachten (verwerking).
Lesvraag beantwoorden
Slide 14 - Diapositive
Afsluiting: Vink eerst af welke onderdelen klaar zijn. Daarna beantwoorden we gezamenlijk de lesvraag.
Beschrijf in eigen woorden het verschil tussen Hoog- en Laag-Nederland.
Slide 15 - Question ouverte
Afsluiting: Leerlingen beantwoorden de vraag individueel op hun device. Antwoorden worden klassikaal besproken (conclusie). Daarna mogen leerlingen de lesvraag op de studiewijzer afvinken. Hierbij is de cursus afgerond.