Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Herhaling week 7
Slide 1 - Diapositive
Ik weet nog wat de formule voor massapercentage was
😒🙁😐🙂😃
Slide 2 - Sondage
Een oplossing bevat 12 gram suiker opgelost in 88 gram water. Bereken het massapercentage suiker in de oplossing.
Slide 3 - Question ouverte
Een andere oplossing bevat 25 gram zout opgelost in 175 gram water. Wat is het massapercentage van het zout?
Slide 4 - Question ouverte
Een fles sinaasappelsap bevat 250 mL geconcentreerd sap en wordt verdund met water tot een totaal volume van 1 liter. Bereken het !volumepercentage! van het sap?
Slide 5 - Question ouverte
Wat wordt bedoeld met de concentratie van een oplossing?
A
Het volume van een stof ten opzichte van het totale mengsel.
B
De dichtheid van een vloeistof in gram per milliliter.
C
De snelheid waarmee een stof oplost in water.
D
De hoeveelheid opgeloste stof in een bepaalde hoeveelheid oplosmiddel.
Slide 6 - Quiz
Bereken de concentratie in g/L als 20 gram NaCl wordt opgelost in 500 mL water.
A
20 g/L
B
400 mg/L
C
40 mg/L
D
40 g/L
Slide 7 - Quiz
Een oplossing bevat 15 gram suiker opgelost in 300 mL water. Bereken de concentratie in g/L.
Slide 8 - Question ouverte
Hoe ik me voel over reactievergelijkingen kloppend maken
😒🙁😐🙂😃
Slide 9 - Sondage
___ Fe + ___ O₂ → ___ Fe₂O₃
A
3,4,2
B
1,1,1
C
4,3,2
D
8,6,4
Slide 10 - Quiz
___ C₂H₆ + ___ O₂ → ___ CO₂ + ___ H₂O
A
4,14,8,12
B
2,7,4,6
C
1,6,2,4
D
2,5,4,1
Slide 11 - Quiz
___ C₃H₈ + ___ O₂ → ___ CO₂ + ___ H₂O
A
1,5,3,4
B
1,5,3,2
C
2,12,6,3
D
2,10,6,8
Slide 12 - Quiz
Verhoudingsformule van Aluminiumoxide
Slide 13 - Question ouverte
Verhoudingsformule van Calciumchloride
Slide 14 - Question ouverte
Moleculaire stoffen
Slide 15 - Carte mentale
Naamgeving N₂O₄
Slide 16 - Question ouverte
Naamgeving PCl₅
Slide 17 - Question ouverte
Structuurformule H₂S
A
B
C
D
Slide 18 - Quiz
Structuurformule NH₃
A
B
C
D
Slide 19 - Quiz
Wet van massabehoud
Slide 20 - Carte mentale
Bij de verbranding van 8 gram methaan (CH₄) reageert het met 32 gram zuurstofgas (O₂). Hoeveel gram CO₂ en H₂O ontstaat er samen volgens de wet van massabehoud?
Slide 21 - Question ouverte
Ik maak 90 gram water uit zuurstof en waterstof. Ik gebruik 80 gram waterstof. Hoeveel zuurstof is gebruikt?