Les 3: Voeding

Les 3: voeding
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
VoedingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Les 3: voeding

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schijf van 5.
Wat hoort daar allemaal bij?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?
1) Theorie: 
  • allergieën
  • werken met een recept en omrekenen
  • keukenmateriaal/ keukenapparatuur



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Daarna........
Sporten.
Zorg dat je alvast je gymkleding aan hebt. 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent allergie?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent intolerantie?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Mensen met coeliakie zijn allergisch voor lactose uit koemelk
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sportvoeding, wat eten zij vooral?

Slide 9 - Diapositive

  1. groenten
  2. fruit
  3. weinig vet
  4. volkoren producten
  5. extra eiwitten, voor de spieropbouw
Eiwitten

Eiwitten zijn belangrijk voor het lichaam.

Eiwitten leveren energie en bouwstoffen aan het lichaam.

Er zijn dierlijke en plantaardige eiwitten.


Dierlijke eiwitten zitten in:

vlees, vis, melk, kaas en eieren.


Plantaardige eiwitten zitten in:

brood, graanproducten, peulvruchten, noten en paddenstoelen. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Omrekenen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

werken met een recept
  • bestaat uit stappen
  • juiste volgorde aanhouden 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor een recept van 4 personen heb je 400 gram gehakt nodig. Je wilt dit recept maken voor 6 personen. Hoeveel gehakt heb je nodig?

Slide 13 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

levensmiddelen bewaren
Waar kan je dat allemaal?

Slide 14 - Diapositive

  1. Voorraadkast
  2. koelkast ( temp 2- 7 graden Celsius)
  3. Vriezer ( - 18 graden)
levensmiddelen bewaren
voorraadkast
koeling (2-7 graden)
vriezer (-18 graden)

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00
Benoem 5 keukenmaterialen.

Slide 16 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Lactose intolerant

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

10 minuten workout
  • Zorg dat je klaarstaat in je sportkleding.
  • Zorg voor voldoende ruimte in je kamer.
  • Heb eventueel een glas water in de buurt, voor de pauze.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions