Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
De koeling
Sensor
Hoofdstuk 6
paragraaf 3
Slide 1 - Diapositive
Doel van de les:
Aan het eind van de paragraaf kun je uitleggen hoe de koeling werkt.
Slide 2 - Diapositive
subdoelen:
De functie en werking van de koelelementen in een koelbox kunnen noemen.
De drie belangrijkste deelsystemen van een koelkast kunnen benoemen (condensor, verdamper, compressor) en hun locatie weten.
De werking van een koelkast kunnen beschrijven op basis van fase-overgangen en de drie deelsystemen.
Weten waarom een verdampende vloeistof voor afkoeling zorgt.
Weten wat de functie van een thermostaat is.
Een overeenkomst en verschil kunnen noemen tussen een koelkast en een vriezer en de oorzaak van het verschil kunnen noemen.
De functie van de ventilatoren en de ontvochtiger in een airco kunnen beschrijven.
Slide 3 - Diapositive
Subdoelen MH extra
Extra 3 De functie van een thermosfles kunnen beschrijven. Kunnen uitleggen hoe in een thermosfles warmteverlies door stroming, geleiding en straling wordt tegengegaan.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
00:21
Verdampen is een fase-overgang. Water gaat van
A
vast naar vloeibaar
B
vloeibaar naar vast
C
vloeibaar naar gas
D
gas naar vloeibaar
Slide 6 - Quiz
02:27
Sleep het woord naar de juiste plek.
compressor
condensor
verdamper
Slide 7 - Question de remorquage
03:00
Deze machine is een onderdeel uit de koelkast. Welke?
A
deur
B
condensor
C
verdamper
D
compressor
Slide 8 - Quiz
Je ziet bij een airco dezelfde onderdelen terugkomen als bij een koelkast.
De onderdelen van een airco.
evaporator is verdamper
Slide 9 - Diapositive
Warmte verplaatst zich van een _(1)___ naar een __(2)___ plek.
Slide 10 - Question ouverte
Als warmte zich verplaatst van een warme plek, dan wordt deze plek
A
warmer
B
kouder
C
blijft gelijk
Slide 11 - Quiz
Een ijsbaan werkt eigenlijk hetzelfde als een koelkast. Waar zit bij een ijsbaan de verdamper?
A
binnen in de baan
B
buiten
Slide 12 - Quiz
welk onderdeel zorgt ervoor dat een vriezer veel kouder wordt dan een koelkast?
A
compressor
B
verdamper
C
condensor
D
thermometer
Slide 13 - Quiz
welke vraag heb jij nog?
Slide 14 - Question ouverte
Werking thermosfles
De vloeistof in de thermosfles blijft warm omdat er zo min mogelijk warmtetransport plaats vindt
Slide 15 - Diapositive
welke 3 vormen van warmtetransport houdt de thermosfles tegen?