brugklas woorden blz 40 boek B
le portable
A
de nicht
B
de neef
C
de verjaardag
D
de mobiele telefoon
1 / 16
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
le portable
A
de nicht
B
de neef
C
de verjaardag
D
de mobiele telefoon
Slide 1 - Quiz
welke familieleden ken je al in het Frans?
Slide 2 - Carte mentale
Schrijf de volgende maanden op in het Frans: Januari, maart, mai
Slide 3 - Question ouverte
l'après-midi =
A
de ochtend
B
de middag
C
de avond
D
de nacht
Slide 4 - Quiz
tu as passé un bon weekend =
A
het je een leuke week gehad
B
heb je een leuke vakantie gehad
C
heb je een leuk weekend gehad
D
heb je een leuke dag gehad
Slide 5 - Quiz
vertaal: Ja, het was leuk
Slide 6 - Question ouverte
kijken =
A
danser
B
regarder
C
parler
D
chanter
Slide 7 - Quiz
bavarder =
A
praten
B
wonen
C
hebben
D
kletsen
Slide 8 - Quiz
juin =
A
juli
B
juni
C
augustus
D
mei
Slide 9 - Quiz
quelque chose =
A
iets
B
niets
C
mogelijk
D
zonder
Slide 10 - Quiz
wat betekent: l'année dernière
Slide 11 - Question ouverte
Dat is mijn vriend=
A
c'est mon oncle
B
c'est mon père
C
c'est mon anniversaire
D
c'est mon ami
Slide 12 - Quiz
avoir besoin de =
A
uitnodigen
B
nodig hebben
C
waarom
D
niet leuk
Slide 13 - Quiz
De verleden tijd
Hoe zeg je: hij heeft gezongen
Hoe zeg je: hij heeft gezongen
Slide 14 - Question ouverte
Schrijf op in het Frans: wij hebben gedanst
Slide 15 - Question ouverte
jullie hebben gevraagd =
