Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Planning
Deze les:
Voorkennis
Werkles of economisch rekenen
Blokuur:
Instructie 2.4
Oefentoets H1
Slide 1 - Diapositive
Voordelen huren
Slide 2 - Carte mentale
Voordelen huis kopen
Slide 3 - Carte mentale
De WOZ-waarde van jouw huis wordt op 315.000 getaxeerd. Bereken de onroerend zaakbelasting als het tarief 0,123% van de WOZ-waarde is. Zonder euroteken, geen berekening.
Slide 4 - Question ouverte
2019 is het basisjaar. De gemiddelde bierprijs is dan 3,50 per liter. Bereken de bierprijs in 2021 2019 100 3,50 2020 109 3,82 2021 3,92
Slide 5 - Question ouverte
De inflatie is in 2019 2,2%. Amalia krijgt een loonsverhoging van 3%. Met hoeveel procent is haar koopkracht toe- of afgenomen?
Slide 6 - Question ouverte
Het inkomen van Kaan was in 2019 2.200 euro per maand. Hij krijgt een loonsverhoging en verdient in 2020 2.350 euro per maand. Met hoeveel procent is zijn inkomen gestegen? 1 cijfer achter de komma.
Slide 7 - Question ouverte
In een week verdient Linda 32 euro. Hoeveel verdient hij per maand? Alleen het bedrag zonder euroteken en 2 cijfers achter de komma
Slide 8 - Question ouverte
Je wilt over 2 jaar een scooter van 2.100 euro kopen. Je ouder betalen er 500 euro aan mee. Hoeveel moet je per maand reserveren?
Slide 9 - Question ouverte
In 2019 kregen de werknemers een loonsverhoging van 1,7%. De inflatie was 1,8%. Met hoeveel % is de koopkracht gestegen of gedaald?