2223 3V Ondermaat en overmaat (chemie 2.4)

Hoeveel gram suiker heb ik nodig om met 300 gram ei taarten te bakken?
1 / 10
suivant
Slide 1: Question ouverte
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoeveel gram suiker heb ik nodig om met 300 gram ei taarten te bakken?

Slide 1 - Question ouverte

Vorige les:
- Wet van massabehoud
- Rekenen met massaverhouding

Slide 2 - Diapositive


Wat is de massa van het reactieproduct?
A
100
B
82
C
112
D
500

Slide 3 - Quiz

Ik heb 100 gram eieren en 32 gram suiker. Hoeveel taarten kan ik bakken?
A
1 taart, want ik heb niet genoeg suiker voor 2 taarten.
B
2 taarten, want ik heb 2x zoveel eieren.
C
1 taart, want ik heb niet genoeg eieren voor 2 taarten.
D
2 taarten, want ik heb van beide ingrediënten genoeg.

Slide 4 - Quiz

Ondermaat en overmaat
Overmaat = stof die je te veel hebt.
Ondermaat = stof die helemaal op gaat.

Slide 5 - Diapositive

Ik heb 100 gram eieren en 32 gram suiker. Welke stof is de overmaat?
A
ei
B
suiker
C
geen van beide
D
beide

Slide 6 - Quiz

Je hebt 3,0 gram natrium en 3,0 gram chloor. De massaverhouding is 1,0 : 1,5. Welke stof is de overmaat?
A
Natrium
B
Chloor
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 7 - Quiz

Je hebt 3,0 gram natrium en 3,0 gram chloor. De massaverhouding is 1,0 : 1,5. Hoeveel n

Slide 8 - Question ouverte

Je hebt 5,0 gram natrium en 7,5 gram chloor. De massaverhouding is 1,0 : 1,5. Welke stof is de overmaat?
A
Natrium
B
Chloor
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 9 - Quiz

Je hebt 5,0 gram natrium en 7,5 gram chloor. De massaverhouding is 1,0 : 1,5. Welke stof is de overmaat?

Slide 10 - Question ouverte