Taaltalent 1 Hfst 1

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2HBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

gaan
wonen
komen
samen
werken
heten
uit
in
met
naar
---
op/bij

Slide 3 - Question de remorquage

Slide 4 - Lien

Zinsbouw
Hoofdzinnen
1-2-3-zinnen en 3-2-1-zinnen

Slide 5 - Diapositive

Doelen
1)  Je kunt zinsdelen herkennen.
2)  Je kunt 1-2-3-zinnen en 
      3-2-1-zinnen maken.

Slide 6 - Diapositive

Doel: Je kunt zinsdelen herkennen.
Uitleg
Het onderwerp = 1
De persoonsvorm = 2
Een ander zinsdeel = 3
Voorbeeld

De leerling
gaat
vandaag
naar school.
1 onderwerp
2 persoonsvorm
3 ander zinsdeel
(tijd)
3 ander zinsdeel (plaats)

Slide 7 - Diapositive

Doel: je kunt 1-2-3-zinnen en 3-2-1-zinnen maken.

Voorbeelden






De tijd, manier en plaats kunnen ook in een andere volgorde staan, maar meestal is het tijd-manier.
Maandag
gaat
hij
met de bus
naar huis.
3 az (tijd)
2 pv
1 ond
3 az (manier)
3 az (plaats)
Hij
gaat
maandag
met de bus
naar huis.
1 ond
2 pv
3 az (tijd)
3 az (manier)
3 az (plaats)

Slide 8 - Diapositive

Doel: je kunt 1-2-3-zinnen en 3-2-1-zinnen maken.
Opdracht
Maak 1-2-3-zinnen en 3-2-1-zinnen. 
Sleep de woorden naar de goede plaats.

Slide 9 - Diapositive

1 ond
2 pv
3 az
tijd
3 az
plaats
gaat
in augustus
naar een andere school
de vrouw

Slide 10 - Question de remorquage

3 az tijd
2 pv
1 ond
3 az
plaats
gaat
in augustus
naar een andere school
de man

Slide 11 - Question de remorquage

1 ond
2 pv
3 tijd
3 az
manier
3 az
plaats
met de bus
de man en de vrouw
naar Spanje
in de vakantie
willen

Slide 12 - Question de remorquage

1 ond
2 pv
3 az tijd
3 az
manier
3 az
plaats
met de trein
de familie
naar Frankrijk
in juli
wil

Slide 13 - Question de remorquage

1 ond
2 pv
3 tijd
3 az
manier
3 az
plaats
met haar vrienden
zij
naar een restau-rant
vrijdag-avond
gaat

Slide 14 - Question de remorquage