H1 Persoonsvorm, onderwerp en gezegde

Persoonsvorm, onderwerp 
& gezegde
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Persoonsvorm, onderwerp 
& gezegde

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
-Leesmoment
-Herhaling persoonsvorm en onderwerp

Lesdoel: Ik weet wat de persoonsvorm en het onderwerp is en ik kan deze vinden in een zin.

Slide 2 - Diapositive

Leesmoment
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

persoonsvorm;
Hoe vind je die?

Slide 4 - Carte mentale

Je leert deze les 
over de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde. 


Slide 5 - Diapositive

H1.Persoonsvorm, onderwerp en gezegde.

Slide 6 - Diapositive

Noteer de persoonsvorm:
Op de A32 is een vrachtauto zijn lading aardappelen verloren.

Slide 7 - Question ouverte

Noteer de persoonsvorm:

Weggebruikers moeten deze ochtend rekening houden met dichte mist.

Slide 8 - Question ouverte

Noteer de persoonsvorm:

De hond bracht de bal terug bij zijn baasje.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het onderwerp in de zin?
Door het regenachtige weer waren de wegen spekglad geworden op het parcours.
A
het regenachtige weer
B
de wegen
C
de wegen op het parcours
D
spekglad

Slide 10 - Quiz

Wat is het onderwerp in de zin?
De hond bracht de bal terug bij zijn baasje.
A
bracht
B
de bal
C
de hond
D
zijn baasje

Slide 11 - Quiz

Wat is het onderwerp in de zin?
In het centrum van Steenwijk werd zaterdagmiddag een wielerwedstrijd gereden.
A
In het centrum
B
zaterdagmiddag
C
In het centrum van Steenwijk
D
een wielerwedstrijd

Slide 12 - Quiz

Wat is het gezegde in de onderstaande zin?

De agressieve kat heeft de bange dierenarts gekrabd.

Slide 13 - Question ouverte

Wat is het gezegde in de onderstaande zin?

Heeft Ciska haar mobiel bij jou laten liggen?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is het gezegde in de onderstaande zin?

De hond bracht de bal terug bij zijn baasje.

Slide 15 - Question ouverte

Hans heeft een goed cijfer op de toets gehaald.
Vul in:
pv=
ow=
gezegde=

Slide 16 - Question ouverte

Na school ging Pieter voetballen, eten en slapen.
Vul in:
pv=
ow=
gezegde=

Slide 17 - Question ouverte

Bente bakt een taart voor haar verjaardag.
Vul in:
pv=
ow=
gezegde=

Slide 18 - Question ouverte