1.2 Doel en publiek

Nederlands
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Lezen
Hoofdstuk 1 LEESTEKSTEN VERKENNEN

1.1 Onderwerp en hoofdgedachte (blz. 8)
1.2 Doel en publiek
1.3 Betrouwbaarheid van een tekst


Slide 2 - Diapositive

Welke tekstdoelen ken je?

Slide 3 - Carte mentale

Doel van de les

je kunt het doel van een tekst herkennen

je kunt bepalen voor welk publiek een tekst geschreven is

Slide 4 - Diapositive

Lesdoel

Je weet wat de schrijver met zijn tekst wil bereiken en voor wie de tekst bedoeld is.

Slide 5 - Diapositive

Uitleg 

Om het DOEL van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn PUBLIEK


Doel: wat wil de schrijver met zijn tekst bereiken?

Sommige teksten hebben meerdere doelen, maar meestal is er één hoofddoel.

Publiek: voor wie is de tekst bedoeld? Wie leest de tekst?
De schrijver past zijn taalgebruik en de stijl van de tekst aan aan het publiek.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Toelichting
Doel en publiek beïnvloeden de vorm van een tekst
Teksten over hetzelfde onderwerp kunnen totaal verschillen. 
Het is maar net welk doel de tekst heeft en voor welk publiek hij geschreven is.


Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Welk hoofddoel hebben deze tekstsoorten?

brochure studiefinanciering
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 12 - Quiz

bijsluiter aspirines
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 13 - Quiz

Het doel van een tekst
Welke tekst doelen ken je?

Slide 14 - Diapositive

Het doel van een tekst
Tekstdoelen:

  • Informeren
  • Instrueren
  • Overtuigen/betogen
  • Overhalen/activeren

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Tekstdoelen

Slide 18 - Diapositive

Noem een voorbeeld van een tekst met bijbehorend tekstdoel.
bijvoorbeeld: recept: instrueren

Slide 19 - Question ouverte

Het publiek van een tekst
Voor wie heeft de schrijver de tekst geschreven?

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Aan de slag
Lezen 1.2, opdracht 1, 2,3


KLAAR?
Ga verder met Lezen 1.3 opdracht 1, 2 en examenopdracht


timer
20:00

Slide 22 - Diapositive

Het onderwerp van een tekst gaat over de hele tekst.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

De hoofdgedachte is een samenvatting van de tekst in één zin.
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

Onderwerp en hoofdgedachte zijn eigenlijk hetzelfde
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

Het doel van een advertentie is?
A
informeren
B
instrueren
C
overhalen
D
overtuigen

Slide 26 - Quiz

Welke teksten hoort bij het tekstdoel informeren
A
gebruiksaanwijzing
B
nieuwsbericht
C
bijsluiter bij geneesmiddel
D
internetforum

Slide 27 - Quiz

tot de volgende les

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive